Uit mijn aanstaande boek “Troost Over Leven”
Dinsdag, 14 juli 1992
Het is drie uur ’s nachts. Na maanden van voorbereiding is het zover. Na een onrustige nacht, voelde de wekker als een bevrijding. Eindelijk hoefde ik er niet meer tegen op te zien, want nu is er geen weg meer terug. Paula (mijn vrouw/vriendin) stond al vast op, om koffie te zetten. Rob Vullings, mijn collega die ’s nachts bij ons geslapen had, was al wakker en liep slaperig door de gang. Rond half vier ging voor het eerst de bel van de voordeur. Vlak na elkaar kwamen Bert Dik (collega) en Gerard Mesterom (onze Russische tolk) binnen, om na de koffie richting Rusland af te reizen want daar begint onze expeditie naar Pskov.
Wat er aan vooraf ging!
Om het voor de lezer wat eenvoudiger te maken zal ik iets over de voorgeschiedenis vertellen. Rob Vullings en ik werken al sinds 1976 voor de Werkgroep Integratie Gehandicapten in Nijmegen. Een aantal jaren geleden is onze Werkgroep op het idee gekomen om contacten te leggen met gehandicapten in Rusland. De Gemeente Nijmegen heeft al jaren een stedenband met de zusterstad PSKOV, 300 km van Sint-Petersburg (Leningrad). Zoals de lezers van dit boek ongetwijfeld weten, werden de Paralympics in Rusland (1981) niet door hen georganiseerd is. De reden was dat Rusland geen mensen met een handicap had. Omdat wij dat niet konden geloven, dat dit werkelijk zo was, hebben we contact gezocht met de Gemeente Nijmegen. Die stonden achter ons idee om contact te zoeken met mensen met een handicap in Pskov en zegde al hun medewerking toe. Ben meteen lid geworden van de Stedenband Nijmegen-PSKOV om zoveel mogelijk over PSKOV te weten te komen.
In Rusland toch geen gehandicapten?
De officiële verzoeken om in contact te komen met een gehandicapten organisatie aan het gemeentebestuur van PSKOV leverden niets op. Zou het dan toch waar zijn, dat er geen gehandicapten in Rusland zijn? Nee, drie jaar na ons eerste verzoek kwam één van de mensen van de stedenband terug met een brief uit Pskov en toen ging het allemaal snel. Binnen het jaar was een delegatie van de Dovenbond en de Algemene Gehandicapten Organisatie bij ons een week te gast.
Eigenlijk was het de bedoeling dat ze een aantal maanden eerder zouden komen. Maar toen Rob en ik ze wilde halen op Schiphol, waren de Russen er niet. Dit keer liep het allemaal op rolletjes ( Nou……. dat vertel ik nog wel eens).
Tegen bezoek.
Naar aanleiding van dit bezoek gaan we nu een tegenbezoek brengen. De lange weg van communicatie zal ik u maar besparen. Want tot voor een maand terug kon er alleen maar gecommuniceerd worden via een telex van het ene naar het andere gemeentehuis. Brieven komen niet aan of met enorme vertraging. Toen eindelijk de officiële uitnodiging kwam van het Stadsbestuur (deze heb je nodig, anders krijg je geen visum) werd mij geadviseerd om niet te komen, omdat ik rolstoelgebruiker ben en er niets toegankelijk was. Bij mij werkt het dan zo, dat ik juist wel ga! Al hoewel ik toch wel schrok en enigszins aarzelde. Met mijn Osteogenesis Imperfecta (broze botten) breek ik snel iets, als ik val. Met de beelden in mijn achterhoofd van de gezondheidszorg in Rusland moest ik wel wat overwinnen! Maar ja, als je niets waagt, kom je nergens!
Op reis
Na deze beknopte voorgeschiedenis gaan we verder met onze belevenissen. Nadat iedereen koffie had gedronken bij mij thuis, ging om vier uur de bel, de chauffeur van Schipholservice die met zijn bus klaar stond, om ons en nog enkele andere naar Schiphol te brengen. Na in de bus te zijn gehesen door Rob, want het busje was niet geschikt voor rolstoelen, kwamen we na een voorspoedige rit om zes uur in de ochtend op Schiphol aan.
Daar stonden Kyra en Ole Wüdich al op ons te wachten. Ole hadden we gevraagd om mee te gaan want hij kon ons behulpzaam zijn bij advisering van rolstoelen en andere aanpassingen voor mensen met een handicap in PSKOV. Kyra zijn dochter, stewardess bij de KLM, zal ons behulpzaam zijn bij de verslaglegging van ons bezoek. Na ons te hebben aangemeld bij de incheckbalie werd ik overgezet in een wel zeer antieke rolstoel met vier kleine wieltjes. Na het inchecken heb ik afscheid genomen van mijn eigen vierwieler waar ik mezelf mee kan verplaatsen.
Wodka
Zeer snel werd ik door de medewerkster van de KLM samen met de rest van de delegatie door de douane geloodst. Toen gaf de “bestuurder van mijn vehikel” aan dat zij mij even meenam, om te controleren of er wel hulp georganiseerd was die mij aan boord van het vliegtuig moesten helpen. Volgens de computer was alles geregeld tot aan Sint-Petersburg en hoe het in Sint-Petersburg moest?, dat wisten zij ook niet! Want daar gaan bijna nooit mensen in een rolstoel naar toe. Na de nodige WODKA te hebben gekocht bij de belastingvrije winkel, zijn we naar de gate gegaan waar onze Boeing 737 al klaar stond. Normaal ga je als rolstoelgebruiker altijd als eerste het vliegtuig in maar door de zenuwen was ik al wel drie keer naar het aangepaste toilet gebracht. Want het zal ongetwijfeld het laatste aangepaste toilet zijn in de komende week. Maar niet getreurd, ik heb samen met iemand van de KLM zitten wachten bij de slurf tot iedereen in het vliegtuig zat. Toen werd ik nogmaals in een andere rolstoel gezet. Hier zaten niet alleen geen grote wielen onder maar hij was ook nog 2 keer zo smal, maar de prima behandeling van het personeel maakte veel goed. Na keurig op mijn plaats te zijn geholpen, had ik even de tijd om me te realiseren dat ik het vreselijk vond om te vliegen. U denkt nu natuurlijk dat ik vliegangst heb. Nee hoor , ik heb het ook, als ik door iemand anders in mijn rolstoel geduwd wordt. Eigenlijk had ik eerst mijn vliegbrevet willen halen. Maar veel tijd om hier over in te zitten had ik niet, want het vliegtuig begon al te taxiën en steeg op.
Het toilet
Na twee uur te hebben gevlogen en de nodige drankjes en koffie tot mij genomen te hebben moest ik, waar ik al bang voor was, naar het toilet. Helaas is dat kleine rolstoeltje op Schiphol achter gebleven. Na overleg met Rob en de stewardess mag ik gebruik maken van het toilet van Business class, dat is een stuk dichterbij. Gelukkig kan ik nog wel wat lopen, als ik iemand bij zijn armen vast kan houden. Maar dat vliegtuig was toch niet zo rustig als het looprek waarin ik vroeger in heb leren lopen. Zowaar een kleine bergexpeditie, want het vliegtuig ging met de neus omhoog.
Geland
Het is nu 10.30 uur en we zijn net geland in Helsinki. We blijven drie kwartier aan de grond. Kyra heeft geïnformeerd of in Sint-Petersburg alles is geregeld. Natuurlijk, de KLM regelt alles. Om 14.00 uur (plaatselijke tijd) landen we op het vliegveld van Sint-Petersburg. Met ongeloof kijken we door de raampjes van het vliegtuig. De landingsbaan en het vliegveld zien eruit , alsof het net gebombardeerd is. Na een eindeloze tijd taxiën komt het vliegtuig uiteindelijk tot stilstand. Alle passagiers stappen via de vliegtuigtrap uit waar een oude stadsbus hun naar de aankomsthal rijdt. Kyra, Gerard, Bert en Ole zijn inmiddels ook met de bus vertrokken. Rob, vijf stewardessen, de piloten en ik bleven alleen achter. De spanning nam toe, op wat er komen zou. Ook het personeel wist niet wat er nu zou gebeuren en het werd steeds warmer in het vliegtuig nu de airco uit stond en de zon op het vliegtuig bakte. Na een kwartier kwamen er twee grote Russische medewerkers aanlopen. Ze maakten duidelijk met handen en voeten dat ik de vliegtuigtrap afgedragen moest worden, want er was geen carrier of andere mogelijkheid. Uiteindelijk werd besloten om mijn rolstoel uit het laadruim te halen en mij met rolstoel en al de trappen af te dragen. Dit laatste was wel zo veilig want leg maar eens uit dat ik heel breekbaar ben aan de Russen . Om nu mijn reis al te beëindigen, voor mijn wielen de Russische bodem geraakt hadden, sprak me ook niet zo aan.Zo gezegd, zo gedaan, binnen drie minuten was ik beneden.
Over de startbaan
Rob en ik werden meegenomen door een Russin in militair uniform. Met haar moesten we dwars over de landingsbaan naar het hoofdgebouw. In de verte zagen we de bus staan waar de rest van de delegatie in was meegenomen. Halverwege werd haar taak overgenomen door een soldaat die ons naar de achterkant van de vertrekhal bracht. Via een klein trapje kwamen we uit bij de douane. Het tweede trapje van vandaag, er zouden er nog heel veel volgen. Rob helpt me behendig op de achterwielen de trap op.
De douane
Door een smal gangetje, aan de spinnen te zien, was dit geen veel gebruikte ingang , kwamen we uiteindelijk bij de douane aan. De man die de paspoorten controleerde zat op een enorme verhoging en ik kon alleen maar zijn hand zien met mijn paspoort. Hij moest uit zijn stoel opstaan om te kunnen zien of ik wel de man op het paspoort was. Bijna vloog ik uit de rolstoel, want ik dacht dat er een hellingbaan voor me was, maar het was een stukje zeil. Ole stond ons al op te wachten om ons te begeleiden naar de uitgang.
Eindelijk buiten
Eenmaal in de vertrekhal aangekomen zag ik in de verte Sergei Katelniski (hoofd Doven organisatie) staan in een geel WIG T-shirt die we hem tijdens zijn bezoek aan Nederland hadden gegeven. Vladimir Andrejev (voorzitter Stedenband), Andrei (Doven organisatie) en Valentin (onze chauffeur) stonden buiten op ons te wachten bij een blauwe busje.
Het eerste wat me op viel was een enorme barst in de voorruit. Achteraf zou blijken dat bijna geen auto in Rusland is, waar de voorruit van heel is. Na zes uur rijden over wegen met gigantische kuilen en gaten in de weg komen we na twee tussenstops eindelijk om 19:30 aan in PSKOV bij ons Hotel RIGA.
Hotel RIGA
Nadat Rob mij de eerste vier traptreden op geholpen heeft blijk dat de voordeur uit zijn voegen lag (wat de toegankelijkheid overigens verbeterde). Na onze paspoorten te hebben afgegeven zijn we naar onze kamers gegaan. Het volgende obstakel was de lift. De doorgang was te smal voor een rolstoel. Gelukkig wist Ole een manier om de deur iets breder te maken. Door de schuifdeuren met handkracht helemaal open te duwen en mij met de rolstoel met veel kracht door de opening te wringen. Met vereende krachten kom je ver. Rob en ik kregen de grote suite met apart zit en slaapgedeelte en de rest moest het doen met kleine kamers. Voorzitter van een delegatie zijn, heeft zo zijn voordelen. De deur naar het toilet is maar 60 cm. Hier ging mijn rolstoel niet door heen. Dus hebben we een van de extra rolstoelen aan de andere kant van de deur neergezet om dit probleem op te lossen. Nu kan ik ieder geval zelf naar het toilet, door over te stappen. Gelukkig hadden we met de KLM kunnen regelen dat we een aantal extra rolstoelen mee konden nemen in het vliegtuig. Deze zouden we uiteindelijk achter laten in Pskov maar nu was ik er erg mee geholpen.
Het Diner
Tijdens het diner samen met onze gastheren Wladimir en Sergei vindt een korte bespreking plaats en wordt ons het programma overhandigd. Waar we zelf erg benieuwd naar zijn, is de woon en leefsituatie van mensen met een lichamelijke handicap.
Na het eten gaan we met Sergei naar de stad. Op onze vraag of we nog ergens naar een café kunnen, kon Sergei ons niet van dienst zijn, want die zijn er niet. Maar in een van de vele houten keetjes langs de kant van de weg kunnen we een paar blikjes bier kopen.
Bert, onze fijnproever zag een fles Franse Cognac Napoleon staan, deze bleek 3 gulden te kosten. Toen we aangaven dat wij daar ook wel 1 van wilden, werd er even gebeld en voor we ons blikje bier op hadden werd er een doosje afgeleverd. De Cognac was van uitstekende kwaliteit. Later hoorden we dat ze van de vrachtwagen waren “gevallen”. Overigens lazen bij thuiskomst in de Volkskrant, toen we terug waren in Nederland, dat de Russen vaak dit soort drank aanlengde met spiritus en/of anti- vries. Maar dit keer hadden we geluk!
woensdag 15 juli 1992
Om acht uur gaat de wekker. Na een uitgebreid ontbijt gaan we met Sergei naar Wladimir die ons bij de bus staat op te wachten, op naar het Gemeentehuis. Ook in het Gemeentehuis is geen lift, dus met vereende krachten word ik door Rob en Serge de trap opgeholpen.
Hier worden we officieel ontvangen door het hoofd Sociale zaken, Ivan Kalinin. Buiten onze delegatie om zijn er nog drie personen aanwezig. Sergei Rachovoski sinds een maand directeur van een nieuw opgericht centrum dat verantwoordelijk is voor materiële en humane hulp, tevens contactpersoon voor de fabrieken van de blinden en de doven. Alexander Bizjajev (hoofd afdeling Buitenland) en een journaliste.
Na een uitgebreide toelichting door de heer Kalinin over de moeilijke economische situatie en een uitleg over de schuld van 3 triljoen Roebel waar Pskov mee te maken heeft, legt hij uit wat ze er aan proberen te doen. De zwarte handel is een wijdverbreid probleem. De overheid probeert met de zeer beperkte middelen die zij heeft gaarkeukens en speciale winkels voor ouderen en gehandicapten op te zetten. Hij moet toegeven dat er geen aangepaste woningen zijn, geen vervoersmogelijkheden en dat bijna alle voorzieningen voor mensen met een handicap ontbreken. Het krijgen van een rolstoel is geen probleem volgens de gemeente. Ik lees de brief voor, die ik van mevrouw Huygens, onze voorzitter, heb meegekregen Hier doet ze het voorstel om stagemogelijkheden aan te bieden bij de WIG in Nijmegen. Hier wordt positief op gereageerd. De heer Kalinin spreekt de wens uit dat deze uitwisseling vruchtbaar zal zijn. Hij spreekt zijn waardering uit voor de delegatie van de WIG en dat we een pioniersfunctie vervullen. Hierna hebben we nog een intervieuw met de Pskovse krant.
Nadat we het gemeentehuis hebben verlaten lopen we een beetje verdwaasd door de straten van Pskov. De problemen zijn hier zo enorm dat je niet weet waar je moet beginnen. Tijdens de stadstoer blijkt, dat er geen museum, winkel of gebouw toegankelijk is.
Rondvaart
’s Avonds krijgen we nog een rondvaart op de rivier de Velikaja. Doordat ik niet met de rolstoel aan boord kan komen, ben ik met veel hulp van Rob en Serge toch aan boord gekomen. De loopplank naar de boot was maar zestig centimeter breed en dat zonder leuning. Gelukkig had ik al een glas Wodka op en ben met gevaar voor eigen leven het avontuur aangegaan. De Russen staan bekend als heldhaftig, ik denk dat dit mede door de Wodka komt. Maar een ding weet ik zeker; dit doe ik nooit meer!!!
Uiteindelijk komen we aan op de draagvleugelboot waar normaal 300 passagiers in zitten. Maar dit keer was hij voor onze delegatie, de sponsoren en onze Russische vrienden afgehuurd. De boot voer met een rotgang over de rivier de Velikaja. De omgeving van Pskov vanaf de waterkant is echt geweldig om te zien. De koepels van sommige kerken zijn bedekt met puur goud. Heel indrukwekkend als je deze gebouwen ziet. Na twee uur varen komen we weer aan bij de aanlegplaats. Nog een keer over de loopplank en Rob, Ole en Bert tillen me met rolstoel en al over de trappen naar de gereedstaande bus. Na nog een glaasje te hebben gedronken gaan we vermoeid naar bed.
donderdag 16 juli 1992
Vandaag hebben Rob en ik een “geheime ontmoeting” met vader Pavel Adelgeim, aartspriester uit Pskov. Onze ontmoeting is midden op het kerkhof s’ morgens vroeg om 6.00 uur. Zelfs een bezoek uit Nederland kan hem al in de problemen brengen. Rob en ik hebben ook onze andere delegatieleden niet op de hoogte gebracht van ons bezoek. We verlaten het hotel via de nooduitgang in alle vroegte. Op verzoek van de Stedenband, de werkgroep Kerken, brengen we hem een brief uit Nijmegen. Hij is blij met het bericht. Ik geef nu wel toe, dat om zes uur s’ morgens een geheime ontmoeting te hebben op een kerkhof, wel een beetje luguber en eigenlijk ook wel eng is.
We worden opgewacht door de Aartsbisschop bij een kleine Kapel midden op het kerkhof.
We geven hem de brief, die hij meteen door leest. Hierna nodigt hij ons uit in het kleine kapelletje. Omdat hij uitstekend Duits spreekt, wisselen we onze eerste ervaringen uit. Ik geef aan dat we graag meer willen weten over de situatie van mensen met een handicap in Pskov. Hij verteld ons dat de positie van jongeren met een aangeboren handicap slecht is en adviseert ons te vragen of we bij deze mensen thuis kunnen gaan kijken. Zeker omdat we een aantal rolstoelen bij ons hebben die we goed willen afleveren. Na afscheid te hebben genomen, lopen we over het kerkhof terug naar ons hotel .
“In augustus 2013 kwam het vreselijke bericht dat de inmiddels 75-jarige priester is doodgestoken, hij werd op maandagochtend aangetroffen in de kerk. De verdachte is een man uit Moskou. Pater Pavel Adelgeim had als dissident veel kritiek op de Russisch orthodoxe kerk en vond het als één van de weinige geestelijken maar niets, dat de vrouwen van punkband Pussy Riot naar de strafkampen gestuurd werden voor hun verzet.”
Wat ik wel heel bijzonder vind is dat tijdens Allerzielen, de Russen hun nabestaanden eren door naar het graf te gaan. Om daar gezamenlijk te eten en te drinken bij hun dierbare overledenen.
Ook wordt voor de overledenen een glas Wodka op de grafsteen gezet. Bij ieder graf staat ook een bankje voor de nabestaanden. Als het glas de volgende dag leeg is (verdampt volgens mij) is men weer geheel gerust gesteld. Na nog wat gefilmd te hebben op het kerkhof en nog wat foto’s te hebben gemaakt voor ons verslag, lopen we door de volledig verlaten straten terug naar het hotel. Rob en ik maken nu gebruik van de hoofdingang want die is inmiddels open. Na het ontbijt met onze andere delegatieleden, die overigens wel boos waren dat zij niets wisten van ons uitstapje naar het kerkhof, gaan we met ons busje op pad.
De Blindenfabriek
Om 10.00 uur komen we aan bij de fabriek van de Blinden. We worden ontvangen door Alexander Gregorev de directeur, en Alexander Jacolev, de vertegenwoordiger van de Blindenbond. De heer Jacolev vertelde ons dat er in 70 rayons van Rusland 235.000 blinden en slechtzienden leven. Hiervan hebben er 54.000 een baan.
In de regio PSKOV werken er 2000 zowel in fabrieken, als thuis. Er zijn ook blinden die werken als masseur, musicus, onderwijzer of programmeur. Ook niet werkende blinden krijgen een aanvulling van de bond op hun schamele staatspensioen. De blindenbond zorgt er ook voor dat er apparatuur en brailleboeken ter beschikking gesteld worden. Men kan gratis gebruik maken van het openbaar vervoer en men hoeft geen kijk en luistergeld te betalen, telefoonkosten worden volledig vergoed. De bond bezoekt al haar leden, minimaal één keer per jaar om eventuele problemen op het spoor te komen. Er is totaal geen samenwerking tussen blinden en doven organisaties. Dit wordt sinds 1989 door de centrale blindenorganisatie (Moskou) niet meer toegestaan. Men is bang dat dit ten koste gaat van het budget voor blinden. In de fabriek werken 500 blinden en zeer slechtzienden. De directeur is zelf ook bijna blind en zeer enthousiast over zijn fabriek. Men werkt per dag zeven uur en ze maken diverse onderdelen voor elektrische apparaten, auto’s en telefooncentrales. Van de winst gaat 30% naar de centrale blindenorganisatie in Moskou. De sfeer in de fabriek is vriendelijk en ontspannen, overal staan tv ’s aan. Na een bezoek aan het toilet dat ik samen maakte met Alexander Gregorev realiseerde ik me dat onze toiletten er in Nederland wel heel erg mooi uit zien. Hier werd ik geconfronteerd met een doorgesneden regenpijp, die als urinoir werd gebruikt. Deze lekte dusdanig dat je je kon afvragen of we niet beter gewoon tegen de muur aan moesten plassen. Maar ja, een rolstoeltoilet hadden ze niet en je moet wat.
Tijdens de vergadering en de lunch wordt onze vriendschap meerdere malen met wodka bekrachtigd. natuurlijk moest er op vader, moeder, opa, ons bezoek en vele anderen geproost worden. Als voorzitter en gast kun je niet weigeren! Dus vanaf 10.00 uur waren we al behoorlijk aan de Russische gewoonte gewent. Onder het uiten van nasdrofja (proost) heffen we menigmaal het glas.
Bijna diplomatieke rel
Enigszins overmoedig door de wodka begon ik mijn toespraak met: “Gehandicapten aller landen verenigd u”, even was ik de politieke gevolgen van deze uitspraak hiervan vergeten. Mijn delegatieleden fronste hun voorhoofd en Gerard, onze tolk twijfelde of hij het zo moest vertalen. De directeur keek me aan, gaf een glimlach van oor tot oor en begon te vertellen dat ik op Lenin leek. Vol enthousiasme liep hij naar de kast toe en overhandigde me een rode vlag met hamer en sikkel en de beeltenis van Lenin in gouddraad geweven. Hij vroeg of ik niet wilde blijven want leiders als ik had zijn land nu hard nodig. Enigszins verrast door deze vraag, gaf ik aan dat ik veel vertrouwen had in onze Russische kameraden. Als we iets voor hun konden betekenen dan zouden we dat zeker doen. Ik gaf aan dat wij als delegatie, ook onder de indruk waren van de werkwijze in de fabriek. En van de Blindenbond, die zelf hun eigen infrastructuur en voorzieningen hadden geregeld. Na de nodige cadeau ’s te hebben uitgewisseld, nuttigen we samen een heerlijke lunch met de nodige alcoholische drankjes. Vrolijk verlaten we de fabriek en nemen uitbundig afscheid . Op het grote eindfeest zullen we elkaar weer tegen komen vertelde Alexander me.
Blindenbibliotheek
Op ons verzoek gaan we daarna met de bus naar de blindenbibliotheek waar we ontvangen worden door Svetlana Petrovna die ons vol trots verteld dat de blindenbibliotheek valt onder het Ministerie van Cultuur. Net als bij ons zijn er drie vormen van literatuur: braille, gesproken vorm (band en cassette) en groot letterboeken. Als voorzitter van onze delegatie krijg ik het Russisch braille-alfabet aangeboden. Na een korte bezichtiging van de bibliotheek staan ook hier weer veel lekkernijen klaar ! Omdat dit bezoek korter is dan gepland en er nog wat tijd over is krijgen we nog een korte rondleiding door het Nirozjki klooster. Op deze manier krijgen we ook de schoonheid van Pskov te zien.
De “Optimist”.
Om 17.30 uur komen we uiteindelijk aan bij de sportclub de “Optimist” voor gehandicapten. Na de nodige trappen te zijn opgedragen worden we ontvangen door de voorzitter, mevrouw Galina Sorkina. Na weer wat trapjes komen we in een kleine ruimte. Daar schuiven we aan tafel bij 20 jonge mensen, met een lichamelijke handicap. Op de één of andere manier was ik opgelucht, dat ik hier in contact kwam met mensen die spastisch waren, een dwarslaesie hadden en andere lichamelijke handicaps. De hele club bestaat uit 70 leden waarvan er velen al vanaf de geboorte gehandicapt zijn. Er wordt gezwommen, rolstoeltennis gespeeld en marathon gereden. Het is bijna niet mogelijk om aan sport rolstoelen te komen, anders dan tegen harde valuta. De voorzitter geeft aan dat er behoefte is aan fitnessapparatuur omdat fysiotherapie voor jongeren bijna onmogelijk is. Met deze apparatuur hebben ze de mogelijkheid om zelf te trainen. Maar de ontmoeting staat hier centraal. Pskov is slecht toegankelijk, dat had ik zelf ook al ondervonden! Daarnaast is er in Rusland voor oorlogsinvaliden meer geregeld dan voor jongeren die vanaf de geboorte een handicap hebben. Eigenlijk moeten die het zelf maar uit zoeken. Na dit bijzondere bezoek rijden we terug naar ons hotel waar we gezamenlijk met onze delegatie het dineren. Later die avond zouden we onze gastheren weer ontmoeten in het theater. Na het eten worden we door Valentin snel weer in de bus geholpen. Om 20.00 uur worden we ontvangen door de Doven organisatie die een professionele dansgroep uit Sint-Petersburg heeft uitgenodigd om in een klein theater, eigendom van de Dovenorganisatie, voor ons te dansen.
De voorstelling.
Deze voorstelling was echt geweldig, wat een rijkdom aan cultuur heeft dit volk. Ook hier waren we de enigste gasten samen met onze gastheren en de sponsors.
De Mafia
Kort na de voorstelling, word ik door Gerard gevraagd om mee te gaan, de sponsoren wilden graag even met mij alleen spreken. Ik word naar een aparte ruimte gebracht, waar de vier mannen, die ik al eerder ontmoet had op de draagvleugelboot, zaten. Meteen haalden ze een stoel voor me weg en Gerard (mijn tolk) en ik namen plaats aan een lange tafel. Na ook hier weer gezamenlijk een glas wodka te hebben gedronken neemt een van de sponsoren het woord. Na wat vriendelijke woorden over het belang van ons bezoek, kwam eindelijk de werkelijke reden van dit overleg op tafel. Hij legde uit dat ze zaken met ons wilden doen en een joint venture wilde voorstellen( een samenwerking tussen mij en hun). Enigszins verrast maar ook op mijn hoede, besloot ik na overleg met Gerard ze te vragen waar ze aan zaten te denken. De baas van het gezelschap wees naar buiten en zei: “willen jullie die eikenbomen hebben?” Naast het theater stond een groot eikenbos waar hij naar wees. Zij zouden er dan voor zorgen dat ze in Nijmegen terecht kwamen. Maar ook goud, kobalt, uranium, drank, alles was mogelijk. Natuurlijk wel tegen Amerikaanse Dollars.
Sponsors
Gevoelsmatig voelde ik wel aan dat ik geen grappen moest maken. Ze waren, naar nu ook bleek, de sponsors van ons bezoek. Al snel werd duidelijk dat we nu met leden van de Russische Maffia aan tafel zaten. Nu wil het toeval, dat ik uniformen verzamel en dacht misschien kan ik aangeven dat ik met mijn superieur wil spreken. Van Gerard (onze tolk) wist ik, dat dit in Rusland niet ongebruikelijk was. Nu was ik wel blij met de kennis van onze tolk. Ik vroeg ze dan ook of ze aan uniformen en petten konden komen, omdat ik dacht dat daar in Nederland wel een markt voor was. Geen enkel probleem morgenochtend om 8 uur voor Hotel RIGA. Het hotel waar we verbleven, spraken we af. Die afspraak werd weer beklonken maar nu met een Russisch drankje dat zelf gebrouwen was. Daarna liepen we terug naar de zaal waar de rest van ons gezelschap was. Door de sponsoren werd ons gezelschap uitgenodigd om (nog meer) wodka te drinken en een hapje te eten. De gebruikelijke hartelijke toespraken en uitwisseling van cadeaus maken dat de avond snel om is. In de bus vertel ik onze delegatie over het avontuur van Gerard en mij.
Wel fluisterend, want onze chauffeur Valentin is waarschijnlijk ook iemand die ons in de gaten moet houden. Af en toe verdenk ik hem er van dat hij Nederlands verstaat!
vrijdag 17 juli 1992
Na een kort en slapeloos nachtje staan we redelijk vroeg op. Ik wil eerst koffie drinken en ontbijten voor we onze Maffia vrienden weer ontmoeten. Precies om 8.00 uur rijden er twee Lada’s voor. Gerard en ik staan al buiten op de stoep voor het hotel.
De handel!
De Lada’s zijn tot de nok gevuld met legeruniformen en hoofddeksels. Na ze grondig bekeken te hebben, koop ik de twee mooiste uniformen en vier petten. Ik betaal ze met Amerikaanse dollars die ik bij me had. Tevreden geven we elkaar de hand en ik vraag ze hun contactgegevens. Ik geef aan dat ik ga overleggen met mijn superieur. Deze zou contact met hun opnemen als hij interesse heeft. De mijne heb ik natuurlijk niet gegeven!
Mijn verzameling van uniformpetten is weer wat groter geworden en een mooie herinnering aan ons bezoek aan Rusland rijker. Na afscheid te hebben genomen breng ik de spullen naar mijn hotelkamer. Hierna ga ik terug naar onze delegatie die inmiddels aan het ontbijten was.
Bezoek Dovenorganisatie
Om 10:30 zijn we op bezoek in het kantoor van de Doven organisatie en bekijken we de kantoortjes van Sergei en Wladimir. Ik krijg als voorzitter van de delegatie een volledige uitgave van de Russische gebarentaal voor doven overhandigd, die nu al weer jaren in mijn boekenkast staat.
Op bezoek bij de grote baas
We rijden nu weer in onze bus, naar een voor ons onbekende bestemming. Uiteindelijk komen we aan op een oud en afgelegen industrieterrein. We stoppen voor de poort. Hier staan twee bewakers voor de poort en nadat Vladimir met hun gesproken heeft gaat de poort open. Rob, Kyra en Sergei lopen met Wladimir mee om bier te halen. Ook Bert, Ole en Gerard zijn rond gaan kijken op het terrein. Ik blijf alleen achter met onze zwijgende en rokende Valentin onze chauffeur. Dan komt Sergei tegen Valentin vertellen dat hij het terrein op moet rijden. Bij een afgelegen loods veranderde een doos Russisch bier en enkele flessen wijn van eigenaar. In de vele barakken staan de etenswaren en drank hoog opgestapeld. Als je dan de lange rijen bij de winkels zit snap je wel dat deze Sponsor een lucratief handeltje heeft. Wat in de Staatswinkels niet verkrijgbaar is kun je hier met Amerikaanse dollars wel krijgen. Wladimir nodigt ons uit om bij zijn “vriend” iets te drinken. Bij de ingang van een oude boerderij worden we ontvangen door twee vrouwen die ons naar de baas van deze onderneming brengen.
De baas zit achter een klein bureau en ontvangt ons hartelijk. Meteen komt de wijn op tafel en hij verteld ons dat de handel nu vrij is. Dat je alleen maar toestemming van Moskou hoeft te hebben, om te importeren. Al snel blijk dat dit de grote baas is, ook van de sponsors, die we in het theater ontmoet hebben. Hij heeft het voor Wladimir mogelijk gemaakt om ons in Pskov te ontvangen. Het verschil tussen de Russische Maffia en ondernemers onder dit nieuwe regiem, wordt steeds ingewikkelder. Al snel blijkt dat in Rusland alles te koop is, als je de weg maar weet en dollars of andere valuta hebt. Als herinnering aan ons bezoek krijg ik een verzameling luciferdoosjes, in boekvorm aangeboden. Op de doosjes staan afbeeldingen van de vele sprookjes uit de Russische literatuur. In de barakken op dit terrein wat net een groot warenhuis is kunnen we alles kopen van Franse cognac tot brood.
Als je dan op straat kijkt naar de mega rijen voor de bakkerij en de vele lege winkels. Realiseer je, je pas echt dat er heel wat aan de hand is in dit land in grote verwarring.
Zaterdag, 18 juli 1992
Vandaag hebben we een bezoek gebracht aan het Pushkin museum met heel veel trappen. Eerst hielpen Rob, Bert, Gerard, Ole of Kyra mij, maar nu wilden onze Russische vrienden dat zelf doen. Sergei en Andrei hebben mij letterlijk alle trappen opgedragen, de bus ingetild, door akkers en aardappelvelden gedragen.
Ik ben op plaatsen geweest waar ik in Nederland nooit zou komen want als er geen aangepast toilet is of geen hellingbaan denken we in Nederland gauw, ach laat maar zitten. Ja, dat is de keerzijde van de vooruitgang. Onze Russische vrienden zagen het als een eer om mij alles te kunnen laten zien. Ja, als je op handen gedragen wordt is dat toch wel een goed gevoel. Op het einde van de middag zijn we op bezoek geweest bij een kunstenaar die ons zijn werk heeft laten zien. Hij wilde graag dat we wat kunstwerken mee zouden nemen voor een expositie in Nijmegen. Maar daar zouden we op onze afscheidsavond nog even over verder praten. Ik kreeg van hem een mooie zeefdruk als herinnering aan ons bezoek. Na het diner in het hotel zijn we nog even de stad in gegaan en hebben we daar in een kraampje bier gekocht en op straat opgedronken. Je moet je aanpassen aan de gewoontes van het land, niet waar?
Zondag, 19 juli 1992
Kloostercomplex Petsjori
Om 10.00 uur zijn we op excursie gegaan naar het Kloostercomplex Petsjori en het Fort Izborsk. In het klooster kwamen we voor het eerst mensen met een handicap tegen. Bedelend op de trappen van de kerk.
Aandacht vragend van de bezoekers en de geestelijken van de kerk. Voor de rest kom je op straat niemand tegen met een handicap. Het lijkt wel of ze er niet zijn. Vladimir en Serge brengen ons naar de ingang van de catacombe onder het klooster. Onder de grond liggen 1100 monniken begraven in een donker en koud onderaards gangenstelsel. Bij de ingang kopen we zeer dunne oranje kaarsjes voor een dollar. Kort daarop werd ik door onze Russische vrienden op de achterwielen van een zeer steile trap naar beneden gedragen. Ongeveer 6 meter onder de grond raakten mijn wielen de zanderige bodem, alleen het licht van onze dunne oranje kaarsjes verlichten de catacombe, waar we terecht kwamen.
Mijn wielen zakten zo’n 20 centimeter in het rulle zand. De enige oplossing is dan tillen en dat deden Sergei en Andrei. Op een bepaald moment is er op een hoogte van 1 meter een groot gat in de wand. Iedereen kijkt naar binnen. Maar ja, voor mij als rolstoelgebruiker is dat te hoog. Hier had ik me al bij neer gelegd! Dat maak ik wel vaker mee dat je iets niet kunt zien of ergens niet in kan. Plots pakken mijn Russische lijfwachten mij op en tillen me met rolstoel en al 1 meter boven de grond. Mijn hart stond even stil en ik maakte snel een kruisje. Vanaf die hoogte kon ik wel bekijken wat er te zien was. Tientallen half verrotte doodskisten met hun inhoud. Ik maakte ze maar gauw duidelijk dat ik snel weer met mijn wielen op de grond wilde staan. Na een lange tocht door de ondergrondse gangen en een andere steile trap naar boven, kon ik eindelijk weer gewoon adem halen met mijn wielen op vaste grond.
Fort Izborsk
Na weer een korte rit met ons busje kwamen we aan bij Fort Izborsk. Veel stond er niet meer, maar Gerard onze tolk, vertelde dat hier vlak bij een waterval was met zuiver water. Daar had ik wel zin in, want het water uit de kraan is niet te drinken en bronwater is zelfs op de zwarte markt niet te krijgen.
De poorten van het Fort zijn ook niet breed genoeg voor een rolstoel. Met veel gewrik kom ik er eindelijk door. Maar, wat ik niet gezien had was dat er tussen de muur en het ravijn maar een kleine meter ruimte was. Na heel wat heen en weer gepraat tussen onze delegatie en de Russen werd ik toch naar de waterval gebracht.
Andrei, die mij van achter vast hield, viel, en kon me nog net recht houden. Mijn hart klopte als een gek maar terug konden we niet meer. Ljena hield mijn had vast. Niet dat dat echt wat uit maakte, maar het gaf een “veilig” gevoel. Uiteindelijk zijn we toch bij de waterval aangekomen. Het water kwam letterlijk uit de rotsen sijpelen en was heerlijk.
Op bezoek in de Dasja
Hierna rijden we door naar de Dasja van Vladimir en Tamara, waar we ook weer zeer hartelijk worden ontvangen. Een Dasja is een eenvoudig buitenhuisje voor de Russen waar ze groente kunnen verbouwen en kippen hebben lopen. Enerzijds om de drukke stad te ontvluchten maar ook om in de winter voldoende eten te hebben. Hier wordt de groente geweckt en vaak hebben ze ook een sauna gestookt met hout. Natuurlijk liggen de berkentakken al klaar om op je huid te slaan dit is goed voor de bloedsomloop volgens onze gastheer. De tomaten zijn heerlijk en smaken zoals ik me dat herinner toen ik vroeger bij mijn opa kwam. Natuurlijk heb ik dit beeld op video vastgelegd. Ook de rustig rond pikkende kippen en de haan heb ik vastgelegd op de video. Die avond zouden we thuis gaan eten bij Vladimir en Tamara. Ook hier was de gastvrijheid enorm.
Omdat ik zo nadrukkelijk de haan had gefilmd hadden ze besloten hem aan mij en ons gezelschap voor te schotelen. Als hoofdgast mocht ik hem aansnijden. Uit respect voor de haan en mijn gastheer heb ik dit natuurlijk gedaan. Maar geef eerlijk toe dat het beeld van de wandelende haan voor mijn camera iets anders is als dezelfde haan op je bord. Ja, dan realiseer je je pas dat de arme haan voor jouw is gestorven.
Even denk ik nog dat ik vanaf dan vegetariër wordt maar uiteindelijk ben ik hier toch maar van teruggekomen. Na de nodige Wodka, we wennen er steeds beter aan en allerlei lekkernijen voorgeschoteld door Tamara, hebben we een heel gezellige avond. Ik geef een vriendelijke opmerking over een ingelegd houten schilderijtje. Advies, dit moet je in Rusland niet doen, want nu hangt hij bij mij op mijn kamer. Ondanks mijn uitleg dat het vriendelijk bedoeld was stond ze er op dat ik het mee nam. Ze geven echt alles weg als je niet uitkijkt. Als afsluiting heb ik nog lang gedanst op Russische muziek met Tamara. Na een bijzonder druk weekend vielen we snel in slaap.
Maandag 20 juli 1992
Vandaag is het officiële programma afgelast op ons nadrukkelijke verzoek. We willen een aantal bezoeken brengen aan mensen met een handicap in de thuissituatie. Vanuit Nederland hebben we drie rolstoelen meegenomen om in Pskov achter te laten bij mensen die het echt nodig hebben. Ole, Gerard, Wladimir en ik gaan een aantal mensen thuis bezoeken. Rob, Bert, Sergei en Kyra gaan op bezoek bij de gaarkeuken van het Duitse echtpaar Halbach. Ook zullen zij nog naar Pater Adelheim gaan die kent veel kinderen met een lichamelijke handicap.
De kinderrolstoel wordt achtergelaten bij Padek. Ook hij woont in een flat met trappen aan de buitenkant van de flat, wat hier gebruikelijk is. Ons wordt uitgelegd dat dit ook noodzakelijk is i.v..m de strenge winters en de sneeuwhoogten. In Rusland is aan kinderrolstoelen bijna niet aan te komen. Ole, onze technicus, inventariseert waar behoefte aan is en geeft advies hoe er aan hun hulpmiddelen kleine aanpassingen kunnen worden aangebracht. Het is simpel om rolstoelen op te sturen vanuit Nederland, maar de kans dat ze aankomen is klein. Dat is ook de reden dat we ze zelf afleveren ! De financiële situatie van mensen met een handicap is zo slecht dat rolstoelen vaak verkocht worden om er brood en eten voor te kopen. Dus willen we zeker weten dat ze goed terecht komen.
Onze groep komt om 11.00 uur bij Constantin, een van de clubleden van de Optimist.
Hij woont in een drie kamer flat met zijn ouders op de eerste verdieping. Voor de deur van de flat waren drie traptreden en de eerste verdieping is alleen te bereiken door middel van een trap. Constantin vertelde dat hij al bevoordeeld is, want eerst woonde hij op de derde verdieping! De rolstoel waar hij in zit, is een rolstoel van Meyra een Duitse fabrikant van rolstoelen die daar onder licentie is gemaakt. De rolstoel is goed alleen niet aangepast aan zijn handicap, een dwarslaesie. Ole geeft aan dat hij door dunne plankjes aan te brengen onder het kussen en de bekleding te vernieuwen, een stuk beter kan zitten in zijn nieuwe rolstoel.
Andrei
Hierna gaan we naar Andrei, ook lid van Optimist. Hij woont op de derde verdieping samen met zijn ouders en zijn broer in een twee kamer woning. Hier is wel een lift maar pas op de eerste verdieping. Dus ook hier wordt ik weer de trappen opgetild. Als Andrei naar de toilet moet kruipt hij over de vloer want het toilet is volstrekt ontoegankelijk. Hij verteld ons dat als je een dwarslaesie oploopt je een soort van mat krijgt met een handvat zodat je zelf kan oefenen. Fysiotherapie is te kostbaar. Zijn rolstoel is van Russische makelij en van zeer slechte kwaliteit. Besloten wordt om onze laatste rolstoel bij hem achter te laten. Ole verteld hem welke aanpassingen hij zelf moet aanbrengen. Na gepraat te hebben met Andrei heb ik hem voorgesteld om een dependance van de WIG in Pskov op te zetten en daar het initiatief in te nemen.
Op bezoek bij de vrouw van Wladimir Jakin
Hierna rijden we naar de vrouw van Wladimir Jakin, hem heb ik vorig jaar in Nijmegen aan twee nieuwe prothesen kunnen helpen. De POM instrumentmakerij van de Sint Maartenskliniek heeft ze in een week tijd voor hem gemaakt. Wladimir is altijd Olympisch worstelaar geweest maar door een ongeluk is hij allebei zijn benen verloren. Zijn oude Russische prothese woog 8 1/2/ kilo. Deze nieuwe nog maar 1 1/2 kilo. Hij heeft toen hij terug kwam in Rusland hierdoor problemen gekregen. Welke zijn niet duidelijk geworden maar zijn vrouw Ljena ontving ons allerhartelijkst bij haar thuis. Helaas kon hij zelf vandaag niet aanwezig zijn. Ook hier waren weer zelf gebrouwen drank en heerlijk hapjes aanwezig.
Dovenfabriek.
Aan het einde van de middag hebben we nog een bezoek gebracht aan een fabriek voor doven waar Serge ons rond leidde. Van de Pskovse bevolking is 1,2% doof. Omdat we geen doventolk bij ons hadden hebben we ons moeten redden met handen en voeten. De doventaal is wat dat betreft internationaal en we kunnen elkaar dan ook goed begrijpen. Net als bij de blinden zorgt de Dovenorganisatie ook voor voorzieningen, woningen en vrije tijdsbesteding voor hun achterban. Door de grote veranderingen in Rusland staat dit systeem wel onder druk.
’s Avonds hebben we nog een gesprek gehad met Burgemeester Prokofjef dit op advies van Rob Jaspers, journalist Gelderlander , dit was zeer zinvol. Hij vertelde ons dat ze bezig waren om een flat te bouwen voor de vele oorlogsgehandicapten. Uiteindelijk wordt er afgesproken dat de WIG een voorstel zal doen voor verdere samenwerking met Pskov.
Afscheid
Na dit bezoek moesten we in vliegende vaart terug naar het hotel , want daar zaten inmiddels 26 gasten op ons te wachten om samen met ons het afscheid te vieren. Alle mensen die we ontmoet hadden waren hier aanwezig.
Maandagavond 20 juli 1992
Na een drukke dag hebben we vanavond onze afscheidsavond in het Hotel Riga waar we al onze mensen die we deze week hebben ontmoet nog een keer terug zien.
Na een groot diner, veel mooie toespraken en veel wodka speelde Andrei vanuit zijn nieuwe rolstoel gitaar en zong voor ons mooie Russische liederen. Voor mijn vrouw Paula heeft hij zelfs een speciaal lied gezongen. (Mijn Russische vrienden wisten inmiddels dat onze tweeling Samme en Jelte op 25-1-1992 kort na hun geboorte waren overleden). Voor Andrei de reden om speciaal voor mijn vrouw Paula een speciaal lied te zingen. Een bijzonder emotioneel momentje. Paula had er op gestaan om toch te gaan. Waar ik haar achteraf nog steeds dankbaar voor ben. Tussen de verschillenden gangen van het diner zongen we uit volle borst gezamenlijk vele Russische liederen. Ging steeds beter. Overigens de wodka bracht mij zelfs aan het zingen.
Tranen
Onze Russische vrienden liepen de tranen over de wangen bij sommige liedjes. Toen ik vroeg aan Gerard onze tolk waar ze over zongen: “over aardbeien die langzaam groeiden”. Tja, toen voelde ik me toch even een nuchtere Hollander. Na het diner werd er op de muziek gedanst ik samen met Nadja van de Doven organisatie. We hadden nog een heel gezellige avond. Na het dansen met Nadja en nadat ik wel 26 keer het glas heb moeten heffen is het feest officieel afgelopen om 23:00 uur. Hierna nemen we afscheid van onze vrienden van de Maffia die ons bezoek hebben gesponsert. Hierna gaan we naar de hotelkamer van Rob en mij. Na eerst een paar roebel te hebben gegeven aan onze etage dame. Dit was een vrouw die in dienst van het hotel was om op de etage de goede zeden in de gaten te houden. Met Lena, Ljena, Nadja, Tamara, Gerard, Ole, Bert, Rob, Kyra, Serge en Wladimir namen we nog een afzakkertje. Tussen door nog even een afspraakje met de kunstenaars Oleg Tsvotkov en Alexander Stroila die waren met onze Russische tolk en ritselaar Alicia Svetlova meegekomen. Alexander één van de kunstenaars verzocht me om enkele kunstwerken mee naar Nederland te nemen. Eerdere zendingen waren niet aangekomen en hij vroeg of ik zijn kunstwerken mee wilde nemen in mijn koffer. In de hoop dat ze mijn koffer niet zouden controleren bij de douane. Deze kunstwerken zouden door de Stedenband worden geëxposeerd en verkocht. Om me te beschermen en als dank kreeg ik een icoontje uit leer door hem gemaakt. Het icoontje zou ik in mijn korset verstoppen, want iconen oud of nieuw mogen niet uit Rusland. Paula mijn vrouw was hier later heel pissig over. Achteraf inderdaad niet zo slim. In Rusland kun je dit soort dingen beter niet doen! Maar gelukkig heeft de Icoon me beschermd. Hierna ging het feest door op onze kamer tot in de kleinste uurtjes. Van veel van onze nieuwe vrienden nemen we emotioneel afscheid, wisselen de laatste cadeau ’s uit, uiteindelijk ging de laatste gast weg en konden we eindelijk naar bed!
Dinsdag, 21 juli 1992 de laatste dag!
Om zeven uur ging de wekker, maar ik had alles willen geven om nu te mogen blijven liggen. Aan het ontbijt bleek ik niet de enige te zijn. Om 9:00 uur vertrekt de bus. Onze vrienden van de Doven organisatie staan klaar om ons uit te wuiven. De zus van Ljena staat klaar met twee hartige taarten die haar moeder nog heeft gebakken. Ze was bang dat we honger zouden krijgen. Ik krijg van Lena’s broer nog een paar heel oude ansichtkaarten met foto’s van de tsaar. Met moeite namen we afscheid. Ook Nadja mijn danspartner, was speciaal nog met de fiets gekomen. Er ontstaat een band en je weet, dat je niet zo maar even terug gaat naar Pskov . Wij gaan terug naar het land waar alles is. De bus zet zich in beweging en het lijkt of de weg beter is geworden sinds de heenreis, zo zie je maar, alles went. Onderweg komt Wladimir met een fles Wodka aanzetten. Als je je niet helemaal lekker voelt gewoon weer een slok Wodka nemen adviseert hij. Op Kyra na neemt iedereen maar weer een slok. Plotseling stopt het busje langs de kant van de weg.
Door het aardappel en maisveld
We worden door Serge verzocht uit te stappen. Ik moet je eerlijk zeggen, ik maakte me wel even zorgen! Want we stonden hier echt in niemandsland. In 1992 verdwenen er nog al eens mensen in Rusland! Onze Russische vrienden pakten mijn rolstoel vast en tilden me dwars door een maisveld, daarna door een aardappelveld.
Aan het einde van het aardappelveld liepen ze een steile helling naar beneden, mijn rolstoel tussen mijn Russische dragers in. Onze delegatie wist nog steeds niet waar we naar toe gingen.
Onder aan de helling stonden we stil bij een kleine waterbron. Het water kwam al bubbelend uit de grond. Serge gaf aan dat we dit echt nog gezien moesten hebben, voor we terug naar Nederland zouden gaan. Ik geef toe het was heel bijzonder moment en een mooie afsluiting van ons Russische avontuur. Daarna reden we door naar het vliegveld. Hier hebben we gezamenlijk taart gegeten en de laatste keer de meegenomen Wodka gedronken.
Na afscheid te hebben genomen, wat er behoorlijk emotioneel aan toe ging, wuifden we nog een keer door de glazen ruit in de vertrekhal. In de hoop elkaar nog eens terug te zien. Na een voorspoedige vliegreis en afscheid te hebben genomen van mijn mede expeditieleden kom ik eindelijk weer thuis bij Paula. Bij het uitpakken van de koffer merkte ze wel op dat alles naar Wodka rook. Maar ja, je past je aan, als je in een ander land bent. 😉
Tot slot
Mocht je na dit verhaal ook nog de film uit 1992 willen zien.