Tag archieven: nijmegen

Toegankelijk Nijmegen: Goede plannen beginnen op een bierviltje in de kroeg.

Op 17 mei 1995 mocht ik zowel Burgemeester (Ed) d’Hondt als Ab Friedhoff, Voorzitter van de Gehandicaptenraad, toespreken in de oude Raadszaal van de Gemeente Nijmegen. Daar was ik toen coördinator van de WIG (Werkgroep Integratie Gehandicapten) was, het heet nu het Zelfregiecentrum Nijmegen. Nijmegen kreeg als eerste stad uit handen van de Voorzitter van de Gehandicaptenraad de STANDAARDREGELS BETREFFENDE HET BIEDEN VAN GELIJKE KANSEN VOOR GEHANDICAPTEN – de voorloper van het VN Verdrag Handicap.

Martin Luther King had een droom. Die had ik toen ook.

De Waalsprong

De Waalsprong (foto jan troost)

Geïnspireerd door Martin Luther King leek het me goed om dit te delen met onze gasten. Nijmegen was op dat moment druk bezig met het maken van plannen om ‘de sprong over de Waal’ te maken.

Ik vertelde dat het mijn droom was dat het nieuwe stadsdeel de Waalsprong volledig zou voldoen aan het Handboek Toegankelijkheid (nu de Integrale Toegankelijkheids Standaard 2020).

Woning voor iedereen

Overal zijn de woningen volledig toegankelijk voor iedereen. Voor rolstoelgebruikers zijn er speciale woningen die ruim genoeg waren om ook met een elektrische rolstoel er te wonen. Vergelijkbaar met de Fokus woningen in Nijmegen Oost, maar dan zo dat je ook bij andere bewoners op bezoek kon gaan. Omdat er natuurlijk ook oudere historische woningen zijn wordt dit door middel van nieuwe technieken opgelost.

Lift bij historisch gebouw

De zorg

De zorg zal in 25 jaar toenemen omdat het de verwachting is dat er steeds meer ouderen met een handicap komen. Om mensen toch zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen worden er zorgpunten gerealiseerd in de wijken, waar huisartsen en zorgverleners de wijk kunnen bedienen. Als er bij een bewoner die normaal gebruik maakt van een PGB’er iemand ziek is, kan hier extra hulp worden ingeroepen.

Maar ook integrale oplossingen zoals elektrisch in hoogte verstelbare toiletten met een Japanse toiletbril zijn van de partij. En natuurlijk standaard dometica in de woningen, waardoor er minder hulp nodig is.

Infrastructuur

Alle stoplichten zouden voorzien zijn van rateltikkers zodat mensen die slechtziend of blind waren veilig konden oversteken. Alle bushalten en bussen zijn dan toegankelijk  doordat ook de Provincie Gelderland de eisen bij aanbesteding heeft overgenomen. Om ervoor te zorgen dat alle straten, stoepen en opgangen van de winkels toegankelijk waren is er een speciale Aandachtsfunctionaris aangesteld. Deze heeft de leiding, vanaf het moment dat de tekening wordt gemaakt tot de uiteindelijk aanleg. Bij de gemeente zijn er speciaal opgeleide ervaringsdeskundigen aangenomen om toezicht te houden.

Tram bijbelsopenluchtmuseum (foto Jan van Teeffelen)

Hoogteverschillen in Nijmegen zijn opgelost door een toegankelijke tram, die overgenomen is van het Bijbels Openluchtmuseum. Maar ook door de aanleg van glazen liften zoals bij de Marikenstraat en de Waalkade. Omdat de gemeente natuurlijk ook een gezonde binnenstad wil zijn is de bus uit het centrum gehaald voor mensen die slecht ter been zijn. Er is een speciaal toegankelijke ‘riksja’ gebouwd om ouderen met hun aankopen naar het centrum te brengen.

Chat-riksja-Transportfiets-Van-Raam

Publieke gebouwen

Natuurlijk zijn alle winkels toegankelijk, inclusief alle paskamers bij kledingwinkels. De nieuw gebouwde kantoorgebouwen zijn volledig toegankelijk voor iedereen. In de vergaderruimten was standaard gedacht aan soloapparatuur voor medewerkers of gasten die slechthorend zijn. Doordat in de aanbesteding van de gemeente Nijmegen door de politiek was aangegeven dat alle nieuwbouw – dus ook hotel, café s, restaurants en culturele instellingen – minimaal moesten voldoen aan het Handboek Toegankelijkheid werd de Waalsprong het visitekaartje van Nederland. Vanuit de hele wereld komt men leren van Nijmegen. 

Natuurgebieden

Natuurlijk is er met de Waalsprong rekening gehouden met een mooie groen-zone. Alle paden van schelpen/kalk/klei zijn met plastic roosters, waardoor het grind niet weg kan, bedekt. Zodat je je lopend en rijdend met rolstoel of kinderwagen door de natuurgebieden kan begeven, genietend van de natuur. Door het gebruik van deze materialen is het ook mogelijk om als niet ziende eenvoudig je weg te vervolgen. Voor mensen die energetische problemen hebben is er voldoende zitgelegenheid. Met picknicktafels die ook voor de rollende gebruikers goed bereikbaar zijn. Voor de Vierdaagse en de andere wandelmarsen  van Nijmegen was overigens de hele wandelroute volledig toegankelijk gemaakt omdat in 1995 ook rolstoelgebruikers mee gingen doen.

Vervoer

Natuurlijk was er ook aan het vervoer gedacht. Toenmalig Wethouder Janssen had het idee opgevat om een volledig toegankelijke kabelbaan vanaf De Lindeberg over de Waal aan te leggen zodat iedereen met de Kabelbaan de Waalsprong goed kon bereiken.

Kabelbaan Nijmegen voor Stadhuis Nijmegen1995 (fotograaf onbekend)

Het Station in Nijmegen en Elst waren prima toegankelijk met de laatste technisch snufjes. In 2020 stond het in de planning om Station Nijmegen enorm te vernieuwen. Het Stationsgebied kreeg de opdracht om het meest toegankelijke en gebruikersvriendelijke Station te worden van Nederland. Bijzonder was dat ze in de plannen ook al nagedacht habben over de verschillende verkeersstromen. Ze wilden deze scheiden om zowel met de auto of de fiets, als lopend of met de rolstoel het station te kunnen bereiken. Daarnaast moet er ook verder gewerkt worden aan de ontwikkeling van de elektronische taststokken: deze stokken werken met sonar en geven een signaal wanneer gevaar dreigt. Je voelt de signalen via de knoppen op het handvat. Het grote voordeel van elektronische taststokken is dat het ook obstakels op hoofdhoogte doorgeeft. Dus ook bij een overhangende tak.

Dromen is mooi, maar verwezenlijken is beter!

Vanaf 1 september, 25 jaar nadat ik mijn droom (die een beetje aangepast is inmiddels) had,  ben ik na wat omzwervingen weer terug in Nijmegen. Er is veel gebeurd, maar regeren is vooruitzien, ook voor Nijmegen. Als we niet naast duurzaamheid ook de toegankelijkheid (ook van internet) op de agenda zetten, voorzie ik een nachtmerrie voor de toekomst. Ik hoop samen met onze collega’s bij de gemeente Nijmegen en de Werkgroep Toegankelijkheid van het Zelfregiecentrum Nijmegen en niet te vergeten de Nijmeegse politiek echt te werken aan onze stad.

Goede plannen beginnen in de kroeg op een bierviltje. Dus wil je met ons meedenken? Wees welkom! 

‘Toegankelijkheid voor iedereen’ is de norm.

Over 5 jaar ga ik met pensioen (misschien…) dus we hebben nog even tijd.

Jan Troost
Dromer en Projectleider Toegankelijkheid Zelfregiecentrum Nijmegen

 

Voorlezen in de bibliotheek!

Ik ben gevraagd als oud-Nijmegenaar om mee te werken aan het voorleesproject Kleurrijke Verhalen.

Jan in gesprek met inwoners Amsterdam
Conferentie niet mopperen maar opperen Amsterdam 2013

Dit project is voortgekomen uit een initiatief in Amerika om kennis te maken met de diversiteit van onze samenleving. Voorlezen aan kinderen door kleurrijke mensen. Dat de bibliotheek mij heeft gevraagd vind ik een compliment, want dat suggereert toch dat ze me in Nijmegen nog steeds kleurrijk vinden!

Het idee om jonge kinderen in contact te brengen door o.a. drag queens komt uit 2015. Een Amerikaanse moeder wilde haar zoontje toen meer leren over genderdiversiteit en bedacht de voorleesuren in de klas. Wat begonnen is in de Verenigde Staten, is nu ook in het Verenigd Koninkrijk en Nederland te vinden. Ik vind het een geweldig initiatief om de diversiteit van onze samenleving al op jonge leeftijd onder de aandacht te brengen.

Hoe jonger hoe beter!

Kinderen hebben nog geen vooroordelen en stappen gewoon op je af. Zo vragen ze in alle openheid waarom ik niet kan lopen, een dikke schoen heb en zeggen “wat bent u een klein mannetje” of dat ik op Jerommeke uit Suske en Wiske lijk.

stripfiguur
Jerommeke (stripfiguur Suske en Wiske)

 

(Foto Joke Visser)

 

 

 

 

 

 

 

Kom naar de bieb!

Ik was verrast dat dit initiatief weerstand opriep. De bibliotheek vertelde mij dat een eerdere voorleesbijeenkomst van mijn collega voorlezer drag queen Marcella was afgelast omdat er een demonstratie was van een groep jongeren die van mening waren dat je kinderen niet mocht blootstellen aan onze kleurrijke samenleving.

Deze discussie was helemaal aan me voorbij gegaan, moet ik zeggen. Maar, ik geloof in een samenleving voor iedereen. Dus, Marcella: ik vind het een eer om samen met jou de kinderen voor te lezen. De bibliotheek stuurt me een paar kinderboekjes, waar ik zelf een keuze uit mag maken. Nou, ik ga thuis vast oefenen.

De jongeren die de vorige keer demonstreerden kom ik ook graag een keer voorlezen. De Krokodillenbende is echt een aanrader.

Vind jij ook dat voorlezen van belang is voor je kind en ben je met mij van mening dat diversiteit en ontmoeting voor iedereen een verrijking is? Dan zie ik zie je graag samen met jullie kinderen, op 2 februari van 14.00 -14.45 in de bibliotheek Gelderland Zuid (Mariënburg 29 in Nijmegen).

Jan Troost Inclusie Verenigt

Bestorming Donjon in Nijmegen!

Mijn hart gaat altijd harder kloppen bij Nijmegen, ondanks dat ik in het mooie en toegankelijke Wijchen woon. Al jaren is er een strijd tussen voorstanders en tegenstanders van de herbouw van de Donjon in het mooiste park van Nijmegen: het Valkhof. Ooit stond hier de Valkhofburcht, tot in 1795 werd besloten tot afbraak van deze mooie burcht. 

Schilderij van de voormalige burcht (door J. Hoogers)

Na jaren van soebatten lijkt het er nu van te komen. De Donjon toren zal zoals het er nu naar uit ziet worden herbouwd. De voorstanders zien de herbouw als grote kans om de economische, cultuurhistorische en toeristische waarden van het Waalkade-gebied te versterken. De tegenstanders, onder aanvoering van Huub Bellemakers, zien de Donjon als een soort Disneytoren, een commercieel gedrocht en geschiedsvervalsing.

Internationaal Toegankelijkheids Symbool (ITS)

Wat er gaat gebeuren, dat laat ik graag aan onze buren in Nijmegen over. Maar als de Donjon herbouwd wordt zal hij in ieder geval volledig toegankelijk moeten zijn. Inclusief lift, toegankelijke toiletten, horeca voorzieningen en ook de B&B moet dan volledig BTBU (Bruikbaar, Toegankelijk, Bereikbaar, en Uitgankelijk) zijn. Nu het  vn-verdrag-handicap geratificeerd is, kan het niet zo zijn dat deze toren niet voldoet aan de toegankelijkheidseisen.

Burgemeester is op de hoogte

Eén ding is zeker: voor dit gebouw hebben we niets te vrezen van de monumentenwet. Natuurlijk heb ik dit al laten weten aan wethouder Renske Helmer, Burgemeester Bruls, de Gelderlander en Omroep Nijmegen. Mocht er advies nodig zijn, dan is Inclusie Verenigt graag bereid om te adviseren. Ik heb nog al wat ervaring opgedaan bij een ander gebouw wat uitkijkt op de Waal: Cultureel Centrum de Lindenberg. Het heeft de gemeente toen veel geld gekost om het achteraf nog toegankelijk te maken.

Bestorming

Het is geen bedreiging, maar ik heb horen fluisteren dat als de Donjon er komt en deze niet toegankelijk is, dat Robin Hood, Broeder Tuck, en hun mannen en vrouwen van Terug naar de Bossen de toren zullen bestormen en dat er een langdurige belegering van het Valkhof zou kunnen gaan plaatsvinden.

Wij zijn er klaar voor!

U bent gewaarschuwd

Aanbeveling door: Stedelijk Gymnasium Nijmegen

Gastles Jan Troost:

les gymnasium nijmegen
Les maatschappijleer verzorgingsstaat

De Verzorgingsstaat

Jaarlijks behandelen wij op het Stedelijk Gymnasium Nijmegen het thema Verzorgingsstaat in de lessen maatschappijleer. Ons boek geeft de leerlingen een beeld van wetten en werking, historie en problemen van onze verzorgingsstaat. Om een persoonlijk en indringend beeld te krijgen van binnenuit nodigen wij al enkele jaren de heer Jan Troost uit. Meer dan geboeid zit de klas een uur te luisteren naar wat het betekent om je hele leven afhankelijk te zijn van regelingen en voorzieningen en het ontbreken daarvan. Zaken als mantelzorg, opkomen voor jezelf, je leefsituatie en financiële situatie, je eigen leven vormgeven met een handicap krijgen een persoonlijk gezicht.

De leerlingen worden stil, denken na en stellen vragen.

Stedelijk Gymnasium Nijmegen

Eugène Kok

docent maatschappijleer

Stedelijk Gymnasium Nijmegen

 

 

De Rosamars 1973: voor de ongelukkigen van de Sint Maartenskliniek!

Na de demonstratie bij de officiële opening van Cultureel centrum De Lindenberg, op 29 maart 1972, werd onze  actiegroep integratie gehandicapten al spoedig tot Werkgroep Integratie Gehandicapten gedoopt.

Binnen of buiten?

In deze vergadering werd besloten om onze actiegroep in tweeën te splitsen. Eén groep zou zich in de ” buitenwereld ” gaan roeren. De tweede groep. die de naam AIG nog een aantal jaren zou voeren, zou binnen de muren actie gaan voeren, om ook intern de boel op te schudden. Gezien mijn lichamelijk gesteldheid besloot ik om intern actief te worden.

foto leden AIG 1972 Een vergadering van de Actiegroep Integratie Gehandicapten. Helemaal rechts vooraan Gerard te Wierik, Frans Huijsman, Jan Troost, Margareth Underwood, Frans Suitela, Donald Willemsen, Ton de Ley en Cees Laurijsen

Nijmegen is altijd de stad van de Vierdaagse geweest, al vanaf 1909 is dit steeds grotere wandelevenement het hoogte punt van het jaar voor Nijmegen! In de aanloop naar dit grote wandelfestijn worden er wandelmarsen georganiseerd. De nobele wandelaars die soms wel tussen de 40 of 50 km afleggen, lopen heel vaak voor het goede doel!

Rosamars!

Ja, je raad het al het “goede doel”, waren de ongelukkigen van de Sint Maartenskliniek. Op een vaak zonnige dag, verzamelden de wandelaars zich bij de Limos kazerne in Nijmegen. Normaal was onze luchtmacht hier de baas, maar twee dagen per jaar nam de organisatie van de Rosamars het roer over en honderden wandelaars maakte zich klaar voor dit grote wandelfestijn. Niet alleen zij moesten zich voorbereiden maar ook de bewoners van de flat. Zo ook in 1973. De eerste keer dat ik dit mocht meemaken.

Reuma afdeling

Zelfs de kinderen van de Reuma afdeling werden klaargestoomd voor het defilé. Alle kinderen werden geknipt en soms geschoren. De witte lakens op de bedden, die stijf stonden van de stijfsel werden ingestopt en iedereen werd naar buiten gereden. Niet alleen mijn rollende kameraden maar ook zij op krukken mochten naar buiten voor de flat, op de voor hun klaar gezette stoelen plaats nemen.

foto rosamars
De wandelaars worden verwelkomt

In een bonte parade kwamen de ziekenhuis bedden met de reumapatiëntjes aan rijden. Zij werden door de zusters in witte uniformen vanuit het souterrain de helling naast de flat opgeduwd. Moe en bezweet kwamen de verpleegsters aan bij de hoofdingang van de flat. Voor onze vrienden van de reuma afdeling was het een van de enige keren per jaar dat ze buiten kwamen. Dus ze werden goed afgedekt zodat hun tere huidjes, niet door de zon zouden worden verbrand. De bedden werden in slagorde naast elkaar geplaatst en één van de nonnen begon al zenuwachtig heen al weer te lopen want de eerste wandelaars zouden nu zeer spoedig verschijnen.

In 1973 heb ik voor de eerste keer meegemaakt dat de wandelaars van de Rosamars over het terrein van de Sint Maartenskliniek liepen.

Het goede doel!

In alle vroegte werden we samen met alle andere revalidanten naar buiten gedreven om de wandelaars toe te zwaaien. Natuurlijk was dit “geheel vrijwillig”, maar iedereen moest er wel zitten! De directie en de witte jassen kwamen net op tijd voor het defilé van de Rosamars. Het was de eerste keer zijn dat ik dit tafereel mee zou maken. Op het moment dat de eerste wandelaar in zicht kwamen, werd ons duidelijk gemaakt dat we hard moesten klappen.

foto ergotherapie
Kom naar buiten allemaal!

De wandelaars liepen voor het goede doel en het inschrijfgeld werd grotendeels geschonken aan de Sint Maartenskliniek. Als beloning kregen de wandelaars dit defilé aangeboden. Op commando begonnen we te klappen, als dank voor zoveel spontaniteit werden we toegezwaaid door het gehele wandelpeloton. Na bijna 3 uur was de laatste wandelaar gepasseerd, hij liep   moeilijker dan de krukken lopers bij ons. In omgekeerde volgorde vertrokken onze broeders en zusters van de kinderrevalidatie weer naar hun kamers. Hierna werden onze Reumajongeren in hun bedden weer naar hun souterrain gereden. Om een jaar later hier weer vandaan gehaald te worden. De directie nam nog een glaasje wijn en was benieuwd naar de opbrengst van de Rosamars. Kort daarop is tijdens een vergadering van de door ons opgerichte Actiegroep Integratie Gehandicapten besloten dat we ons actief moest inzetten om een einde te maken aan het aapjes kijken en dat we als goede doel werden ingezet!

Ontsnapt

In de gang op de terugreis van het defilé reed ik bijna tegen mijn vriend (soms vijand) Andreas aan.  Andreas was geboren in Suriname en heeft polio. Je moet iemand in een rolstoel, zeker mijn temperament volle vriend, Andreas, niet tegen zijn rolstoel rijden! Tijdens het rolstoelbasketbal heb ik hem ooit met bal en al uit zijn rolstoel gereden. Hij kroop terug in zijn rolstoel pakte zijn zakmes uit zijn zak, stopte hem tussen zijn tanden en heeft me het hele terrein achterna gezeten. Gelukkig was ik sneller met mijn roadmaster. Andreas had niet net als ik een roadmaster( een robuuste E en J met cross banden).

foto andreas
Andreas in zijn Meyra

Andreas reed in een Meyra die had wel dezelfde bediening, maar in mijn ogen had ik een Mercedes en hij een DAF. Status had ik niet echt, maar ik was  trots op mijn tank. Die dag namen Andreas en ik het voornemen om het jaar daarop zelf mee te rijden met de Rosamars.

Zo gezegd, zo gedaan

Het jaar daarop zijn we vroeg opgestaan. De nachtzuster  heeft me, voordat de groepsleiding kwam, in mijn rolstoel geholpen. Ik had tegen haar gezegd dat ik een verrassing had voor de groepsleiding. Andreas  stond bij de deur van de flat te wachten. We moesten wachten tot 8.00 uur want dan zou de elektrische deur open gaan. De portier van het ziekenhuis kwam de deur dan open maken. De groepsleiding, die vroege dienst hadden, moest naar binnen kunnen. Andreas en ik stonden gespannen te wachten, tot we de klik hoorden van de automatische deur. Dit was het teken dat de deuren van het slot gingen. Nog even wachten, want de portier moest de tijd krijgen om terug te lopen naar het ziekenhuis. In de verte hoorden we de groepsleiding al kletsend aankomen.  Ik fluisterde:  “Andreas kom laten we gaan!” Met volle vaart reden we de flat uit. Achter ons hoorden we nog iemand roepen:   waar gaan jullie naartoe?”  We deden net of we niets hoorden en reden met volle vaart langs de portier, even zwaaien en nu de berg af. Het terrein van de Maartenskliniek is zeer heuvelachtig en het kost dan ook heel wat kracht, om met onze peddelwagens de eerste heuvel te beklimmen. Maar we wisten dat de heuvel, om op de Berg en Dalseweg te komen voor ons lag. Met ware doodsverachting stortten we ons naar beneden. Maar we wisten waar we aan begonnen want in 1972 tijdens de eerste demonstratie naar Cultureel Centrum de Lindenberg , waren we de berg ook afgereden. Onderweg moesten we aan omstanders vragen waar de Limos Kazerne was, zij wezen ons de weg. Gelukkig wisten de weinige automobilisten die er reden, dat ze gehandicapten voorrang moesten verlenen. Zonder problemen komen we aan bij de Kazerne. Hier was het inmiddels al behoorlijk druk. Er was muziek en in marktkramen stonden de vrijwilligers van de organisatie van de Rosamars klaar om alle wandelaars in te schrijven.
Andreas en ik stonden keurig in de rij. Maar voordat we het in de gaten hadden stonden we ineens vooraan. Iedereen liet ons voor. Op dat moment realiseerden we ons hoe je een handicap kunt gebruiken om tijd te winnen. Eenmaal bij de kraam beland keek de  mevrouw van de organisatie ons vreemd aan. Ze vroeg me: ” kan ik U helpen?” Graag mevrouw en ik gaf haar het inschrijfgeld en legde uit dat we mee zouden doen aan de 40 km. Eigenlijk wilde we mee doen aan de 50 km, maar dan hadden we eerder moeten starten. Ja, en dat was niet mogelijk want de deur ging pas om 8.00 uur open. Nadat ze wat overlegd had met één van haar superieuren, kregen we de felbegeerde startkaart. Ze legde uit dat als we de gele bordjes en de andere wandelaars zouden volgen we uiteindelijk weer bij de kazerne terug zouden komen. Als we ook morgen weer op tijd waren bij de start en hem helemaal zouden uitlopen, kregen we een medaille.

Vandaag doen we als eerste rolstoelgebruikers mee aan de Rosa mars (1973).

Andreas en ik volgde de gele bordjes en reden door de straten van Nijmegen. Iets waar we absoluut niet over nagedacht hadden was dat wandelaars de rare neiging hebben om van de gebaande paden af te wijken. De organisatie had hier dan ook rekening mee gehouden! Voor we het wisten reden we niet meer op de mooi verharde weg, maar over bospaden in de mooie bossen van Nijmegen. De bospaden gingen nog wel, maar de zandpaden waren een ramp. Onze mede wandelaars baggerde door het zand alsof ze niets liever deden.

foto bos

Bomen en zandpaden, daar zijn wandelaars dol op.

Voor onze roadmaster was dit echt een beproeving. Met regelmaat liepen onze wielen vast in het rulle zand. Soms werden we geholpen door een vriendelijke mede wandelaar. Andreas en ik hadden touw en bandplakspullen mee genomen. Dat touw hebben we nog dankbaar gebruikt van gemaakt om dat er een helling was die te steil was om omhoog te komen. Andreas kroop uit zijn rolstoel en maakte het touw vast aan een boom. Zo konden we ons zelf om hoog trekken. Wel tien mensen vroegen of ze konden helpen. Nee, was niet nodig: zeiden we, kunnen het zelf wel. Lekke banden zouden we niet krijgen. Maar goed ook. Want de fietspomp was ik vergeten. We voelden ons echte helden die bezig waren met de eerste grote overlevingstocht in de wereld, van recht opstaande en zich op twee benen voortbewegende mensen van buiten.Onze handen waren inmiddels bezaaid met blaren. Aan het einde van de dag zouden we de eerste zijn, die ooit tijdens een wandelmars aan bloedblaren in de handen door de medewerkers van het rode Kruis behandeld zouden worden.

foto Knoertje

Het café Knoertje

Vlak voor ons zagen we het café van Knoertje. Dit was het teken dat we weer bij de Sint Maartenskliniek waren aangekomen. Op het terras namen we even pauze. We realiseerde ons dat nu het moment van de waarheid was aangebroken en bestelde een pilsje. Maar waar we niet op gerekend waren was de waard. Knoertje, de eigenaar, kwam op ons af lopen en we bestelde een pilsje. Enigszins bits vroeg hij of we een briefje hadden van de dokter. Verbaasd dat je buiten het terrein een briefje van de dokter nodig had als je een pilsje bestelde, stamelde ik beduusd;  “Nee die hebben we niet.” “Helaas dan mag ik jullie geen bier schenken, limonade kan wel.” Zei de waard. Uiteindelijk namen we maar Sisi, deze zeer oranje limonade in een kartonnen piramide werd ons met een rietje voorgezet. Van mijn zakgeld betaalde ik hem en nu we toch geen bier kregen begonnen we aan de beklimming van de berg. Andreas en ik hadden van te voren afgesproken dat we ons niet zouden laten duwen, trekken of andere wijze hulp zouden aanvaarden. Ons imago zou hier door geschaad kunnen worden. De wandelaars van de Ros Mars hadden hun eigen Rosa Mars lied. Andreas en ik zongen het natuurlijk wel mee met schaamrood op onze wangen.

Het Rosa Marslied

Wij wandelen vol vreugde , het leven is fijn!
Zijn jong en gezond, daarom willen we zijn
Een steun voor het zwakke gebrekkige kind,
Want dat is toch het doel, dat ons samen verbindt!

De Rosa op mars, ja, dat is een begrip!
Vooral voor scholieren een machtige trip!
En vraag je ‘waarom”, dan is onze repliek:
Wij wandelen vandaag, wij wandelen vandaag,

Voor de Maartenskliniek, voor de Maartenskliniek!’

De tekst over het zwakke gebrekkig kind paste absoluut niet bij het beeld wat we van ons zelf hadden. We waren niet gebrekkig en al helemaal niet ziek. We waren helden die de gevangenis ontvlucht waren om te laten zien dat we het zelfde konden als de mensen van buiten. In dit geval wandelen. Weer opgeladen door de tekst van de Rosa Mars, wat helder aangaf hoe onze mede wandelaars tegen ons aan keken, was ik nog meer als van te voren overtuigd van het nut van onze expeditie. We zouden de wereld laten zien dat mensen met een handicap net zulke mensen waren als de andere inwoners van Nijmegen. Maar eerst maar de leiding van de kliniek er van overtuigen dat integratie van gehandicapten noodzakelijk was om ons echt te laten emanciperen in de samenleving. Doelen moet je hoog in zetten, niet waar?

Niet duwen!

Andreas en ik maakte ons klaar om de berg te beklimmen. De mede wandelaars liepen de berg in alle rust op. Wij moesten al de spieren die we hadden gebruiken om de berg op te rijden. Niet alleen ons gewicht maar ook het gewicht van de rolstoel moesten we met onze armen naar boven zien te duwen. Het zweet liep ons van het gezicht maar uiteindelijk lukte het ons om, zonder hulp, de top van de berg te bereiken. Die hulp moesten we wel voortdurend afwijzen dus de volgende dag maakte ik een bord achter op de rolstoel met de tekst;  ‘niet duwen a.u.b.’

Moe maar tevreden over onze prestatie wuifde we nog even naar onze portier die voor de hoofdingang van het ziekenhuis de wandelaars gade sloeg. Langs de kant stonden de verpleegsters en een aantal witte jassen die de snijkamers even hadden verlaten.
De omstanders wuifde naar alle wandelaars die inmiddels al weer door liepen. Op naar de kinderrevalidatie, waar het defilé zou beginnen. Helaas voor ons zouden onze broeders en zusters van de reuma afdeling vandaag niet aanwezig zijn. De hoofdnon van de Afdeling, zuster Gertrude had verordineerd dat ze niet naar het defilé mochten want dat was niet goed voor de reuma. Dit  zou de absolute bedrust alleen maar verstoren. Nadat we de berg bij de Flat hadden beklommen hoorde we onze mede flatbewoners al klappen. De directie had zich inmiddels van hun stoel losgemaakt om al de wandelaars met een staande ovatie te belonen. Al zwaaiend met één hand, want dat kun je met een roadmaster. Met een gewone hand bewogen rolstoel kun je dat wel vergeten. Een trots gevoel maakte zich van ons meester we hadden het gered en een ovatie was ons deel. Bij het zien van onze rolstoelen met Andreas en mij werd het even heel stil bij het vak van de directie en de groepsleiding. Geschokt realiseerde een aantal van hun dat het goede doel nu echt mee liep en ook nog van het terrein waren af geweest.

Vermist?

Onze groepsleiding was achteraf blij ons te zien, want we waren inmiddels als vermist gemeld. De kameraden van het internaat die weer verplicht voor de flat zaten, om deel te nemen aan het defilé, klapten nog harder voor ons. Zeker nu ze door kregen dat we echt hadden mee gelopen. We werden als helden ontvangen en onze ontsnapping ging al snel als een lopend vuurtje door de menigte. Andreas en ik genoten van dit moment en met een Pauselijk knikje namen we weer afscheid om snel via de poort aan de achterkant van ons reservaat in de bossen van Berg en Dal te verdwijnen. Aan het einde van de middag konden we onze wandelkaart aftekenen bij de Kazerne. Toen we terug kwamen in ‘de Flat’ werden we enthousiast ontvangen door mijn kamer genoten. De groepsleiding was eerst boos, want als er iets gebeurd was buiten het terrein waren we niet verzekerd. Maar de prestatie vonden ze geweldig en we kregen officieel toestemming om de volgende dag het terrein te verlaten. De volgende morgen zouden we de laatste 40 km af leggen en ons welverdiende medaille opgespeld krijgen.

Onze welverdiende medaille

Onze welverdiende medaillie

Trots als een pauw namen we hem in ontvangst. Mede naar aanleiding van onze ervaring en de gesprekken die we als actiegroep hadden met de marsleider de heer Rutten en onze directie zou 2 jaar later in 1976 besloten worden om het defilé van de gebrekkige kinderen te stoppen. De tijd van aapjes kijken was voorbij, melde de directie. De mars leider trok hieruit zijn conclusies en ook de opbrengst zou vanaf dit moment niet meer voor de gebrekkige kinderen zijn. Hij stond nu voor de opgave een nieuwe route uit te zetten en een nieuw goed doel uit te zoeken. De roerige jaren zeventig waren uiteindelijk ook doorgedrongen binnen de muren van de Maartenskliniek.

 

Voorlichting!

In 1978 ben ik door de toenmalige coördinator van de WIG gevraagd om als stageopdracht het allereerste voorlichtingsproject op het voortgezet onderwijs in Nijmegen te realiseren. Probleem was dat het nog niet eerder gedaan was en we het wiel moesten uitvinden.

Samen ontdekken, dat mensen een heleboel met elkaar gemeen hebben.
Samen ontdekken, dat mensen een heleboel met elkaar gemeen hebben.

Samen met een niet gehandicapte vrijwilligster Marjola, zijn we aan de slag gegaan. Bij de Werkgroep Integratie Gehandicapten (WIG)  vonden we al sinds de oprichting dat jongeren met en zonder handicap moesten samenwerken om de integratie te realiseren. Al snel was duidelijk dat we wilden beginnen met jongeren tussen de 15 en 20 jaar. Ook wilden we geen lezing gaan geven over hoe je met mensen met een handicap om moest gaan.

We kregen toen vaak de vraag:  heeft u geen gebruiksaanwijzing hoe we moeten omgaan met gehandicapten?

Nee die hadden we niet, we wilden dat ze geconfronteerd  werden met “echte”mensen met een handicap. Dit bleek een goede gedachte, want de scholen die we benaderden in Nijmegen waren enthousiast. Als de school mee wilde werken hadden Marjola en ik een gesprek met  de docent en twee leerlingen. Dit vonden we belangrijk om de cultuur in de klas te kennen en omdat we behoorlijk confronterend bezig waren was dit ook van belang.

Confronterend

Ik begon ze te vertellen over mijn levensloop hier stonden we ruim bij stil omdat het vaak de eerste keer was dat ze geconfronteerd werden met iemand in een rolstoel. Al snel maakt ik ze duidelijk dat ik ook net als zij te maken had met verliefdheid, prestatiedrang en seksuele gevoelens. Dat ik graag naar de disco ging en daar ook wel eens verliefd ben geweest. Juist door bij hun belevingswereld aan te sluiten werd al snel duidelijk dat er maar weinig verschil was. De vooroordelen verdwenen en het werd  helder dat een handicap vaak werd veroorzaakt  door de drempels die werden opgeworpen door de samenleving. Marjola vertelde daarna hoe zij bij de WIG was terecht gekomen en wat haar gevoelens en gedachten waren voor ze bij ons kwam werken over mensen met een handicap.

Veel voorlichtingsmateriaal was er nog niet en wij gebruikten de film “Leven en laten leven” 1973 (Ingekorte film NVR).

Na deze film gingen we in gesprek.  De jongeren vertelden dat ze zich nu pas realiseerden, verdraaid een gehandicapte kan ook praten en zelfs nog verstandig ook en je kunt er ook nog lol mee hebben!

Vragen die de les op riepen waren:

Waarom zijn er geen gehandicapten op school? Kun je een gehandicapte wel aankijken of moet je hem negeren? Wat moet je doen als je een gehandicapte ziet stuntelen? Heb je wel eens verkering gehad? Kun je kinderen krijgen? Hoe doe je HET!

Maar ook , heb je wel eens een lekke band!

In die tijd zag je soms wel mensen met een handicap op tv maar dan wel meteen met een giro nummer erachter met een hoog zieligheidsgehalte. Jongeren met een handicap zaten tot de jaren zestig op gewone scholen tot de Mytylscholen er kwamen. De meeste gehandicapten werden van de  de reguliere scholen overgebracht naar de Mytylschool.

Voor die verhalen verwijs ik u naar:

http://www.aparticipatie.nl/

Later hebben gehandicapten platforms onze ervaring gebruikt om ook daar soortgelijke projecten op te zetten. Nog steeds wordt er voorlichting gegeven op allerlei scholen van basisonderwijs tot universiteit.

In 1974 is er een besluit genomen door de Tweede Kamer dat nieuw te bouwen scholen toegankelijk gebouwd moeten worden. Met het VN Verdrag in aankomst en door de lobby van veel organisaties realiseert men zich dat samen naar school gaan de beste oplossing is, als het kan!

Samen naar school  is harder nodig dan ooit! Daarom steun ik het project van de NSGK

https://www.nsgk.nl/wat-doet-nsgk/projecten/project/?proj=165

 

Overigens!

Bijna 37 jaar later geef ik nog steeds voorlichting op scholen. Met Paula die bij ons stage liep gaf ik ook voorlichting op scholen, zie waar onze keuze om voorlichting samen met iemand zonder handicap te geven, goed voor is.

Getrouwd
Zie waar samen voorlichting geven goed voor is!

Ben er nog steeds mee getrouwd!

 

 

Niet over ons, zonder ons!

In de opdracht van RTV Noord-Holland en De Hogeschool van Amsterdam, maakten Stéphanie Akersloot, Minou van Woerden, Laura Turenhout en Channa Selbach de documentaire “Niet over ons, zonder ons”. Een bijzonder verhaal over de strijdlustige belangenbehartiger Gerda Polman. Mijn oude makker sinds 1971 we hebben samen in het internaat op de Sint Maartenskliniek in Nijmegen gezeten . De documentaire is met veel enthousiasme ontvangen! In overleg met de makers mag ik hem nu ook delen met de andere delen van het land. De documentaire is ook te zien geweest bij RTV Noord Holland.

Expeditie in het jaar 2050

 

Jan Peter, Maarten en ik hebben besloten om eindelijk de stap te nemen . Vandaag start de expeditie naar de verdwenen school. Al tientallen jaren gaat het gerucht dat er vlakbij Nijmegen in de oerwouden van Berg en Dal een school heeft gestaan waar anders validen werden opgeborgen ver van de samenleving.

 

de vestingmuur
De eerste ruïne  doemt op in de verte

Na het verbod op speciale scholen, ook wel bekend als de wet Nagtegaal vernoemd naar Jan Nagtegaal directeur van Handicap en Studie een groot voorvechter voor gelijkheid in het onderwijs.

Openbaar

In 2007 zijn door de overheid alle scholen en universiteiten openbaar geworden en iedereen kan er terecht. Weigering in het begin werd hard aangepakt en managers en onderwijzend personeel die anders validen weigerden werden in een heropvoedingskamp bewust gemaakt van hun foute visie. Doordat dezelfde regering in 2015 prenetale diagnostiek verplicht stelde en bij een afwijking meteen besloten werd tot verplichte abortus is het aantal jongeren met een handicap enorm afgenomen. Waardoor de gezondheidszorg weer betaalbaar is geworden. De anders validen zijn dan ook een uitstervend ras geworden. Handicap en Studie is in 2007 opgeheven en Jan Nagtegaal is kort na zijn benoeming in de orde van  de maagd Maxima van de aardbodem verdwenen.

De expeditie

S’ morgens om 10.00 uur start de expeditie na 12 uur uur zwoegen en het wegkappen van takken en struiken besluit de expeditie om haar tenten op te slaan, aan de voet van de hoge berg. Naast de ruïne  van Knoerdje . Volgens de  overlevering was dit ooit een klein café waar anders validen zich lieten vollopen met bier en hierdoor hun schoolresultaten negatief lieten beïnvloeden. Dit kon natuurlijk alleen maar gebeuren omdat zij bij elkaar leefden en niet de normen meekregen van onze gewone samenleving. Ondanks archeologisch onderzoek is dit nooit bevestigd en zijn er ook geen hulpmiddelen of kroonkurken op de plaats terug gevonden.

De volgende dag in alle vroegte besluiten we onze kapmessen weer op te pakken en onze tocht door het dichte oerwoud voort te zetten. Na drie dagen horen we tromgeroffel in de verte, de spanning stijgt zouden er toch mensen wonen? Jan Peter loopt voorop met zijn geweer in de aanslag want je weet maar nooit. Nadat we een verroeste poort voor ons zien opdoemen zien we daarachter een grote open ruimte. We gaan zeer behoedzaam de poort door en zien in de verte een oud gebouw tussen de bomen in. Maarten geeft een gil en in één keer zijn we omsingeld door jonge mensen in rolstoelen met krukken en zelfs blinden die er afzichtelijk uitzien en ons zeer vijandig  tegemoet treden. De spanning is te snijden met pijl en boog worden we onder schot gehouden.

Het geweer in de aanslag
Het geweer in de aanslag

Een van de jongeren maakt ons met spastische bewegingen duidelijk dat we onze geweren moeten laten vallen en moeten volgen. De overmacht was te groot en we besloten om ons over te geven. Met de voetplaten van de rolstoelboys op onze hielen dwongen ze ons om het gebouw in te gaan . In het gebouw werden we ontvangen door een jonge vrouw in het zwart gekleed met een gouden kruis om de nek en een kap op.

Vriendelijke vrouw
Vriendelijke vrouw

Wees niet bang ze doen u niets als u mij maar volgt. Na door drie lange gangen te zijn gelopen komen we aan bij een enorme trappartij  waarop een klein bordes. Een oude grijze man zit op een soort van troon met een enorme grijze baard. De jonge vrouw vertelde dat we alleen maar hoeven te luisteren want als onze Jan gaat praten kom je er niet meer tussen. Jan sprak tegen de expeditieleden en vertelde dat hij Jan Nagtegaal heette en was gevlucht uit de samenleving en samen met zijn achterban een nieuwe school was begonnen ver van de “gewone” wereld omdat de samenleving de vrijheid en gelijkheid niet aan konden . Wij mochten weer gaan als we maar nooit zouden verraden waar zij woonden en ze leefden nog lang en gelukkig in een land hier ver vandaan.

Jan Troost 2007

 

Aparticipatie.nl GEPRESENTEERD!

Deze unieke website bevat indringende videoverhalen en beeldmateriaal over het leven in gehandicapteninternaten in de vorige eeuw. De website is een project van Aparticipatie, de beweging van mensen met een handicap die vanuit het apartheidsdenken onderdeel van de samenleving wilden uitmaken. In de vorige eeuw (vanaf jaren dertig tot begin jaren tachtig) was het in Nederland volstrekt normaal dat kinderen en jongeren met een handicap buiten de samenleving woonden. Zij groeiden apart op in instellingen, vaak in bossen en duinen – vooral ver van de ‘bewoonde’ wereld. In instellingen voor blinden en slechtzienden, lichamelijk gehandicapten, doven en slechthorenden en verstandelijk gehandicapten.

Radio intervieuw de ochtend 14 januari 2O15
Radio intervieuw de ochtend 14 januari 2O15

Interview met Jan Troost over de nieuwe website.

http://m.radio1.nl/mobiel-radio1/gemist/fragment/171574

 

Begin emancipatiestrijd

Het is in deze instellingen waar destijds de emancipatie is begonnen. Vol idealen en met veel energie zijn bewoners – vaak samen met medewerkers uit de instellingen – de strijd aangegaan om het recht en de mogelijkheden te krijgen voor hun participatie in de Nederlandse samenleving. Om een eigen leven te leiden. Onafhankelijk te zijn. Van Apartheid naar Participatie: Aparticipatie! De website laat o.a. zien hoe de emancipatiestrijd ontstond. De persoonlijke en vaak onvoorstelbare verhalen kweken bewustwording en begrip voor de wens van een inclusieve samenleving en de kennis die daarbij nodig is.

Historisch belang

De succesvolle emancipatiestrijd heeft ertoe geleid dat veel instellingen inmiddels zijn gesloten of gaan sluiten. Daarmee wordt een tijdperk afgesloten. Als de mensen die daar geleefd en gewoond hebben er niet meer zijn, verdwijnen ook veel waardevolle en bijzondere herinneringen.

Internaat Sint Maartenskliniek Nijmegen
Internaat Sint Maartenskliniek Nijmegen

Het doel van ‘Aparticipatie’ is om hun verhalen en het vaak unieke beeld- en fotomateriaal van het internaatsleven te behouden. Een belangrijk historisch en waardevol document voor huidige en volgende generaties. Zonder historie geen toekomst!

Ieder(in), Pieter Reintjes (WorkyWords) en Jan Troost (Terug naar de bossen) zijn de initiatiefnemers van het project.

Eén van de inspiratiebronnen is het indrukwekkende werk van de Shoah Foundation van Steven Spielberg. Spielberg legde 51.696 videogetuigenissen vast van overlevenden van de holocaust. De eerste opnames met oud-bewoners van de Sint Maartenskliniek zijn onlangs gemaakt. Dit Nijmeegse internaat is inmiddels verdwenen.