Maandelijks archief: september 2016

Eigen verantwoordelijkheid: Overleven door Survival!

Hoe overleef ik als mens met een handicap oorlog, watersnood en deze regering!

 

Survival

Survival

Deze vraag dringt zich steeds vaker op! Toen ik begin jaren zeventig de vraag stelde of de atoomkelders in Nijmegen wel toegankelijk waren, werd ik met grote ogen aangekeken!Hier was niet over nagedacht , dat bleek al snel want de visie van Darwin , de sterkste zal overleven , was al zo gebruikelijk geworden dat gehandicapten bij voorbaat vergeten waren. Als mensen met een handicap in een vliegtuig zitten mogen ze de nooduitgang niet hinderen. In geval van nood ben je vooraf al opgegeven en mag je niet in de weg zitten. In tijden van oorlog , of je nu in Israël of Palestina zit , het maakt niet uit,  bij een bombardement ben je het haasje.

In de tweede wereldoorlog zijn 140.000 mensen met een handicap vermoord omdat ze volgens de nazi’s te veel geld kosten. In de vluchtelingen kampen en tijdens de oorlog in Joegoslavië zijn/waren mensen met een handicap de onbekende  slachtoffers.

In mijn boekenkast heb ik inmiddels 7 boeken over survival verzameld. In al die boeken staat hetzelfde:  de sterksten zullen het overleven.

Kwetsbare mensen!

Deze regering zet mensen met een handicap neer als kwetsbare mensen,  dus overleven in de nieuwe participatiesamenleving is een kwestie van survival. In alle boeken over survival is er geen aandacht voor mensen met een handicap, dus het wordt tijd om survivaltrainingen te geven voor mensen met een handicap.

Survival kamp Ardennen

Survival kamp Ardennen

In de jaren tachtig heb ik zo’n training gevolgd in de Ardennen. Steeds vaker denk ik hier aan terug en ben Outward Bound nog steeds dankbaar,  want nu anno 2016 hebben we deze training hard nodig. Ja, ik denk er zelfs over om een nieuw survivalboek te schrijven. Bij voldoende interesse ontwikkelen we een nieuwe training.

Het Survivalboek voor mensen met een handicap.

Zonnepanelen ontwikkelen voor op je elektrische rolstoel voor het geval Rusland mogelijk de stekker eruit trekt .  Dan kun je je zelf blijven voort bewegen. Massieve banden zodat je geen lekke banden krijgt.  Vuurplaatsen op rolstoelhoogte en training hoe je vuur kunt maken. Verhoogde plantenbakken zodat je je eigen groente kunt verbouwen.  Met dank aan Jetta Klijnsma voor deze suggestie! Maar ook hoe kom ik vanuit de rolstoel op de grond om te kunnen slapen. Voor de één zal het een hydraulische tillift zijn op de rolstoel voor de ander een leeg omgekeerd kratje bier om op de grond te komen. Zwemvest of boot waar je in geval van watersnood mee weg komt. Hoe dan ook , deze regering vraagt ons  een overlevingsstrategie te ontwikkelen,  wacht er niet te lang mee. Ik begin vast aan een nieuw survivalboek heb je ideeën laat maar weten!

Busje

Natuurlijk is een aangepaste bus met diesel erin een goede manier om je uit de voeten te maken. Daarom ben ik iedereen dankbaar die me behulpzaam is met mijn Troostbusje

Soms is survival ook gewoon  vluchten! 

Met dank aan Rutte 1 en 2: Stapeling uitgekomen!

In 2011 hebben diverse organisaties  zoals Ieder In, Per Saldo en Terug naar de Bossen hier al voor gewaarschuwd. In 2016, vlak voor Prinsjesdag, komt Een vandaag met de feiten.

Soms is het Kabinet horende doof.

Schilderij in 2011 overhandigd

Schilderij in 2011 overhandigd aan onze Minister-president Mark Rutte door Terug naar de bossen. Door schilder Frans van de Heuvel.

Nibud

Nu het NIBUD aangetoond heeft dat de zorgkosten in vijf jaar verdubbeld zijn voor mensen die veel zorg nodig hebben wordt het tijd dat ze in Den Haag wakker worden. Het Nibud zag niet eerder dat één bepaalde bevolkingsgroep zo getroffen werd door bezuinigingen. Mevrouw Koop van Nibud: “Het is alleen bij deze groep dat ze er keer op keer op achteruit gaan”. Met dank aan Ieder In die dit heeft laten berekenen.

In 2011 begon kabinet-Rutte I ook wel het kabinet Rutte (VVD)-Verhagen(CDA) met gedoogsteun van  Wilders PVV met de enorme bezuiniging op alle terreinen bij gehandicapten en chronisch zieken. Het karwei is in Kabinet Rutte 2 afgemaakt door Mark Rutte (VVD) en Diederik Samson (PvdA).

Krokodillen tranen

De laatste reageerde pas tijdens de persconferentie naar aanleiding van de brief  van Femke Halsema, de voorzitter van de VGN, met de volgende woorden: hij vond de brief van de VGN eigenlijk nog ‘heel bescheiden’ en het vatte het op als een hartenkreet.

Samsom imiteerd glimlach Rutte

Samsom imiteert glimlach Rutte

Zelf heeft Samson een dochter die extra zorg nodig heeft en naar een mytylschool gaat. Bij het regelen van de juiste ondersteuning loopt ook hij geregeld tegen kafkaiaanse toestanden aan. ‘De nieuwe wetten maken het misschien eerst wel juist moeilijker. Daar iets aan doen is op dit moment ons noeste werk.’

Volgens mij is Samsom hier mede verantwoordelijk voor en komt dit over als krokodillen tranen. Ik kan me ook niet voorstellen dat hij als lijsttrekker de PvdA nog een keer gaat leiden. Of de VVD berouw gaat tonen staat in de sterren geschreven…

Ik ben benieuwd wat onze Kamerleden gaan doen met het NIBUD rapport na Prinsjesdag?!

 

Mark en Samsom ter herinnering!

 

 

 

Velen hebben het zien aankomen: na Prinsjesdag wordt het tijd om berouw te gaan tonen. Zeker nu de verkiezingen er aan komen! Kijk goed naar de verkiezingsprogramma’s. Wat wordt er gezegd over het VN Verdrag inzake de rechten van personen met een beperking en wat gaan ze voor deze “vergeten groep” doen? 

 

 

Medische gegevens op straat? Dan doe ik het zelf wel!

Met verbazing lees ik net een bericht van Zembla. Een meerderheid van de Tweede Kamer wil “mijn” medisch dossier delen met de zorgverzekeraar. Dan kan ik het net zo goed meteen op www.troostoverleven.nl zetten. Zo behoud ik in ieder geval mijn eigen regie!

Mijn dossier

Medisch dossier

Medisch dossier

Het medisch beroepsgeheim is voor mij heilig

Gelukkig was het handschrift van de dokter vroeger toch niet te lezen, dus als er eens een keer een dossier slingerde dan moest je toch wel van goede huize komen om het te kunnen ontcijferen. Nu alles op de computer staat is het inmiddels voor iedereen goed leesbaar en de moeilijke terminologie zoeken we wel op met Google.

Door weer een nieuwe wetswijziging in te voeren kunnen zorgverzekeraars deze medische dossiers ook zonder mijn toestemming inzien. Je wilt niet weten wat het mij een moeite heeft gekost om in mijn eigen medisch dossier inzage te krijgen en daarna er een kopie van te kopen!

Nog beter voorstel voor de Minister

Ik stel voor dat we in dit wetsvoorstel ook maar meteen regelen dat hypotheekverstrekkers, banken en andere verzekeraars hier ook gebruik van kunnen maken. Of is dit niet wat de Tweede Kamer bedoeld met transparantie? Zal ik ook mijn vingerafdrukken en DNA profiel openbaar maken? Dit maakt het werk voor de veiligheidsdiensten een stuk eenvoudiger en is zeker kostenbesparend. O ja, nu vergeet ik nog te vertellen dat er in Zwitserland een handboek voor verzekeringsartsen is waar ook mijn verwachte levensverwachting in staat. Absoluut handig voor de beoordelaars die beslissen over een begrafenis- of levensverzekering. (Maar gelukkig heb ik die al afgesloten 😉 )

Het verontrustende berichtje op mijn zondagochtend

“Patiënten moeten inzage in hun medisch dossier door de zorgverzekeraar kunnen weigeren. Ook als het gaat om fraudeonderzoek, stelt de Patiëntenfederatie. De Tweede Kamer vergaderde donderdag over inzage in het dossier. Tijdens het debat bleek dat een meerderheid van de Tweede Kamer de zorgverzekeraars inzage wil geven in medische dossiers om fraude op te sporen. SP en D66 zijn tegen. VVD, PvdA, CDA en PVV zijn voor het plan van minister Schippers (VVD). De overige partijen waren niet aanwezig bij het debat. De definitieve stemming wordt waarschijnlijk de komende week.”

Hoofdelijke stemming

Nu maar hopen dat volgende week alle Kamerleden van alle fracties er zijn. Vaak wordt een coupe ingezet als er een aantal partijen niet aanwezig zijn. Wanneer leren we nu eens dat het grootste gedeelte van onze bevolking keurige mensen zijn? Dat er niet achter iedere deur een terrorist of fraudeur woont. Als je echt iemand wantrouwt zijn er voldoende wettelijke mogelijkheden om iemand op te pakken.
foto handjes op de rug

Opgepakt

Ik roep alle politieke partijen dan ook op om de Wet van Schippers niet te steunen!

Update “Troostbusje” nog dichterbij!

Na mijn blog met de billen bloot over mijn aangepaste bus van twee geleden is het ongelooflijk wat een reacties ik heb gekregen. Na acht weken is er al 13000,53 euro van de benodigde 15000 euro aan solidariteitsgiften binnengekomen. De meeste bijdragen kwamen van mensen die me kennen, waar ik zeer dankbaar voor ben. Giften van 1 euro tot wel 1000,– Vaak van mensen waarvan ik weet dat ze het zelf niet breed hebben.

SONY DSC

Strijdbaar op pad, ook in de toekomst

Solidariteitsgiften zijn welkom bij: Actie Fight For Better Life (NL79 RABO 0180 7950 90) onder vermelding van “troostbusje”.

Mocht er geld (te veel) binnenkomen, dan gaat dit naar Terug naar de Bossen om een PROEFPROCES te beginnen.

Participatie is alleen mogelijk als er een passende compensatie is

Ook het nieuwe VN-verdrag is hier helder over. In samenspraak met Terug naar de Bossen zijn we op zoek naar iemand die in bezwaar wil gaan tegen de beslissing van een gemeente die een rolstoelbus/aangepaste auto/aanpassingen voor de eigen auto afwijzen op ondeugdelijke gronden. De jurist van Terug naar de Bossen, Christiaan Dol van belangenbehartiger.nl, wil dan kijken of er een proefproces mogelijk is. In ieder geval gaan we samen met mensen die tegen de zelfde zaken als ik zijn aangelopen aan de slag.

Met grootse dankbaarheid, en strijdbaarheid.

Uitzending Omroep Gelderland

Vervolgactie

 

 De landelijke verkiezingsprogramma ‘s

Ook wil ik dit als item neerzetten bij de landelijke verkiezingen en het onder de aandacht brengen van de landelijke politiek. Naast toegankelijk openbaar vervoer zullen individuele voorzieningen nodig blijven, inmiddels begonnen met de partijprogramma’s door te nemen. (hier kom ik op terug!)

Mijn eerste VOLVO

Mijn eerste VOLVO

Dankzij het feit dat ik in 1981 mijn eerste aangepaste VOLVO 66 (DAF met brede bumpers) ter beschikking kreeg van het GAK, heb ik carrière kunnen maken en mijn hele leven zowel vrijwillig als betaald kunnen werken. Dat was niet gebeurd zonder deze voorziening. Ook binnen MEE NL ga ik hiermee aan de slag in overleg met de belangenorganisaties zoals Ieder(in).

Jullie steun geeft mij weer power!

Wilt u overleg over bijvoorbeeld een tegenprestatie of naamsvermelding voor een gift voor het Troostbusje?

Loop je tegen de zelfde zaken op als ik? Laat het weten, dan bundelen we de verhalen en gaan jullie net als ik met de billen bloot 😉

Contact

 

Hoe is het zo gekomen? deel 1

Na lang wikken en wegen heb ik op het besluit genomen op 21 juni 2007 de langste dag.      

D-Day voor mijn boek. Al jaren ben ik er mee bezig maar afgelopen week telefonisch overleg gehad met oud tweede Kamerlid en journaliste José Smits en na een lekker warm bad ben ik er toch aan begonnen. Als het ooit bij u onder ogen komt weet u dat ik helaas (nog) geen uitgever gevonden heb.

TERUG NAAR HET ZIEKENHUIS.

Op maandag 21 juni 2007 ben ik onverwachts opgenomen in het ziekenhuis.

In de ambulance

In de ambulance

Paula mijn vrouw heeft met de huisarts gebeld ondanks dat ik dat niet wilde, ik had het gevoel dat ik mijn heup had gebroken, maar kon hem wel goed bewegen. Toen Paula even weg was heb ik snel twee pilsjes gedronken, want als  het mijn nieren zijn, helpt even doorspoelen. Deze diagnose was niet goed, want overgeven was mijn reactie. Even later kwam de huisarts die vond het verdacht en vond dat we toch even een foto moesten maken. Omdat ik zonder beugels niet in de auto kan heeft hij de ambulance gebeld. Kort daarop kwam die, de verpleegkundige constateerde hoge koorts. Door haar en de ambulance chauffeur ben ik op de brancard gelegd. Jeske mijn dochter die zelf al meerdere keren in de ambulance heeft gelegen mag samen met de chauffeur voor in zitten. Paula rijdt met haar auto achter de ambulance aan naar het Canisius ziekenhuis. Door de eerste hulp worden we ontvangen waar al snel bleek dat ik 39.8 had. Op dat moment viel de stroom uit, met zaklampen werd er verder gewerkt. Inmiddels was mijn linkerbeen helemaal rood geworden en brandde en jeukte. Het been zwol langzaam op. Raar is dat toen op een bepaalde manier bij mij ook het licht uit ging.

Paula had wel door dat het niet goed was en vertelde me dat ik vanavond hier moest blijven. Ondanks mijn angst voor ziekenhuizen heb ik niet geprotesteerd. Paula en Jeske waren aan mijn zijde en ik gaf me maar over. Het gevoel van een varken dat toch naar de slachtbank moet, maakte zich van mij meester. Met bed en al naar afdeling 44, heelkunde, tot mijn verrassing met drie vrouwen. Voor mij de eerste keer op een gemengde afdeling. Door de koorts viel ik snel in slaap.

Mijn eerste dagen

Mijn moeder werd van mijn komst op de hoogte gesteld door misselijkheid. Ze ging naar haar huisarts, Dr van de Willigen. Hij vertelde dat ze in verwachting was. Helemaal blij reed ze op de fiets naar huis, want de mobiele telefoon was er nog niet. Mijn vader was blij verrast. Of het een zoon of dochter was wisten mij ouders niet en ze keken vol verwachting uit naar mijn komst.

Mijn geboortehuis

Mijn geboortehuis

Zij woonden in Nieuw Loosdrecht in een oud veenwerkers huisje achter restaurant De Rietschans, een klasse restaurant aan de Loosdrechtse Plassen. De strijd om te overleven is daar begonnen in een klein houten huisje van 4 bij 6 meter met een rieten dak, met uitzicht op de jachthaven van De Rietschans, waar mijn vader werkte. Een betere plek om geboren te worden bestaat niet. Maar zo ver was het nog niet, eerst moest de familie nog op de hoogte gesteld worden van mijn komst.

De Rietschans 1958

De Rietschans 1958

Nog geen telefoon

De familie was er ook blij mee, het duurde wel even voor dat iedereen het wist. Telefoon hadden ze thuis nog niet. De familie werd dan ook op de hoogte gesteld door brieven of het nieuws ging van mond tot mond. Iets wat toen soms sneller ging dan de email nu. Cors Lamme, een huisvriend die mijn vader had leren kennen op de jachthaven van Bot, kwam vaak bij mijn ouders langs op de motor. Ze vertelden hem dan ook meteen van mijn komst. Buiten mijn ouders en de huisarts was hij één van de eerste die het wist en hij vond het heel leuk dat er een kleine kwam. De band tussen Cors en mij is toen al ontstaan. Mijn ouders gingen naar de winkel om een ledikantje uit te zoeken. De familie Hendriksen, waar mijn moeder in betrekking was als kindermeisje, kreeg het nieuws van mijn komst persoonlijk. De familie bood spontaan hun oude wieg aan met de woorden: “Gerda je weet zelf hoe mooi hij is”.

Mijn wieg

Mijn wieg

Al hun kinderen hadden al gebruik gemaakt van deze wieg. Van oma en opa Troost kregen ze geld voor een kinderwagen dus mijn ouders hebben in de winkel een nieuwe kinderwagen gekocht. De wieg bij Hendriksen werd opgehaald. De wieg  was niet alleen heel mooi maar ze was ook klein. Dat was in het kleine huisje van 4 bij 6 meter ook wel heel handig. Nu maar wachten op mijn komst. Dokter van der Willigen zei dat mijn moeder gewoon thuis kon bevallen. In Hilversum woonde mijn oom Cor en tante Tonnie. Tijdens de zwangerschap van mijn moeder woonde bij Oom Cor en tante Tonnie een kraamverpleegster, Katrien.  Mijn ouders konden het goed met haar vinden dus Katrien bood aan dat ze graag wilde komen als het zo ver was.

Weggelegd!

Nou, op 3 april 1958 was het zover: nadat de dokter 5 keer onverichterzake weer was vertrokken kwam Katrien erbij. Voor Katrien wilde ik wel komen, ik had toen al een hekel aan dokters… en om 4.30 zag ik het levenslicht. Katrien liet me zien aan mijn ouders en legde me heel snel in de wieg, gewikkeld in een luier. Mijn ouders hadden niet in de gaten dat ik al dood verklaard was, ik was heel erg blauw, koud en huilde niet. Katrien liep naar mijn moeder om haar verder te behandelen. Hoe zou ze nu moeten vertellen dat hun jongen er niet meer was. Nu was het tijd voor mijn comeback en ik zette het op een huilen. Katrien schrok er van en liep terug  naar de wieg. Dat was me wat, nu kon ze me in volle glorie laten zien: een knappe baby met lang zwart haar. Mijn ouders waren dolblij en realiseerden zich niet dat ik door het oog van de naald was gekropen. Mijn vader heeft toen bij het restaurant gebeld naar de moeder en stiefvader van ma, mijn opa en oma Branderhorst, om het goede nieuws te vertellen. Ik had de naam Jan gekregen en was vernoemd naar mijn opa.

Met oma en opa Branderhorst

Met oma en opa Branderhorst

Vanaf dat moment kwam iedere dag de dokter kijken. Katrien vertelde dat ik altijd zo huilde als ze aan me kwam. Dokter Willigen keek er voortdurend naar en voelde dan aan mijn arm. Dat deed zeer maar iedere keer zat hij er weer aan. Na tien dagen kwam tante Marry op bezoek, de oudste zus van mijn moeder. Onze huisdokter kwam weer. Hij vertelde dat ik vanmiddag naar het ziekenhuis moest voor onderzoek. “Om 15.00 uur komt de ziekenauto. Dan moeten jullie met hem naar Hilversum, dat armpje vertrouw ik niet”. “Mijn zus kan toch wel met een gewone auto?”, vraagt tante Marry. “Nee”,  zei de dokter, “het gaat niet om uw zus, maar om Jan”. Mijn vader wilde ook graag mee maar kon geen vrij krijgen. Voor het eerst met de ziekenauto samen met mijn moeder. De rit naar het Diaconessenziekenhuis in Hilversum verloopt prima. De Zusters staan bij de ingang al op ons te wachten. Ik ging samen met ma naar dokter Nolen, die mijn moeder het hemd van het lijf vroeg. Toen zei hij: “Blijft u maar even hier, ik neem Jantje mee”. Het was de eerste keer dat ik gescheiden van mijn moeder samen met een dokter was. Dokter Nolen onderzocht me zorgvuldig van top tot teen. Daarna werd ik naar de röntgenafdeling gebracht waar mijn eerste röntgenfoto’s werden gemaakt. Dokter Nolen bracht me terug naar mijn moeder en die vertelde dat er twee dames zaten te wachten. “Het is familie van u” zei de dokter. Op dat moment kwamen mijn tante Ali en tante Tonnie binnen.  Zij mochten er bij zijn toen de dokter aan mijn moeder vertelde dat ik mijn arm en been had gebroken. Dat wist ik zelf al wel, want die pijn had ik al mijn hele leven, maar ja, nu zegt een ander het.

De diagnose

Bij pa op de arm

Bij pa op de arm

Dokter Nolen vertelde dat ze er rekening mee moesten houden dat ik nog veel meer zou breken want ik had de bot aandoening Osteogenesis Imperfecta, ook wel brekebeentjes genoemd. “Als hij 17 jaar is heeft hij het ergste gehad”. Dat heb ik altijd goed onthouden en hij heeft gelijk gekregen. Tegenwoordig zou je deze uitspraak niet zo snel meer doen. De kennis van toen was niet groot en eigenlijk had ik enorm geluk dat toen de juiste diagnose is gesteld. Het was helder dat hij me onder controle wilde houden want er waren er maar weinig  die deze aandoening kenden en toevallig had hij er over gelezen in een medisch tijdschrift. Aan de familie die aanwezig was werd gevraagd of hij ze in de ogen mocht kijken op zoek naar blauw oogwit, een symptoom van Osteogenesis Imperfecta. Maar dat was niet het geval. Het stond al snel vast dat ik een mutant was. Vanaf nu ben ik stamvader van een nieuwe aandoening in onze familie. Samen met mijn moeder weer terug in de ziekenauto naar huis. Mijn moeder bereidde zich vast voor, hoe vertel ik het Freek (mijn Vader). Dat was niet makkelijk maar ja, je moet er mee verder. Daarna werd de rest van de familie ingelicht en ook Cors die nog vaker langs kwam. Later heb ik nog een week in het ziekenhuis doorgebracht bij dr Nolen voor verder onderzoek. Mijn eerste ziekenhuiservaring,  later zou blijken dat dit nog maar het begin was en ik nog jaren van mijn leven in het ziekenhuis zou doorbrengen.

De box

Dokter Nolen vertelde mijn ouders dat ik niet naar het ziekenhuis hoefde als ik wat brak. Als ik iets brak dan moesten ze onze huisarts Dokter van der Willigen bellen. Dokter van der Willigen kwam vaak bij ons thuis op doktersvisite en ik groeide goed. Al gauw kwam er een ledikant en de nieuwe kinderwagen van oma en opa Troost. Mijn vader en moeder waren erg trots op me, dat voelde goed. Cors, onze huisvriend, kwam regelmatig langs. Het eerste jaar verliep alles goed, ik was een rustige en tevreden baby. Mijn ouders hadden een wc stoeltje gekocht waar ik op kon worden vast gebonden. Want als ik viel brak ik wat en dat probeerden ze te allen tijden te voorkomen.

De box

De box

Ook de box deed zijn intrede; een mooie houten box met ontelbare spijlen van beukenhout. In het midden van de voorkant van de box hingen uitdagende gekleurde kralen die je van rechts naar links kon schuiven, drie rijen boven elkaar. Net als bij het Russisch telraam dat ik later cadeau zou krijgen van Ole Wudich, mijn kameraad, waarmee ik in 1992 een reis naar Rusland zou maken. Je begrijpt dat ik deze uitdaging als jonge onderzoeker niet kon weerstaan. De box kondigde weer een nieuwe periode van breuken aan. Steeds weer brak ik een beentje, doordat ik aan mijn onderzoekende geest de voorrang gaf, boven de veiligheid van de bodem van de box. Een ezel stoot zich in het gemeen niet tweemaal aan de zelfde steen, maar ik wel. Na twee keer mijn been te hebben gebroken paste mijn vader de box aan: hij timmerde plankjes aan de binnenkant van de box. Ik kon nog wel over de plankjes heen kijken maar niet meer met mijn benen tussen de spijlen door. Deze plankjes waren voor mij een goed hulpmiddel om te gaan staan. Maar dat hielden mijn zwakke botten niet dus weer spalken. Gelukkig genazen mijn botten snel en bleef ik goed gehumeurd.

Duraboline injecties

Op 15 december 1959 ging het echter goed mis. Mijn linker been brak bij het gaan staan in de box. Nu kon ik niet thuis blijven en ik werd opgenomen in het ziekenhuis. Na onderzoek werd mijn been met een rekverband weer in de juiste stand geholpen. In het ziekenhuis in Hilversum zou ik ook mijn eerste Duraboline injecties krijgen. Deze injecties,  pure doping, zouden vele jaren later de hele tour de France  op zijn kop zetten. Ook is nog overwogen om Ossopan, een soort van kalktabletten, te geven maar volgens mijn medisch dossier is hier van afgezien. Mijn ouders kwamen ieder dag op bezoek op de fiets van Loosdrecht naar Hilversum. Mijn moeder had veel steun van mijn tante Ali en tante Tonnie die beiden naast elkaar woonden in Hilversum.

DE VERHUIZING.

Mijn vader had een nieuwe baan, dekknecht op de pont van Dordrecht. Mijn vader komt uit een echte schippersfamilie en is zelf ook geboren op een schip. Hij wilde graag kapitein worden maar helaas, door dat hij kleurenblind was kwam hij niet door de keuring. Maar het was wel een vaste baan.

De pont

De pont

Op 31 december 1959 was het zover: opa Troost had een vrachtwagen geregeld voor de verhuizing. Ik bleef alleen achter in het ziekenhuis en mijn vader en moeder reden met de vrachtwagen mee naar Dordrecht. Al onze spullen werden opgeslagen in een garage van mijn opa. Oudejaarsavond logeerden mijn vader en moeder bij oma en opa Troost. Mijn opa ging altijd om 22.00 uur naar bed, dus ook deze avond. Mijn ouders moesten dus ook naar bed toe. Mijn vader viel al snel in slaap maar mijn moeder zat in de vensterbank te kijken naar het vuurwerk. Ze dacht aan mij en vroeg zich af hoe dit nu allemaal verder moest. Geen Jan, geen thuis en nu alleen zittend in de vensterbank kijkend naar het mooie vuurwerk.  Mijn moeder dacht terug aan al die leuke oudejaarsavonden bij haar moeder thuis.

Mijn vader begon op 4 januari als dekknecht op de pont. ’s Avonds  kwam mijn moeder in de hal mijn opa tegen. “Gerda, het gaat niet goed met oma ,ze wordt niet goed en is depressief. Daarom wil ik dat jullie weer weg gaan”.

De volgende morgen gaat mijn moeder met de trein naar Hilversum, naar tante Ali. Ze werd daar met open armen ontvangen en natuurlijk was ze heel blij dat ze weer bij mij op bezoek kon in het ziekenhuis waar ik de feestdagen had doorgebracht. In middels was mijn moeder zwanger van mijn jongere broer, wat natuurlijk ook weer spannend was Na zes weken mocht ik weer uit het ziekenhuis. Tante Tonnie en oom Cor brachten ons met de oude Peugeot naar Werkendam waar me mochten wonen bij de zus van mijn moeder, tante Ali en oom Co. Als mijn vader vrij was kwam hij ons bezoeken in Werkendam. De huisarts kwam ieder week een Duraboline injectie geven in mijn been, in de hoop dat het de botten sterker zou maken.

Maar ja, zo op elkaars lip zitten bij je familie was niet de ideale oplossing. Ondanks de fijne tijd toch maar weer verkassen. Nu naar mijn oma en opa in Babiloniënbroek met de taxi. Daar werd ik enorm verwend, voor mijn opa was ik als naamgenoot het ideale kleinkind en mijn oma genoot er van om mijn moeder en mij te verwennen met lekker eten en drinken. Mijn Bourgondische inslag is er bij mij met de paplepel ingegoten.

De Nessestraat.

Tijdens een bezoek in Babiloniënbroek vertelde mijn vader dat we een woning toegewezen hadden gekregen van de gemeente. Op 1 maart krijgen we de sleutel van een torenwoning met twee verdiepingen.  Mijn moeder was helemaal blij want eindelijk zou ons gezin weer herenigd zijn.

De Nessestraat Dordrecht

De Nessestraat Dordrecht

Ons geluk kon niet op want we hadden nu ook weer een eigen huisarts, Dokter de Raadt, een vriend van Dokter van Willigen uit Loosdrecht.  Al mijn gegevens uit Hilversum van het Diaconessen ziekenhuis en alle informatie uit Loosdrecht had hij gekregen. Dus er hoefde maar weinig verteld te worden. Bij de volgende breuk moesten we naar het Gemeente ziekenhuis naar Dr Zwijsen, een echte dokter, die het dieet niet had uitgevonden, met een enorme zwarte bril op zijn neus en heel erg aardig. Dr Zwijsen zou veel jaren mijn dokter zijn en een soort van tweede vader. Als je zo vaak in twee werelden leeft ga je je er aan hechten. Dit was voor mijn ouders vaak moeilijk; als ik naar het ziekenhuis moest verzette ik me er tegen maar als ik er in lag wilde ik niet meer naar huis. Als ik iets brak was dokter Zwijsen er altijd, dag en nacht, en anders kwam hij van huis om me te helpen. De veiligheid van je eigen dokter waar je van wist dat hij het goed met je voor had zou voor mij de houvast zijn in de pijn. Want je wist dat nadat je arm of been weer in het gips, spalk  of rekverband was gezet de pijn zou afnemen en alles weer beter zou worden. Pijnstillers kreeg  ik niet van dokter Zwijsen, ik moest maar even op mijn tanden bijten of mijn vader in de hand knijpen.

Mijn vader

Mijn vader was er zo ver ik me herinner altijd bij, soms mijn moeder. Eén keer mochten ze niet mee naar binnen. Ik had mijn linker bovenarm gebroken tijdens een ritje naar Loosdrecht. Mijn been zat in het gips en daarom moest ik op de achterbank. Mijn vader had een plank op de achterplank gelegd zo dat ze me er makkelijk in konden schuiven. Op de terug reis wilde ik me afzetten en ik brak mijn arm. Mijn ouders besloten naar Dordrecht te reizen naar het oude vertrouwde Gemeenteziekenhuis, mijn arm in een draagdoek. Na anderhalf uur kwamen we bij het ziekenhuis aan. Het eerste wat ik bibberend vroeg: “waar is dokter Zwijsen?”. Hij was er niet, een welverdiende vakantie.

Dokter Bruut

Maar een arts assistent zou mijn arm wel zetten. Ik werd in een aparte onderzoekskamer gereden.

Behandelkamer Gemeenteziekenhuis

Behandelkamer Gemeenteziekenhuis

De arts assistent maakt aan mijn vader duidelijk dat hij buiten moest wachten. Alleen gelaten met deze bruut voelde ik me heel eenzaam en alleen. Hij praatte niet met mij, maar alleen met de andere witte jas. De twee verpleegsters die mij probeerden te kalmeren waren lucht voor hem. Ik hoor hem nu nog zeggen: stel nu dat deze arm niet goed gebroken zou zijn, dan breek je hem nog eens. De daad bij het woord voegend brak hij mijn arm nog een keer. Paniek maakte zich van mij meester en ik voelde dat ik bijna van de wereld ging. Deze bruut, ik weet helaas zijn naam niet meer, zou ik nu nog voor het medisch tuchtcollege willen slepen. Maar ja, het is nu vast een gerenommeerd orthopeed die weet dat je kinderen met Osteogenesis Imperfecta voorzichtig moet behandelen. Het laatste wat ik weet is dat ik daarna heel snel ben ingegipst, zonder dat er een röntgenfoto gemaakt is. De bruut heb ik nooit meer terug gezien. Maar nu nog is mijn arm zo krom dat ze hem wel zes keer zouden moeten breken om hem weer recht te krijgen. De zogenaamde shaslick operatie, waar ze het bot in zes stukken zagen en dan om en om aan een pen weer aan elkaar rijgen. Of het succes zou hebben wisten ze niet maar nu, 41 later, is hij nog steeds krom en de operatie zou wel komen, als ik hem weer zou breken.

Dokter Bruut, dank hiervoor!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gastblog Charlie Loos: Oh, Oh, Den Haag…..

 Fietsstad achter de Duinen…., of toch niet?

 6 juni 2015 vulde ik een WMO-formulier in op www.denhaag.nl met de vraag om een hulpmiddel om me op korte afstanden te kunnen verplaatsen. Zo staat dat ongeveer omschreven.

Vrijheid

Vrijheid

Eindelijk op 6 december kreeg ik het toegekend en na uitleg van mijn wensen, ik wilde graag een Easy Go scootmobielfiets hebben, kwam Medipoint eind januari met een Easy Rider. Op die fiets lig je zo ongeveer, hij is laag, je hebt geen overzicht en fietsen is niet te doen als je reuma hebt. Na een maand belde ik maar eens waar mijn Easy Go bleef en kreeg ik te horen dat ik het hulpmiddel geweigerd had. Na wat heen en weer gepraat en wéér de uitleg waarom ik de Easy Go nodig had, werd hij opnieuw aangevraagd. En ja hoor, een aantal maanden later werd hij afgeleverd. Ik sprong een gat in de lucht, nu ja bij wijze van spreken dan. Eindelijk weer de vrijheid om te gaan en staan waar ik wil en wanneer ik wil.

De wegbeheerder

Helaas had een van de wegbeheerders van Den Haag in december al roet in het eten gegooid. Voor onze huizen is een parkeerplaats op het trottoir gemaakt.  Mensen kunnen echt over het algemeen niet parkeren of misschien is het gewoon te veel moeite? Ze rijden dus gewoon de stoep op  en laten hun auto zo dwars op het trottoir staan, bijna tegen de gevel van de buren.

Vroeger

Vroeger

Nu parkeerplaats voor de voordeur

Nu parkeerplaats voor de voordeur

 

 

 

 

 

Een keer zag ik het toevallig en zei ik er wat van. Dat kun je dus beter niet doen. Gevolg is echter dat ik er dan niet langs kan rijden. Maar de parkeerplaats is in het algemeen belang, van elke vreemde dus. Prachtige plek als je met vakantie gaat, want je staat er gratis…. Als dan ook tegen de muur aan de andere kant nog fietsen staan, ben ik dus helemaal in de aap gelogeerd. Dan kan ik geen kant uit, wat helaas al diverse keren gebeurd is in deze fantastische zomer. Geen ritje naar Kijkduin dus.

De Gemeente

Gisteren whats appte ik met de gemeente.  Omdat de wegbeheerder dacht dat dat Twitter was hing hij vanmorgen al om 8.16 aan de telefoon. Ik had een vrije dag, dus ik lag nog te slapen. Hij kwam dus weer met het algemeen belang en dat ik met mijn buren moest praten. Mijn nieuwe hele lieve buren hebben bijna 3 kinderen en een bakfiets voor hun raam en dat mag niet volgens de wegbeheerder. Ik moet dus vragen of ze die bakfiets EN  hun geveltuintje weg halen. Een bakfiets zou daar niet mogen staan en ook een geveltuintje mag niet volgens die wegbeheerder.   Moet je tegen GroenLinks zeggen….

Dat de parkeerplaats voor nummer 57/59 wel weg mocht om een vergelijkbare reden was vóór zijn tijd.  Ja, zo lust ik er nog wel een paar!!!…..

Amsterdammertjes in Den Haag

Dat dat niets oplost omdat daar geen Amsterdammertje staat en ze dan dus weer gewoon dwars op de stoep gaan parkeren, vatte hij niet. Wel vroeg hij of ik wist van wie dat grof vuil was. Na mijn ja, vroeg hij niet verder, maar dat had hij dus beter wel kunnen doen zodat hij zou begrijpen dat met de buren aan die kant niet te praten is. Ik ging gisteravond even kijken waar al die herrie vandaan kwam. Kwam een meneer van 2 huizen verder behoorlijk agressief aanstormen met de mededeling dat ik me er niet mee had te bemoeien. Ik zei maar niks! Keek alleen maar en vertelde de sjouwende dames, hij deed niks, dat het me een zorg zou zijn. Handig hoor, zelf een grote bek, en een ander voor je laten werken.

 

Grof vuil en fietseb

Grof vuil en fietsen

Een zelfde reactie kreeg ik overigens van de andere buurman, toen ik het waagde om iets over fietsen tegen de muur te zeggen of zoals laatst het grofvuil te verplaatsen omdat ik er langs moest met mijn fiets. Anders kon de schilder zijn steiger niet neerzetten.

Grof vuil

Grof vuil

Goede buur

Dan ben ik weer heel blij, dat ik aan mijn kant van de straat, wat dus ook een woonerf is, wel goede buren heb. Het is echt: Een goede buur….   Links is dus in dit geval ook beter dan rechts. Misschien denkt de wegbeheerder echt dat hier de kous mee af is. Mijn nieuwe buren zijn helaas nog op vakantie, dus ik kan ze mijn voorstel niet doen. Het wordt wel een ludiek geval van burgerlijke ongehoorzaamheid. Ook dat heb ik tegen de wegbeheerder gezegd, maar daar reageerde hij dus niet op.

Niks mag van hem:

Om te beginnen mag die parkeerplaats niet weg, want dat is algemeen belang en dan gaan ze toch op straat vóór de paaltjes staan.

Een gele trottoirband mag niet, ook niet bij mijn oprit, die daar speciaal voor gemaakt is op mijn aanwijzingen, want de werklui begrepen de tekening op de foto niet,

Geen bordje: “Verboden fietsen te plaatsen” op de zijmuur.

De kinderen kunnen aan de overkant in die andere wijk spelen.

En dan zegt de gemeente dat die man met genoeg alternatieven kwam.  Via Whats app dus. Hieronder het eindresultaat van het Whatsappen: Ik heb de gemeente uiteindelijk verteld dat ik de Sociale Media in ga schakelen en aangeboden een link te sturen.

Antwoord van de gemeente: “We begrijpen je frustratie, maar we rekenen op je begrip. De link mag uiteraard verstuurd worden via de Whatsapp. Ik wens je een prettige dag.”

.

Mijn dochter fietste rond op onze stoep (vorige eeuw)

Mijn dochter fietste rond op onze stoep (vorige eeuw)

Ik heb ze verteld dat ik er geen begrip voor heb.  Dat ik hier zeker 20 jaar zonder parkeerplaats heb gewoond en dat mijn kinderen dus gewoon op de stoep konden spelen. Dat je kinderen van 2,5 en 1,5 jaar niet verwijst naar een speeltuin in een andere wijk aan de overkant van een drukke verkeersweg met ook nog een tram, waarvan het waarschuwingslicht niet eens werkt.

Of ik boos ben? Laaiend is een beter woord. De bode in de Tweede Kamer zou ook nu zeggen: “Ik zag de stoom van je afkomen!”

Wordt vervolgd….

Charlie.