De hoogste bestuursrechter bij de Centrale Raad van Beroep heeft uitspraak gedaan in de eerste WMO 2015 zaken.
Volgens de rechter moet de gemeente burgers met een beperking voldoende hulp bij het huishouden (Hbh) verstrekken om te kunnen participeren in de samenleving.
Maatwerkvoorziening
Met de invoering van de nieuwe Wmo 2015, vonden veel gemeenten dat hulp bij het huishouden een ‘algemene voorziening’ was en dat zij dit niet meer hoefde te verstrekken. De rechter heeft hier een streep door gehaald en vindt dat de gemeente mensen met een beperking volledig moet compenseren. Dus ook met huishoudelijke hulp als degene dat – vanwege zijn of haar beperking – niet langer zelfstandig kan.
Normuren
Voor 1 januari 2015 werd de normtijd voor Hbh gebaseerd op het CIZ-protocol. Met de invoering van de Wmo 2015 zijn veel gemeenten daar van afgestapt en gingen de mensen die Hbh hard nodig hebben er vaak fors op achteruit.
De hoogste bestuursrechter heeft vandaag ook bepaald dat dit niet zomaar kan. Inwoners moeten volledig gecompenseerd worden. Weliswaar mag de gemeente gebruik maken van normtijden, maar dan moeten deze op ‘objectieve wijze’ zijn vastgesteld. Bij het CIZ-protocol was dat het geval.
Nieuwe aanvraag
Als de gemeente vorig jaar u geen Hbh wilde toekennen, omdat het een ‘algemene voorziening’ was en/of als u vorig jaar fors op de Hbh bent gekort, dan kan het zinvol zijn om bij uw gemeente een nieuwe aanvraag in te dienen. U verwijst naar de uitspraak van de CRvB (ECLI:NL:CRVB:2016:1402) en vraagt om volgens het CIZ-protocol geïndiceerd te worden. Als de gemeente dat niet wil doen, dan kunt u hiertegen bezwaar maken. Uiteindelijk kan de rechter de gemeente terugfluiten.
Hulp bij bezwaar
Als vrienden van Terug naar de Bossen, kunt u zo goed als gratis gebruik maken van de juridisch ondersteuning van Belangenbehartiger.nl. Zie hiervoor onze eerdere bericht
Houd dit ook even goed in de gaten : “Rechter: Norm huishoudelijke hulp onvoldoende”.
Van 4 mei 2016 : De gemeente Utrecht heeft onvoldoende aangetoond dat zorgverleners binnen 78 uur jaarlijks – 1½ uur per week – een schoon en leefbaar huis kunnen garanderen.
Utrecht heeft de collectieve voorziening voor huishoudelijke hulp vastgesteld op 78 uur per jaar. Dat is het aantal uren in een jaar waarbinnen de huishoudelijke hulp een ‘schoon en leefbaar’ huis moeten kunnen opleveren. Onvoldoende zeggen de eisers op basis van hun ervaringen. De rechtbank geeft ze gelijk en oordeelt dat de gemeente onvoldoende heeft kunnen aantonen dat de zorgverleners ook daadwerkelijk binnen 78 uur jaarlijks een schoon en leefbaar huis kunnen garanderen.
De rechtbank beslist dat de eisers recht hebben op de eerder vastgestelde hulp bij het huishouden uren.
http://www.gemeente.nu/Sociaal/Nieuws/2016/5/Rechter-Norm-huishoudelijke-hulp-onvoldoende-2798693W/