Het IVBPR, het EVRM; bekende namen voor de rechtenstudent. Toch ontbreekt in dat rijtje een ander belangrijk, maar wellicht minder bekend mensenrechtenverdrag. Het is redelijk nieuw en in studieboeken is er (nog) niet veel over geschreven: het IVRPH.
Gastartikel door Zarah Bootsman, eerstejaars rechtsgeleerdheid aan de Open Universiteit en kernteamlid van Wij Staan Op.
Het IVRPH
Het IVRPH, ofwel VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, kwam in 2006 tot stand in New York. De opbouw van het verdrag, bestaande uit vijftig artikelen, is redelijk standaard te noemen. Na een aantal algemene bepalingen en verplichtingen voor de staten die partij zijn, volgen de losse artikelen. Deze hebben betrekking op onder andere gelijke behandeling, recht op onderwijs, toegankelijkheid en de bevordering van bewustwording in de samenleving.
2016: ratificatiejaar
De toenmalige Nederlandse regering zette al in 2007 zijn handtekening onder het verdrag, maar toch duurde het tot dit jaar om tot ratificatie over te gaan en daarmee is Nederland een van de laatste landen om deze stap te zetten. Waarom heeft dit zolang geduurd? Het antwoord op deze vraag is dat het verdrag bijna alleen maar verplichtingen voor de overheid met zich meebrengt en niet voor individuele personen of organisaties. De regering wilde eerst uitzoeken wat ratificatie zou betekenen voor de Nederlandse overheid, alvorens hiertoe over te gaan.
Wat betekent dat nou precies, ratificatie? De VN omschrijft het als volgt: een staat die een verdrag ratificeert is “consent to be bound” en wil dus partij worden bij het betreffende verdrag. Hoe ratificatie in zijn werk gaat, verschilt per geval. In het geval van het IVRPH verliep het proces als volgt. De Tweede Kamer moest instemmen met de ratificatie, samen met een aantal ingediende moties om invulling te geven aan het IVRPH. Dit gebeurde uiteindelijk op 21 januari jongstleden. Gezien het tweekamerstelsel dat Nederland hanteert, had echter ook de Eerste Kamer een stem.
Zij stemde bijna drie maanden later, op 12 april, ook in met de ratificatie. Op 20 mei werd in de goedkeuringswet gepubliceerd in het Staatsblad, waarna het IVRPH op 14 juli 2016 in Nederland werking trad.
Gevolgen voor de burger
Houdt de overheid zich niet aan het verdrag, dan kan je als burger stappen ondernemen. In eerste instantie bij de rechter, maar in een later stadium ook naar het College van de Rechten van de Mens ingeval een verdragsbepaling is geschonden. Tevens heeft de VN een speciaal comité opgericht dat toezicht houdt op de landen die zich hebben gebonden aan het IVRPH.
Het verdrag moet er in principe voor zorgen dat mensen met een handicap dezelfde mensenrechten krijgen als mensen zonder handicap. Inclusie moet geen uitzondering meer zijn, maar het moet de norm worden. Kinderen die thuis zitten omdat ze vanwege hun handicap niet naar school kunnen? Not done volgens artikel 24 IVRPH. Discriminatie op gebied van handicap? Idem, volgens artikel 5.
We zijn er nog niet!
Is het wetgevingsproces omtrent het IVRPH dan nu klaar? Zeer zeker niet! Na de ratificatie van een verdrag begint het echte werk pas. Zo is recentelijk het Besluit toegankelijkheid verworpen door de Tweede Kamer. De Kamer vond dat deze AMvB te weinig voorwaarden schiep voor echte toegankelijkheid en ligt dus weer op de tekentafel. Bij het maken van nieuwe wetgeving moet er nu wel rekening worden gehouden met het IVRPH. Anders kunnen burgers, zoals eerder gezegd, hiertegen in verzet komen bij het College van de Rechten van de Mens en de rechter. Deze mag dan wel niet toetsen aan de Grondwet, maar wel aan een verdragsbepaling.
——————————————————————————-
Gastartikel door Zarah Bootsman, eerstejaars rechtsgeleerdheid aan de Open Universiteit en kernteamlid van Wij Staan Op.
Eerder verschenen in het Het Rechtenstudentje? 6 december 2016
Iedereen moet mee kunnen doen. Ook op internet. Met toegankelijke websites zorgen we dat iedereen gebruik kan maken van de mooie dingen die internet biedt. Maar wanneer is een website toegankelijk? En wanneer is een website drempelvrij? Twee termen die nogal eens door elkaar worden gebruikt.
Alle Drempelvrije websites zijn toegankelijk
Een website is drempelvrij als deze de toetsing van Stichting Waarmerk Drempelvrij.nl heeft doorstaan. Dit is het Nederlandse keurmerk voor toegankelijke websites.
Pas na een uitgebreide inspectie kan je het Waarmerk Drempelvrij in ontvangst nemen. Je hebt dan een website die je ook echt drempelvrij mag noemen.
Een drempelvrije website is dus ook volledig toegankelijk. Dat weten we zeker, want hij is getest door een officiële (en onafhankelijke) instantie zoals Stichting Accessibility. De keuring vind plaats op drie verschillende niveaus (A, AA en AAA). Deze niveaus zeggen iets over hoe goed je website voldoet aan de WCAG 2.0 richtlijnen. Dit zijn internationale regels die vier principes hanteren:
Waarneembaar
Bedienbaar
Begrijpelijk
Robuust
Ieder principe is verdeeld in succescriteria. Al deze criteria bepalen hoe toegankelijk een website is.
Niet alle toegankelijke websites zijn drempelvrij
Niet alle toegankelijke websites zijn 100% drempelvrij. De keuring voor het Waarmerk Drempelvrij is vrij zwaar (en prijzig). Het is in Nederland alleen voor de overheid verplicht om het Waarmerk Drempelvrij te hebben. Gelukkig zijn er steeds meer organisaties die ook een drempelvrij-inspectie doen. Zij vinden de digitale toegankelijkheid net zo belangrijk als de offline toegankelijkheid.
Hoe herken ik websites met het Waarmerk Drempelvrij?
Een website met het Waarmerk Drempelvrij herken je aan een groen logo met een mannetje. Als je Level AA van de WCAG 2.0 richtlijnen hebt behaald dan krijg je het logo met twee groene sterren. Op de website van het Waarmerk Drempelvrij.nl staat een overzicht van alle drempelvrije websites. Hier kan je ook zien door wie de website is gebouwd.
Niet iedere Drempelvrije website is herkenbaar aan het groene logo. Zo heeft de website van mijn bedrijf Geev vorm geen logo geplaatst, maar wel het Waarmerk Drempelvrij behaald. Zo waren wij lange tijd de enige webdesigner in Nederland die het inspectie-traject helemaal heeft doorlopen en met succes heeft behaald.
Wat is nou beter? Toegankelijk of drempelvrij?
Ik zou het liefst zien dat via de wet verplicht wordt gesteld dat iedere website toegankelijk moet zijn. Alleen dan kunnen we er voor zorgen dat iedereen gebruik kan maken van alle mooie dingen die het internet te bieden heeft. Het VN verdrag inzake de rechten van personen met een handicap zet al een stap in de juiste richting, maar we zijn er nog niet.
Ik weet echter ook dat 100% toegankelijk niet voor ieder bedrijf of organisatie kan. Een mooie start zou zijn als alle websites van organisaties en bedrijven met een maatschappelijke of sociale functie toegankelijk zijn. Ik vind dat dit de websites zijn die volledig aan de WCAG 2.0 richtlijnen zouden moeten voldoen. Ik denk dan vooral aan zorgverleners, het onderwijs, bibliotheken en de politiek.
En moeten alle websites dan ook Drempelvrij zijn? Nee hoor, Drempelvrij is niet meteen beter dan 100% toegankelijk. Ik vind het belangrijker dat het besef er is bij bedrijven en organisaties dat een inclusieve samenleving verder gaat dan alleen de offline wereld. Het Waarmerk Drempelvrij kan daarbij helpen.
Bart Pluijms is expert digitale toegankelijkheid bij Geev vorm. Op persoonlijke titel blogt hij op onlinetoegankelijk.nl. Zijn wens: “Een betere website voor iedereen”.
Wij Staan Op! vraagt in open brief om vier kerndoelen van belang voor de participatie van mensen met een handicap mee te nemen in het regeerakkoord.
Toegankelijkheid wordt de regel, ontoegankelijkheid de uitzondering. 5 april 2017, te Leiden
Geachte mevrouw Schippers,
Wij benaderen u in uw huidige rol van informateur van het mogelijk toekomstige kabinet,
Op 14 juli 2016 trad het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap in werking in Nederland. Bij de formatie van een nieuwe regering behoeft deze erkenning van de ongelijke positie van deze mensen expliciete aandacht te krijgen. Nú kunnen keuzes worden gemaakt die actief en effectief bijdragen aan een samenleving waarin mensen met een beperking op gelijke voet kunnen mee doen. Net als vele anderen heeft Wij Staan Op!, een beweging van jongvolwassen ervaringsdeskundigen, ook vorig jaar al aandacht gevraagd voor de ratificatie van het VN-Verdrag. We doen nu opnieuw een beroep op de beleidsmakers om verschil makende stappen te zetten.
Op veel kerndoelen is nadere invulling noodzakelijk om mensen met een levenslange en levens brede beperking of chronische ziekte autonoom en op voet van gelijkheid te kunnen laten participeren. Wij Staan op! doet hierbij concrete voorstellen op vier van deze doelen.
Dit zijn: 1. Reduceren van regeldruk. 2. Bescherming van de financiële positie; 3.Betere toegankelijkheid treinen 4. Beschikbaarheid van betaalbare toegankelijke woningen en keuzevrijheid van woongemeente.
1.Regeldruk voor mensen met een beperking sterk reduceren.
Het autonoom leven staat onder druk. Mensen met een handicap die zelfstandig wonen, moeten bijvoorbeeld, elk jaar opnieuw, invullen hoe hun zorg er van minuut tot minuut uit ziet. Terwijl het volstrekt duidelijk is, dat hun handicap nooit zal verminderen of verdwijnen. Dit gaat tot op het detailniveau van tandenpoetsen. Iemand krijgt alleen hulp daarbij als dat op papier staat en als een arts opnieuw heeft verklaard dat zij die hulp nodig hebben. Voor iedere (verlenging van) voorziening(en) zijn steeds nieuwe medische verklaringen nodig. Met verschillende maatregelen willen wij hier een einde aan maken:
A. Stel één allesomvattende menselijke medische verklaring beschikbaar, die toegang geeft tot de verschillende voorzieningen op alle levensterreinen. Een simpel voorstel met een grote directe besparing. Een rekenvoorbeeld: uitgaande van 10.000 mensen, 10 verklaringen per jaar à €37, levert een besparing op van €3.700.000.Bevorder maatwerk door gemeenten. Laat de vraag van de cliënt (gesteund door deskundigen) bepalen wat nodig is.
B. Ontmoedig het standaard, vaak niet passend aanbod van een gemeente. Dit bespaart veel overlegtijd en veel loze procedures. En nog erger, wat nu gebeurt: verspilling omdat de geboden, ook nog steeds dure, standaardvoorziening niet werkt. Persoon is niet geholpen, voorziening wordt niet benut. Geld is weggegooid.
C. Ontschot de financiering van de voorzieningen (bijvoorbeeld met een participatiebudget). Ook dit bespaart geld omdat er geen dubbelingen en/of overlap ontstaan of schrijnender nog: ingewikkeld getouwtrek over wat waar thuis hoort met als gevolg geen toekenning. Goede voorbeelden zijn: Integraal PGB in de gemeenten Woerden en Delft. Dit geeft enorme voordelen voor de zorgvrager en levert tegelijk een besparing op.
Resultaat van de voorgestelde maatregelen:
Een drastische vermindering van de bureaucratie en passende en levens brede verstrekking van voorzieningen. Met als gevolg: kostenbesparing voor de verstrekkers en kwaliteit plus meer tijd van leven voor personen, die zelfs mèt maatwerkvoorzieningen, nog steeds al hun creativiteit nodig hebben om een beetje normaal te leven.
2.Bescherming van de financiële positie van mensen met een levenslange en levensbrede beperkingen/of chronische ziekte.
Deze groep mag geen hogere kosten hebben dan andere Nederlanders. Wij Staan Op! vraagt uw aandacht voor de financiële positie van mensen met een levenslange en levensbrede handicap. Geschat wordt dat een kwart tot een derde van de mensen met een beperking in armoede leeft. Bovendien heeft het Nibud (zorguitgaven chronisch zieken en mensen met een beperking september 2016) gerapporteerd dat mensen met een beperking substantieel extra (zorg)kosten hebben als gevolg van hun handicap. Het is volgens ons noodzakelijk dat gericht, consistent en fijnmazig beleid ontwikkeld wordt dat een financieel gelijkwaardige positie waarborgt ten opzichte van de financiële positie van mensen zonder beperking of chronische ziekte. Een breed onderzoek naar de (onbedoelde) effecten van wet- en regelgeving op de inkomenspositie en de specifieke kosten van deze mensen is hiervoor nodig. De arbeidsmarktpositie moet worden versterkt zodat zij ook hun inkomenspositie kunnen verbeteren en een pensioen kunnen opbouwen. Negatieve financiële effecten van keuzes om samen te wonen moeten worden vermeden. Wij Staan Op! vraagt om te laten onderzoeken wat er nodig is om verbetering in de huidige extra ongelijke situatie te brengen en om, beginnend met de nieuwe belastingwetgeving, expliciet rekening te houden met al deze mensen.
3.Betere toegankelijkheid treinen
Mobiliteit wordt ook als een van de rechten in het VN verdrag omschreven. De toegankelijkheid van het OV en dus ook van de treinen maakt hier een belangrijk deel van uit.
De NS heeft een planning voor het toegankelijk maken van het OV. De belangrijkste items zijn:
Een uitbreiding van de in- en uitstaphulp met 45 stations binnen 10 jaar.
Op hoogte brengen van de perrons voor 2030.
Die planning biedt voor de korte termijn dus nauwelijks soelaas. En over 10 jaar kunnen rolstoel- of scootmobiel-gebonden passagiers met deze planning nog steeds 250 stations in Nederland niet gebruiken. Het op hoogte brengen van de perrons is alleen effectief als de treinen aangepast zijn en dat is maar beperkt het geval. Dus, als er verder niets gebeurt is er in 2030 (over 13 jaar) nog steeds zeer beperkt in- en uit stap hulp en zijn er nog steeds maar beperkt treinen zelfstandig toegankelijk.
Wij Staan Op! dringt er bij de regering op aan om nú passende maatregelen te nemen die toegang tot vervoer breder mogelijk maken en die waarborgen dat NS, als private partij zich rekenschap geeft van de noodzaak om te blijven investeren in toegankelijkheid en, naast het uitrollen van grote projecten, betrokken en actief zoekt en blijft zoeken naar creatieve oplossingen.
In dat kader, en vanuit het besef dat niet alles in één keer kan worden gerealiseerd stelt Wij Staan Op! een minimale aanpassing van het beleid voor die slechts een minimale investering vergt. Een kleine stap die echter wel al op korte termijn tot significant grotere toegankelijkheid van treinen kan leiden.
Er is een drietal typen toegankelijke treinen (Sprinters/lightrail) in gebruik bij de NS en bij andere vervoerders zoals Arriva. Dit betreffen bij NS de SLT (131) en de Flirt treinen (58) en de aankomende SNG (118). Deze gelijkvloerse instaptreinen doen tezamen veel stations aan. Veelal stations waar nu geen in- en uitstaphulp is. En stations waar de perrons niet op hoogte zijn. Met gevolg dat de toegankelijkheid van deze treinen niet benut kan worden, ook niet straks, na realisatie van bovengenoemde plannen van NS.
Wij stellen voor:
A.Deze gelijkvloerse instaptreinen uit te rusten met een losse lichtgewicht loopplank, (zoals Arriva dit met succes ook doet waar zij rijden met de toegankelijke lightrail treinen) en de conducteur de verantwoordelijkheid te geven voor het in- en uit stappen van de rolstoel- of scootmobiel-gebonden reiziger op stations waar geen assistentie is. Voor de conducteur vrijwel geen meerwerk, omdat deze nu ook al meestal betrokken is bij het in- en uit stappen. Zij checken altijd bij hun passagiers waar ze eruit moeten. En vergeleken met de vaak lange intercity’s heeft de conducteur van een sprinter overzicht over zijn hele trein. Dit vergt een eenmalige investering van : €153.500 (€500 (loopplank) x 307 (aantal toegankelijke treinen bij NS). En deze treinen te vermelden in de reisplanner.
B.Prioriteit te geven aan aanpassing van de perronhoogte bij die perrons waar de toegankelijke treinen al rijden. Dit vergt geen extra investering, alleen een andere prioriteitstelling.
C. In drie jaar tijd de in- en uitstaphulp uitrollen op die stations waar geen toegankelijke trein rijdt.
D. Wij Staan Op! als ervaringsdeskundige en creatieve gesprekspartner te betrekken bij verdere ontwikkeling van het toegankelijkheidsbeleid.
4.Beschikbaarheid betaalbare toegankelijke woningen en keuzevrijheid van woongemeente.
Voor alle starters op de woningmarkt is er op dit moment een enorme schaarste. De wachtlijsten voor een betaalbare huurwoning zijn lang en kopen is onmogelijk. Voor mensen met een beperking die zijn aangewezen op een aangepaste woning met een lage huurprijs zijn de problemen nog groter. Voor hen zijn er vaak ook geen alternatieven omdat een studentenkamer voor hen in bijna alle gevallen ongeschikt is, of wordt als zij afstuderen.
De problemen zijn door de regelgeving rond passend toewijzen in de Woningwet 2015 sterk toegenomen en met name de druk op de goedkope woningvoorraad, waarop mensen met een laag inkomen zijn aangewezen. Aangepaste woningen hebben vaak hogere huren omdat ze meestal groter zijn en ze ook anderszins hogere stichtingskosten hebben. Veel aangepaste woningen hebben daardoor dus een te hoge huur voor de doelgroep. En er zijn er simpelweg véél te weinig.
Wij vragen u.
A. Om in de Woningwet 2015 voor mensen met een indicatie voor een aangepaste woning een voorziening te treffen bij de thans bestaande regels voor passend toewijzen.
Om in het nieuwe Bouwbesluit toegankelijkheid en bruikbaarheid voor mensen met een beperking als standaard op te nemen. Al eerder is helaas vaak gebleken dat marktpartijen hier zonder regelgeving geen rekening mee houden en dat zij de vrijheid nemen om van standaarden uit te gaan, die al bij de planvorming, onbedoeld mensen met een beperking buiten sluiten met alle negatieve gevolgen van dien voor deze groep mensen.
Wij Staan Op! zet liever één stap echt, dan dat we praten over grote stappen en we vragen u met deze brief om datzelfde te doen.
Nu het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap is geratificeerd zet Wij Staan Op! zich verder in om een verandering in Nederland te bewerkstelligen in mentaliteit en in werken aan oplossingen. We willen dat mensen met een handicap niet worden gezien als een aparte groep voor wie van alles in aparte wetten en regelingen moet worden geregeld, maar dat er met ons in plaats van over ons wordt gepraat. Inclusiever denken en doen, zien we als één van de manieren om dat te bereiken. Op deze manier, met de kennis van ervaringsdeskundigen, zorgen wij ervoor dat de uitvoering van het VN-verdrag in het land wordt gedaan.
Om de mensen met een handicap een gelijkwaardige positie te geven als burger van de samenleving blijven we steeds opnieuw investeren in de constructieve dialoog met de politiek en de samenleving. Maar ook blijven we organisaties, en individuele personen, bewust maken van de gemaakte keuze voor toegankelijkheid als de norm (door het aannemen van het VN-Verdrag), wat er nu moet gebeuren en wat ieder daar zelf aan gaat bijdragen.
Mijn hart gaat altijd harder kloppen bij Nijmegen, ondanks dat ik in het mooie en toegankelijke Wijchen woon. Al jaren is er een strijd tussen voorstanders en tegenstanders van de herbouw van de Donjon in het mooiste park van Nijmegen: het Valkhof. Ooit stond hier de Valkhofburcht, tot in 1795 werd besloten tot afbraak van deze mooie burcht.
Na jaren van soebatten lijkt het er nu van te komen. De Donjon toren zal zoals het er nu naar uit ziet worden herbouwd. De voorstanders zien de herbouw als grote kans om de economische, cultuurhistorische en toeristische waarden van het Waalkade-gebied te versterken. De tegenstanders, onder aanvoering van Huub Bellemakers, zien de Donjon als een soort Disneytoren, een commercieel gedrocht en geschiedsvervalsing.
Internationaal Toegankelijkheids Symbool (ITS)
Wat er gaat gebeuren, dat laat ik graag aan onze buren in Nijmegen over. Maar als de Donjon herbouwd wordt zal hij in ieder geval volledig toegankelijk moeten zijn. Inclusief lift, toegankelijke toiletten, horeca voorzieningen en ook de B&B moet dan volledig BTBU (Bruikbaar, Toegankelijk, Bereikbaar, en Uitgankelijk) zijn. Nu het vn-verdrag-handicap geratificeerd is, kan het niet zo zijn dat deze toren niet voldoet aan de toegankelijkheidseisen.
Burgemeester is op de hoogte
Eén ding is zeker: voor dit gebouw hebben we niets te vrezen van de monumentenwet. Natuurlijk heb ik dit al laten weten aan wethouder Renske Helmer, Burgemeester Bruls, de Gelderlander en Omroep Nijmegen. Mocht er advies nodig zijn, dan is Inclusie Verenigt graag bereid om te adviseren. Ik heb nog al wat ervaring opgedaan bij een ander gebouw wat uitkijkt op de Waal: Cultureel Centrum de Lindenberg. Het heeft de gemeente toen veel geld gekost om het achteraf nog toegankelijk te maken.
Bestorming
Het is geen bedreiging, maar ik heb horen fluisteren dat als de Donjon er komt en deze niet toegankelijk is, dat Robin Hood, Broeder Tuck, en hun mannen en vrouwen van Terug naar de Bossen de toren zullen bestormen en dat er een langdurige belegering van het Valkhof zou kunnen gaan plaatsvinden.
Jaarlijks behandelen wij op het Stedelijk Gymnasium Nijmegen het thema Verzorgingsstaat in de lessen maatschappijleer. Ons boek geeft de leerlingen een beeld van wetten en werking, historie en problemen van onze verzorgingsstaat. Om een persoonlijk en indringend beeld te krijgen van binnenuit nodigen wij al enkele jaren de heer Jan Troost uit. Meer dan geboeid zit de klas een uur te luisteren naar wat het betekent om je hele leven afhankelijk te zijn van regelingen en voorzieningen en het ontbreken daarvan. Zaken als mantelzorg, opkomen voor jezelf, je leefsituatie en financiële situatie, je eigen leven vormgeven met een handicap krijgen een persoonlijk gezicht.
De leerlingen worden stil, denken na en stellen vragen.
Inmiddels hebben al acht politieke partijen het regenboogakkoord onderschreven, waarbij met name de LHTB-groep word genoemd.
WAAR BLIJVEN WIJ?
Maar waar blijven wij, burgers met beperking? Ons land telt er meer dan anderhalf miljoen. Aan de vooravond van het Nationaal Zorgdebat blikte op 1 Vandaag de directeur van budgethoudersvereniging Per Saldo terug op de hervormingen in de zorg, lees: bezuinigingen met de botte bijl.
Deze zijn rücksichtslos doorgevoerd, ondanks alle waarschuwingen van organisaties van gehandicapten en chronisch zieken dat het zou uitdraaien op een puinhoop. En ziedaar, we hebben gelijk gekregen: de bureaucratie in de zorg is de pan uitgerezen, met per saldo nog hogere zorgkosten dan tevoren, om nog maar te zwijgen van de ellende voor zorgvragers die zo hun eigen productiviteit geblokkeerd zagen. En wie niet de capaciteiten of de kracht had om in bezwaar te gaan, trok aan het kortste eind.
wij eisen implementatie VN Verdrag
Ook onze groep van burgers met beperking is veelkleurig. Nu Nederland, als een van de laatste landen, op 14 juni 2016 dan eindelijk het VN-gehandicaptenverdrag heeft geratificeerd, wordt het onderhand wel tijd dat ook te implementeren. Daarom eisen wij nu in het regenboogakkoord van het nieuwe kabinet ook een positie op, maar dan niet aan de onzichtbare buitenrand!
Truus Jonker: Professioneel blind, van 1949, vier dochters, tolk voor asielzoekers en Secretaris Fakkel 2000 www.fakkel2000.nl
De Lamme, de Blinde en de Gekke Muzikant, we kunnen niet MET elkaar maar zeker niet ZONDER elkaar. En dus zijn we weer net gewone mensen….
Ook hier geldt weer: Het geheel is meer dan de som der delen, we versterken elkaar, maken van elkaars beperkingen nog meer dan uitdagingen, we prikken elkaar vast op onze blinde vlekken, proberen de ander daar te raken waar hij geraakt wil worden en hopen dat die ander daar uniek op reageert. Daar worden we vrolijker en sterker van en dat stralen we dan ook uit
Jan Troost (de lamme), Jeroen Zwart (de blinde) en Franswa Poerkwapa (de gekke muzikant), De Beperkte Drie-Eenheid. De link naar Het Geloof is snel gelegd, en ook daar steken we de draak mee. Oftewel: Ook Het Geloof heeft z’n beperkingen…..
De Participatie maatschappij
Sommigen zeggen over ons dat we thuis horen in een inrichting, maar eigenlijk bevinden we ons al in een soort van inrichting, we noemen het De Participatiemaatschappij.
Liefde uit zich op verschillende manieren. Bij ons is dat uit versterkt in theatrale vorm, we willen anderen laten delen in onze liefde voor het leven en voor elkaar. Respect voor elkaar is de basis, daardoor ontstaat vertrouwen in elkaar en als je dat hebt (en dat hebben we) dan kun je met elkaar spelen. Dat doen we dan ook veel en graag, en we vinden het leuk als anderen daar van genieten en (ook niet onbelangrijk) ons er ruimhartig voor betalen.
Op het gemak
Als wij mogen komen dan blijft dat niet onopgemerkt. We ontvangen de gasten op verrassende theatrale humorvolle wijze, en zorgen ervoor dat iedereen zich meteen op zijn/haar gemak voelt door te vertellen waar men alles kan vinden (toiletten, garderobe, belangrijke mensen en uiteraard de koffie).
We zijn verder handig in het verplaatsen van mensen en er al doende voor te zorgen dat iedereen op de juiste tijd op de juiste plaats is. Maar we zijn op ons best als we op het podium op ludieke wijze onze visie mogen geven op alles waar de mens zoal mee te maken heeft, en dat is erg breed. Wij hebben overal een mening over en een act is dan ook snel gemaakt. Dat kan een act zijn die we al hebben, maar we kunnen ook maatwerk leveren. Verrassende visies op zorg, onderwijs, organisaties en natuurlijk het VN Verdrag inzake rechten van gehandicapten(of niet), we laten je kennismaken met een andere kijk op alles. Door onze verschillende achtergronden, ons uitgebreid netwerk en enorme levenservaring op allerlei gebied zijn we goed in staat om de inhoud van een bijeenkomst meer betekenis te geven, te zorgen dat de inhoud langer blijft hangen en de gasten meer inzicht te geven in wat het nou eigenlijk betekent om bijvoorbeeld om te gaan met beperkingen, of met mensen met beperkingen.
Je kunt ons gedurende een dagdeel inzetten waar en waarvoor je maar wil. Enige voorwaarde is dat als je Jan Troost ergens wil hebben, dat dat gebied dan wel rolstoeltoegankelijk moet zijn, want hij zit in zo’n ding en laat zich niet tillen….
Wat is dan die vergoeding die we graag zouden ontvangen voor onze diensten? Welnu, dat varieert, de ene keer is de andere niet, de ene opdrachtgever zit ruimer in de slappe was dan de andere, het handigst is om even contact et ons op te nemen. Mail of bel ons gerust, op troostoverleven@gmail.com of op 06-20540711, dan kunnen we kijken of jullie budget en ons optreden te combineren zijn. (niks is ons te gek, en wie niet waagt die niet wint….) Maar ook als je gewoon meer info wilt, bel of schrijf gerust.
We horen graag wanneer je ons denkt te kunnen inzetten, en zijn gaarne bereid om een en ander in een tête à tête te bespreken (dat heb ik altijd als eens zo willen zeggen…..)
Goede vraag voor. Voor mij is het antwoord helder. Ik ben een burger met mensenrechten. Het mooie is dat goed zorg ook een mensenrecht is. Helaas zijn mensen met een handicap te lang gezien als objecten van zorg en daar zijn we zelf ook in gaan geloven.
Medisch model
Het medisch model is de afgelopen eeuwen ook in de hoofden van de objecten van zorg blijven hangen. Nu heb ik niet echt iets met dokters en ziekenhuizen zoals jullie en ongetwijfeld ook onze medische vrienden, weten. Natuurlijk als ik iets breek of ander akkevietje heb ben ik wel blij met onze medische vrienden met hun witte jassen. Ook als OI-er weet ik hoe belangrijk zij zijn. Maar zo gauw als ik weer “normaal” ben, ben ik weg!
Gewoon mee doen
Ga ik me toch maar weer bezig houden met mensenrechten. Vroeg of laat kom ik uit het ziekenhuis en moet ik weer participeren. ‘Gewoon meedoen’ zoals dit Kabinet roept. Aan de arbeid, uit gaan, vrijwilligerswerk doen, naar school gaan, sporten enz. Maar als je een handicap hebt, heb je ook een maatschappelijk probleem. Ontoegankelijke gebouwen, ontoegankelijk vervoer, stoepen, woningen en scholen. Zullen we het nog maar niet hebben over de infrastructuur zoals wegen, voetpaden en stoepen.
Ik zou bijna vergeten ‘design for all’ . Zelfs medische apparatuur is vaak niet goed toegankelijk/bruikbaar voor mensen met OI. Denk maar aan behandeltafels, MRI en röntgenapparatuur. Tankstations, winkels, koffieautomaten, pinautomaten, treinen en ik kan nog even verder gaan.
Een handicap is een maatschappelijk probleem,
Eindelijk is er nu het VN Verdrag inzake rechten van mensen met een handicap. Onze regering heeft er bijna 10 jaar over gedaan om dit verdrag te ratificeren.
Vanaf nu kunnen we naar het College van de rechten van de mens. Voel jij je gediscrimineerd of niet gelijk behandeld voelt kun je nu een beroep doen op dit verdrag. Bijvoorbeeld als je kind geweigerd wordt op een school kun je hier gebruik van maken. Het kost niks om het probleem hier voor te leggen. Al sinds de jaren zeventig zit ik in de belangenbehartiging om gelijke rechten te bevechten. Dit doel hebben we bereikt. We hoeven het alleen nog maar te verzilveren.
Soms denk ik dat ik nu wel met pensioen kan.
Maar helaas nu ik gelijke rechten heb moet ik als gehandicapte 58 jarige ook door blijven werken tot mijn 68ste. Tja gelijke rechten heeft ook zijn nadelen…..
Historie daar is waar ik me de laatste tijd mee bezig houd. Historie over bijna 45 jaar dat ik actief ben in de belangenbehartiging. Samen met velen uit onze achterban. Na het digitaliseren van deze oude band realiseerde ik me hoeveel er van onze makkers inmiddels de strijd hebben moeten opgeven. Door ziekte, frustratie of omdat ze veel te jong zijn overleden. Zoals Luc Houx, Yvon Bakker, Michelle Gooren, Hinke Zijda en vele anderen. Ja, ik geef toe, soms kan ik wel janken. In de historie zie je telkens keer weer dat wanneer het met de economie slechter gaat, onze achterban het haasje is.
TV beelden in historisch perspectief
Uithuilen
Mijn moeder gaf me altijd een kop soep als er weer een kameraadje was overleden op de Mytylschool. Daar heb ik geleerd om gewoon door te gaan. Voor die mensen die denken dat ik het opgeef na het kijken van deze oude beelden, vergeet het! Natuurlijk niet, maar dat mensen uit onze achterban het soms het strijden moe zijn, snap ik echt. Gisteren had ik zo’n moment. De angst sloeg me op het hart. Ik zit in de WW nog 3 maanden en dan………..?
Slapen in de bus
Het zal toch niet zo zijn dat ik dadelijk in mijn mooie nieuwe bus moet gaan slapen, omdat onze rolstoel aangepaste huis in de verkoop wordt gezet door de bank, die mede verantwoordelijk is voor de crisis. Rijden met de bus kan ik dan ook niet meer, diesel is niet te betalen en mijn verzekeringspremie is verdubbeld omdat ik de aanpassingen tegenwoordig mee moet verzekeren. Maar slapen kun je er wel in, matrasje, en er zit gelukkig een standkachel in!
Pensioen
Mijn “grote vriendin Jetta Klijnsma” en haar Rechtse Kabinet heeft voor ons bepaald dat ik de komende 10 jaar nog moet werken om daarna van mijn pensioen te gaan genieten!
Met dat laatste heb ik me overigens nooit bezig gehouden want de dokters hebben altijd gezegd dat ik niet ouder zou worden als 28. Het hebben van een handicap vraagt veel energie. Gelukkig ben ik gezegend met het feit dat ik (nog) geen energetische beperking heb.
Nu maar hopen dat het zo blijft!
Gelukkig
Maar gelukkig vannacht goed geslapen en weer opgestaan met vernieuwde energie. Ik heb veel steun van Paula en de kinderen. Vandaag contact met Administratiekantoor Floor Luiten in Nijmegen en met Ruud van de Broek om te kijken of een eigen bedrijf tot de mogelijkheden behoord. Mede n.a.v. dit overleg besloten om me in te schrijven bij de Kamer van Koophandel. Net gedaan, houdt jullie op de hoogte. De namen waar ik onder te vinden ben zijn: Troostoverleven en Inclusie Verenigt.
Toen ik nog in een internaat woonde in de bossen van Nijmegen (1976), prijkte de leus ‘Vive la révolution’ bij mij op de deur.
De verworvenheden van de Franse revolutie (vrijheid, gelijkheid en broeder(zuster)schap), ook destijds alweer twee eeuwen oud, waren voor ons als jongeren met een handicap – die nog opgesloten zaten in de bossen – alleen wensdromen. Gelijkheid vormt eigenlijk een voorwaarde die vooraf gaat aan vrijheid en broeder(zuster)schap.
Lange strijd voor gelijke behandeling
Het is dan ook niet verwonderlijk dat gelijkberechtiging en gelijke behandeling al geruime tijd op de agenda van belangengroeperingen van mensen met een handicap of chronische ziekte prijkt. De strijd om gelijkberechtiging duurte vele lange jaren. Allereerst werd die strijd vooral gevoerd door Jopla en de organisatie ‘Met recht anders’. Om het recht op toegankelijk openbaar vervoer op te eisen.
De toenmalige Gehandicaptenraad, voorganger van de CG-Raad (inmiddels Ieder(in)), nam zo’n twintig jaar geleden het estafettestokje over. Op 1 april 2003 was het zover: de Eerste Kamer nam het wetsvoorstel gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (WGBGcz) aan. Uiteraard wilden veel vertegenwoordigers uit alle betrokken geledingen daarbij aanwezig zijn, zo ook een aantal doven. Tot mijn stomme verbazing luidde de reactie van de Eerste Kamer op het verzoek om een doventolk: ‘Daar moet u zelf voor zorgen’. Is dát nu een antwoord dat tegemoet kwam aan die nieuwe wet?
Omdat die wet op 1 april 2003 nog niet in werking is getreden, konden we dit eerste voorval van ongelijke behandeling niet melden bij de Commissie Gelijke Behandeling. Bovendien ging de wetgeving voorlopig alleen nog maar over gelijke behandeling op het gebied van arbeid, onderwijs en toegang tot het openbaar vervoer. De toegang tot goederen en diensten viel er dus in puur juridische zin net niet onder.
Het is nu zaak dat er zo snel mogelijk een dove medewerker of lobbyist ergens in politiek Den Haag aan de slag gaat. Als werknemer kan hij of zij dan een doventolk opeisen; de aanwezigheid ervan vormt immers een voorwaarde om te kunnen werken. Het blijft dan een intrigerende vraag of de financiering van de tolk gezien wordt als een taak van de werkgever, de UWV of van de Kamer…?
VN Verdrag
Inmiddels hebben we het VN Verdrag en zijn tevens goederen en diensten aangenomen.
Het College van de Rechten van de Mens is nu de plek om te laten uitzoeken of er sprake van discriminatie. Hier kun u zich melden.
Hoe snel het gaat bij de toegankelijkheid van het openbaar vervoer hoef ik u niet te vertellen. Toen onderstaande foto is gemaakt wisten ze niet hoe gelijk ze zouden krijgen!
Iedereen die nu denkt ‘nu komt alles goed’, die stel ik bij voorbaat teleur.