Voor mij persoonlijk was het een hele bijzondere dag: de eerste demonstratie voor gelijke rechten. We durfden ook niet zo goed de berg af. Hij was ook enorm steil en de terugreis was een ware prestatie. Zeker om met je gewone rolstoel weer naar boven rijden. Als veertienjarige heb ik toen besloten dat ik de weg naar de stad wilde afleggen samen met de initiatiefnemers zoals Ton de Ley; Een leerling van de Nijmeegse scholengemeenschap N.S.G. waar we in 1971 een integratie project mee waren begonnen. Hier hebben leerlingen van het N.S.G. en wij van de Monnikskap elkaar leren kennen. Samen dingen doen, praten, bier drinken en plannen maken. Hier is dan ook het plan ontstaan om actie te voeren tegen de ontoegankelijkheid van dit net nieuw gebouwde Cultureel Centrum. In dat opzicht was de demonstratie zeer indrukwekkend. Het gevoel!
Er moet een bom op!
Het was net alsof je lang in een ziekenhuis hebt gelegen en je voor het eerst weer buiten komt. Het was ook heel spannend; het was de eerste protest mars van mensen met een handicap, compleet met begeleiding door de politie. Onze biologie docent meneer Nollen, normaal een bedaarde man, riep steeds: “Er moet een bom op ! Er moet een bom op !” Dat zal ik nooit vergeten. We waren ook boos. Niet alleen aanpassingen aan het gebouw waren geschrapt, maar ook de plantenbakken. Dat werd steeds in één adem genoemd. De Gemeente Nijmegen en de wethouder van Financiën en Cultuur moesten tijdens de bouw van het Cultureel Centrum bezuinigen. Mr J. J de Haas, tevens bestuurslid van de Sint Maartenskliniek, had bij de deskundigen van de Maartenskliniek advies gevraagd. Deze deskundigen waren van mening dat dit centrum dat het bieden van kunstzinnige vorming en culturele activiteiten aan gehandicapten een bijzondere bekendheid en knowhow vereiste en verzorgd diende te worden door specifiek op gehandicapte gerichte instellingen. Deze aanpassingen zoals de liften en het rolstoeltoilet kon dan ook met een gerust hart worden weg bezuinigt. De reactie van een van de deskundigen:”gehandicapten doen niet aan cultuur, als ze al aan cultuur doen is het op therapeutische basis, zoals drummen om hun agressie kwijt te raken.” Van dit soort opmerkingen wordt ik nu nog steeds agressief. Aan ons werd niets gevraagd. De demonstratie van 200 jongeren met en zonder handicap verzamelde zich bij de poort van de Maartenskliniek. Groepsleiders, docenten, leerlingen; iedereen liep mee in de bonte stoet. Bewoners van Werkenrode sloten zich aan. We hadden zelf spandoeken geschilderd. Ik kan me nog herinneren dat ik als ritselaar gevraagd was om bij de naaikamer achterin de grote keuken lakens te versieren.
De naai non
De naai non, ik weet helaas haar naam niet meer, gaf me een hele mand vol lakens mee en fluisterde dat ze het geweldig vond. Hard op kon dit natuurlijk niet gezegd worden, want de Maartenskliniek was zelf verantwoordelijk voor deze situatie. Onder in het souterrain, de ruimte van de verkenners, werden de spandoeken aan latten getimmerd en de teksten werden geschilderd. Jongeren van de Nijmeegse scholen gemeenschap haalde de jongeren op en gezamenlijk reden we de berg af. Ik had ook een spandoek samen met een van mijn rollende broeders.
Voor ons uit reed een oude DAF en de stoet werd begeleid door politie agenten en een televisieploeg van het NOS Journaal. Fotografen van de Gelderlander en de Volkskrant en het ANP fotografeerde de bijzondere stoet. Even waren we groot nieuws in Nederland. Gehandicapten die de straat op gingen om op te komen voor het recht op toegankelijkheid. Het moet ook niet gekker worden. Aan de kant van de weg zag je mensen denken, waar moet dit heen? De charitatieve fondsen en de kerken zorgde er normaal voor dat de burgers hun schuldgevoel konden afkopen door een bijdrage te geven voor het goede doel. In een keer liep het “goede doel” zo maar los in de straten van Nijmegen en eiste ze ook nog dat iedereen maar rekening moest houden met al die gebrekkige. Dadelijk willen ze ook nog in onze buurt wonen. Misschien wel naar de scholen van onze kinderen?! Eerst de vrouwen toen de zwarten en nu weer de invalide. De actie was goed voorbereid en de directie van de scholen hadden hun toestemming gegeven. Natuurlijk was er ook een vergunning nodig voor onze demonstratie. De politie heeft nog geprobeerd om de demonstratie niet door te laten gaan want het zou Nijmegen een slechte naam bezorgen. Na een aantal gesprekken kwam de vergunning als nog. Van te voren was afgesproken dat de demonstratie ordelijk en in gepaste stilte zou plaatsvinden. Onze eigen ordedienst had met Werkenrode, de Maartenskliniek en de Nijmeegse scholengemeenschap (N.S.G) afgesproken om voor de poort van de Maartenskliniek te verzamelen. Inmiddels is ook de politie gearriveerd en zet de stoet zich in beweging.
Tweehonderd jongeren met en zonder handicap liepen mee in deze, later historische, actie. Onze rolstoelen werden geduwd door de jongeren van het N.S.G. en de medewerkers en docenten van de Maartenskliniek. De politie regelde het verkeer om zo onze tocht naar het centrum goed te laten verlopen. Als snel zongen we in koor: “trap er uit, wij er in…!” In de binnenstad lag het verkeer even lam wat ons een gevoel van macht gaf. We maakte even het verschil!