Ik ben al 41 jaar betrokken bij de emancipatiebeweging van mensen met een handicap.
Ik geloof in het leven, en dat humor een belangrijk wapen is om uiteindelijk iedereen zijn weg te laten vinden in onze samenleving. Creativiteit en vernieuwing zijn mijn credo, soms met een kritisch ondertoon, maar altijd met open vizier en gebruik makend van ieders kwaliteiten.
Bekijk alle berichten van Jan Troost →
Dit keer kreeg ik de vraag of ik een interview wilde geven op een bijeenkomst voor transgenders tijden een bijeenkomst van Free Pathh in Amsterdam .
Hokjes denken een in Nederland diepgewortelde eigenschap. Uiteindelijk zijn we allemaal gelijk (Tekening Fokus +/- 1976)
Naast mijn werk voor MEE nl word ik nog wel eens gevraagd om een lezing of interview te geven over mijn ervaring binnen de belangenbehartiging en de strijd voor gelijke rechten. Normaal zorg ik er dan voor dat ik ruim voor die tijd aanwezig ben maar helaas de taxichauffeur had zich verslapen. Vijf minuten voor mijn optreden kwam ik binnen en dacht een moment, waar heb ik me nu weer voor laten strikken?
Sfeer voelen
Ik neem bij bijeenkomsten altijd de tijd om te voelen wie er in de zaal zit en hoe ik het beste mijn boodschap kan overbrengen. Nu stond ik voor een zaal met jongere en oudere transgenders, die soms aan het begin van hun transformatie staan, soms er midden zitten en sommigen het medische gedeelte hadden afgerond. Ik betrapte me er op dat ik ook even last had van handelingsverlegenheid, zitten hier nu mannen of vrouwen tegenover me? De persoon die me koffie aanbood zat nog midden in zijn transformatie en ik wist even niet hoe hem/haar aan te spreken.
Interview door Jochem met Jan
Verbazing!
Jochem de persoon waar ik telefonisch vooraf contact mee had, begon mij te interviewen. In een ontspannen sfeer en na de stress van de te laat gekomen taxi en een bak koffie, vertelde ik over de strijd van mensen met een handicap en de overeenkomsten tussen onze bewegingen. Erkenning in de zorg, acceptatie en gelijke rechten en hoe het VN Verdrag er uiteindelijk toch is gekomen. In het nagesprek vertelde Jochem me dat hij zijn leven begonnen was als vrouw. Ik kon mijn verbazing bijna niet onderdrukken, want ik dacht echt dat het een heel aardige vent was. De transformatie van man naar vrouw of van vrouw naar man is een zwaar proces. Als je geboren bent in een lijf waar je gevoelsmatig niet in thuis hoort snap ik de weg die ze moeten gaan van aanvaarding, hormonen en diverse operaties. Gerda mijn goede vriendin en ik mengde ons in de gesprekken met de bezoekers van de bijeenkomst en mijn handelingsverlegenheid verdween omdat we elkaar echt konden ontmoeten. Dat je er ook na de transformatie nog niet bent is me nu ook duidelijk. Vooroordelen, discriminatie en artsen die je er van af willen houden zijn er in overvloed. Ook na een volledige transformatie ben je er nog niet. Want als je in je “echte” lijf zit, heb je nog je eigen geschiedenis van je oude lijf en gedachten. In de wandelgangen begreep ik nu ook beter wat een strijd er nog nodig is, nu snap ik eigenlijk waarom ik gevraagd ben.
Hun strijd, is onze strijd!
De heer Havinga heb ik ontmoet op de bijeenkomst en dit filmpje maakt duidelijk waar het om gaat.
Jan en Broeder Tuck zijn genomineerd voor de Top100 onbeperkt van het goede doelenfonds van coöperatie DELA. De laatste tot verbazing van Broeder Tuck.
Goede reden voor Broeder Tuck om weer eens op stap te gaan. Voor het eerst sinds zijn genezing. Gelukkig wilde zijn broer hem rijden want zijn energie is nog heel beperkt.
Wat fijn om vele kameraden van ‘Terug naar de Bossen’ weer te zien na zo lange tijd.
Broeder Tucks hart bloeit helemaal op van zoveel warmte.
Vooral als hij zo enthousiast besprongen wordt door Josje, de hulphond van Raymond, zodat Broeder Tuck onderuit gaat en op zijn kont komt te zitten. Op het podium wordt de top 10 bekend gemaakt, daar zijn Jan en Broeder Tuck niet bij. Wat wel nog lukt is dat Broeder Tuck in de 2 minuten pitch 100 euro weet los te kletsen. Aardig bedrag wat hij niet dagelijks in zijn collectebus heeft.
Petitie aanbieden, Dinsdag 31-05-2016.
Eigenlijk moest Broeder Tuck nog wat langer uitrusten maar de wet van Taverne (VVD) over experimenteren met toegankelijk elektronisch stemmen dreigt deze middag weggestemd te worden. Goede reden voor Charlie om een petitie te schrijven die Broeder Tuck en Charlie aanbieden namens ‘Terug naar de Bossen’ aan Pia Dijkstra, voorzitter van de vaste commissie binnenlandse zaken, en aan diverse leden van deze commissie.
Dit alles sluit mooi aan bij de open brieven over toegankelijke stemprocedures aan de Tweede Kamer die Broeder Tuck onlangs heeft gestuurd.
Gelukkig wil vriend Cornelis Broeder Tuck naar Den Haag heen en weer rijden.
De petitie is te vinden in de fotoreportage.
Het bovengenoemde filmpje hebben we ook aan de commissie gestuurd.
Men is zeer belangstellend.
Broeder Tuck houdt een verhaal over de ontoegankelijkheid van welk stemformulier dan ook. Dat volwaardige toegankelijkheid alleen bereikt kan worden met elektronische hulpmiddelen. Donderdag jl. had men in het debat steeds over de kip en het ei, eerst een machine om de wet aan aan te passen of eerst een wet om de machine aan aan te passen.
Broeder Tuck presenteert een kuikentje , namelijk dat er al een machine is ontwikkeld volgens de normen van de commissie van Beek, i.s.m. een vrijwillige klankbordgroep die voor de toegankelijkheid heeft gezorgd. Charlie laat de foto’s zien van het sjabloon en het stembiljet, waar Plasterk zo mee bezig is, waarvan men de ontoegankelijkheid meteen inziet. Na de overhandiging blijven politici wel 10 minuten met ons napraten en vragen stellen. Dat is voor na een petitie overhandiging erg lang. Manon Fokke (PvdA) heeft de laatste column van Broeder Tuck en de open brief op het bureau van minister Plasterk gelegd omdat daarin duidelijk staat welke bezwaren we tegen het nieuwe stembiljet hebben.
Hopelijk steekt hij er iets van op.
Stemmingen Tweede Kamer, Dinsdag 31-05-2016.
Misschien heeft de petitie er wel toe bijgedragen dat de stemming over de wet Taverne (VVD) is uitgesteld.
Zie de volgende tekst uit het transcript:
“De voorzitter:
Op verzoek van de initiatiefnemer, het lid Taverne, stel ik voor om de stemmingen over de Tijdelijke experimentenwet elektronische voorzieningen bij verkiezingen onder punt 18 en 19 van de stemmingslijst uit te stellen. Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.”
Als de stemming niet was uitgesteld, dan was de wet Taverne (VVD) weggestemd.
Nu heeft men meer bedenktijd. De stemming over het stemformulier van Plasterk was al uitgesteld wegens een motie van de PVV omdat deze partij ook met 80 kandidaten op het stembiljet wil staan.
Dat is nog niet mogelijk volgens de kieswet.
Nu staan grote partijen erop met 80 kandidaten en kleine met 20. Zoiets kan Plasterk makkelijk weggeven om de Pvv achter zijn ontoegankelijke stembiljet te krijgen.
Woensdag 01-06-2016
Ga ik, dus even niet als Broeder Tuck, voor het eerst weer na lange tijd naar de vergadering van de Stadsregiotaxi Gebruikersadviesraad. Heerlijk gevoel om verwelkomd te worden zowat als Sinterklaas. Iemand zei heel wijs: “Geniet ervan, want straks vind iedereen het weer heel gewoon dat je er bent.” Collega Hans is ook weer terug van een zware operatie. Zo trakteren wij beiden op lekkers, dubbel feest! De volgende dag sta ik helemaal te trillen.
Toch teveel gedaan.
PvdA congres, 04-06-2016.
Omdat de wet voor toegankelijk elektronisch stemmen a.s. dinsdag 07-06-2016 toch weer in stemming komt gaan Jan en Broeder Tuck naar het PvdA-congres omdat we sterke aanwijzingen hebben dat de PvdA tegen gaat stemmen. Voor Aparticipatie-TV interviewen we Astrid Oosenbrug (PvdA), woordvoerster over dit onderwerp.
Zei zegt dat de PvdA wel voor toegankelijk elektronisch stemmen is maar niet voor de wet Taverne (VVD).
Deze is volgens haar te zwak en zou toegankelijk elektronisch stemmen niet dichterbij brengen. Het klinkt zo logisch maar Broeder Tuck kan zich niet aan de indruk onttrekken dat er coalitieperikelen meespelen. Zover Broeder Tuck weet heeft de VVD principiële bezwaren tegen het stembiljet van PvdA-minister Plasterk, en zal dus daar tegen stemmen.
Stemmingen Tweede Kamer, 07-06-2016.
Hier gaat Broeder Tuck niet naar toe, maar wacht de uitslag thuis af., De Tijdelijke experimentenwet elektronische voorzieningen bij verkiezingen wordt in stemming gebracht. VVD, GL, van Vliet, Kuzu, CU, Houwers Bonntes, Henk Krol en van Klaveren stemmen voor. Tegenstemmers zijn CDA, D66, SP, PvdD, en inderdaad coalitiepartner PvdA.
Dus de wet is weggestemd.
Laat het toch niet gebeuren dat het idiote, ontoegankelijke stembiljetje er straks wel doorkomt. Daar kun je toch niet mee aankomen na de ratificatie van het VN-Verdrag inzake personen met een handicap.
Broeder Tuck is verdrietig en ontstemd. Maar we gaan door voor al die mensen die zelfstandig hum stem willen uitbrengen, met behoud van ons grondwettelijk recht op stemgeheim.
Met vriendelijke en strijdbare groeten,
Broeder Tuck
Woordvoerder van ‘Terug naar de Bossen’
In 1996 hadden we overleg bij de Gehandicaptenraad over het boek Trots en Treurnis: gehandicapt in Nederland van Agnes van Wijnen, Yolan Koster-Dreese en Arko Oderwald. De auteurs waren verbonden aan het College van Advies van de Gehandicaptenraad (nu Ieder(in)).
Verschillende vertegenwoordigers van de Gehandicaptenbeweging waren hiervoor uitgenodigd. Na afloop zaten Petra, Luc, Roeland en ik nog wat na te praten bij de koffieautomaat op de Jacobslaan in Utrecht. Waar de toenmalige Gehandicaptenraad haar domicile had.
We nemen de macht over
Geïnspireerd door het boek besloten we dat we zouden gaan infiltreren in de “echte” samenleving. Na de jaren van apartheid zagen we een kans om de samenleving over te nemen. Al snel volgde er een discussie wie wat zou doen. Luc, vertegenwoordiger van Jopla( de jongerenbeweging,) zou gaan infiltreren in de landelijke politiek. Dit is uiteindelijk gelukt als medewerker van Jose Smits (Tweede Kamerlid PvdA). Helaas is Luc door een noodlottig ongeluk buiten zijn schuld veel te jong overleden. Ik ben er van overtuigd dat hij binnen GroenLinks een goede kandidaat was geworden.
Luc Houx (foto Jopla)
Roeland zou als echte ondernemer zeker zijn doorgedrongen tot de VNO/NCW. Helaas heeft ook onze Roeland door een noodlottig ongeval dit voornemen nooit kunnen waarmaken.
Roeland Spoorenberg (foto Inge Hondebrink)
Petra zou zich met de pers gaan bezighouden. Dat doet ze gelukkig nog steeds, en haar werk heeft zeker geleid tot debat.
Ikzelf had me voorgenomen om Voorzitter van de Gehandicaptenraad te worden. Ook dat is uiteindelijk bewaarheid.
Actie Vecht mee, veeg mee 2003
En nu!
De strijd om te integreren hebben we gestreden. Velen uit onze achterban zijn van de koude kermis thuisgekomen en besloten om in de belangenbehartiging hun brood te gaan verdienen en op deze wijze de samenleving te veranderen. Nu zijn we in een volgende stap in de emancipatie van mensen met een handicap terechtgekomen. Daadwerkelijk mee doen in een valide samenleving. Een samenleving die nog steeds vaak O.O.O. is. Ontoegankelijk, Onbereikbaar, en Onbruikbaar – zoals ik in mijn inleiding op 24 febr 1997 meldde tijden een invitational conference Gelijke Kansen bij het Ministerie van VWS. De titel van mijn inleiding was: Nederland is een apartheidsstaat voor gehandicapten. Niet gemarteld, maar wel gemangeld.
Infiltratie lukt steeds beter
Steeds vaker lukt het ons een plaats in te nemen in de “echte” samenleving. Ik ben inmiddels geïnfiltreerd bij MEE NL; een andere college bij de Rechtbank; anderen weer als wethouder, burgemeester, journalist of ZZP’er.
Kan ik er in?
Het is niet simpel, omdat we nog steeds aanlopen tegen de ontoegankelijke samenleving: op Internet, in taalgebruik, door het gemis van toegankelijke toiletten, en het feit dat we nooit samen met onze niet-gehandicapte collega’s op school hebben gezeten. We zijn er nog niet, maar met het VN Verdrag in het vooruitzicht denken we nu niet meer vanuit ons lot, maar vanuit Burgerrechten.
De hoogste bestuursrechter bij de Centrale Raad van Beroep heeft uitspraak gedaan in de eerste WMO 2015 zaken.
Belangenbehartiger.nl Christiaan Dol
Volgens de rechter moet de gemeente burgers met een beperking voldoende hulp bij het huishouden (Hbh) verstrekken om te kunnen participeren in de samenleving.
Maatwerkvoorziening
Met de invoering van de nieuwe Wmo 2015, vonden veel gemeenten dat hulp bij het huishouden een ‘algemene voorziening’ was en dat zij dit niet meer hoefde te verstrekken. De rechter heeft hier een streep door gehaald en vindt dat de gemeente mensen met een beperking volledig moet compenseren. Dus ook met huishoudelijke hulp als degene dat – vanwege zijn of haar beperking – niet langer zelfstandig kan.
Normuren
Voor 1 januari 2015 werd de normtijd voor Hbh gebaseerd op het CIZ-protocol. Met de invoering van de Wmo 2015 zijn veel gemeenten daar van afgestapt en gingen de mensen die Hbh hard nodig hebben er vaak fors op achteruit.
De hoogste bestuursrechter heeft vandaag ook bepaald dat dit niet zomaar kan. Inwoners moeten volledig gecompenseerd worden. Weliswaar mag de gemeente gebruik maken van normtijden, maar dan moeten deze op ‘objectieve wijze’ zijn vastgesteld. Bij het CIZ-protocol was dat het geval.
Nieuwe aanvraag
Als de gemeente vorig jaar u geen Hbh wilde toekennen, omdat het een ‘algemene voorziening’ was en/of als u vorig jaar fors op de Hbh bent gekort, dan kan het zinvol zijn om bij uw gemeente een nieuwe aanvraag in te dienen. U verwijst naar de uitspraak van de CRvB (ECLI:NL:CRVB:2016:1402) en vraagt om volgens het CIZ-protocol geïndiceerd te worden. Als de gemeente dat niet wil doen, dan kunt u hiertegen bezwaar maken. Uiteindelijk kan de rechter de gemeente terugfluiten.
Hulp bij bezwaar
Als vrienden van Terug naar de Bossen, kunt u zo goed als gratis gebruik maken van de juridisch ondersteuning van Belangenbehartiger.nl. Zie hiervoor onze eerdere bericht
OPEN BRIEF toegankelijk elektronisch stemmen voor ons allemaal
Aan: De leden van de Tweede Kamer der Staten Generaal
Onderwerp: Toegankelijk elektronisch stemmen voor ons allemaal
Datum: 14 mei 2016
Broeder Tuck bid voor toegankelijke stemmen voor iedereen.
Geachte heer, mevrouw,
Dinsdagavond 17 juni om 19.30 uur vindt in uw Tweede Kamer het debat plaats over het tijdelijk experimenteren met elektronische stemprinters en stemmentellers.
Daarom graag uw aandacht voor het volgende.
VN-Verdrag inzake de rechten van de mens met een Handicap
In mijn eerdere brief van 10 februari jl. meldde ik dat op 21 januari 2016 de ratificatie van het VN-Verdrag inzake de rechten van de mens met een Handicap werd aangenomen door de Tweede Kamer. Eveneens op 21 januari jl. is de motie van mevrouw Voortman aangenomen waarin op termijn gestreefd zal worden naar 100% toegankelijke stemlokalen. Op 12 april heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel voor de ratificatie van het verdrag aanvaard.
Daarmee hoop ik als blinde kiesgerechtigde zó dat een toegankelijk stemproces voor mij en meerdere honderdduizend kiezers met een beperking eindelijk een definitieve stap dichterbij is gekomen. Dit kan volgens mij echter alleen door het aannemen van dit wetsvoorstel dat dinsdagavond wordt besproken zodat het gebruik van stemprinters met toegankelijkheidsvoorzieningen mogelijk wordt.
Immers, wat heeft het voor een zin om te streven naar 100% toegankelijke stemlokalen als je in het stemhok geconfronteerd wordt met het rode potlood waar je niets mee kunt.
Tot mijn spijt moet ik constateren dat er nog steeds inspanningen worden geleverd om het gebruik van een nieuw model stembiljet toch nog mogelijk te maken.
Ondanks dat de Commissie Van Beek duidelijk adviseerde in de richting van het wetsvoorstel dat nu dinsdagavond wordt behandeld en juist niet adviseerde in de richting van het gebruik van een met de hand gemarkeerde stembiljetten.
BZK beproeft nieuw model stembiljet
Vorige week informeerde minister Plasterk u over de uitkomsten van nieuwe proeven met een ‘verbeterde’ nieuw model stembiljet en het elektronisch tellen ervan.
Waarom besteedt de minister kostbare middelen en tijd in een stemmethode die door de Commissie Van Beek is afgeraden?
Na lezing van het bericht die de aanbieding van het rapport begeleide, wordt de suggestie gewekt dat de testen zeer positieve resultaten hebben laten zien.
Na lezing van het volledige rapport van de organisatie die de test in opdracht van het ministerie van BZK heeft uitgevoerd kom ik toch tot een andere conclusie.
Recept voor ongeldig stemmen
In vergelijking met eerdere proeven in november 2012 is het percentage ongeldig van 14,2% gedaald naar 1,8% tijdens de proef van november 2015.
Wat niet is gemeld is dat bij de gerapporteerde score van 1,8% voor het gemak alle stembiljetten, waarvan er alleen een partijlijst was gemarkeerd als geldig werd beschouwd. Voor 18.2% van de proef stembiljetten was uitsluitend een partijlijst gemarkeerd, zodat het werkelijke percentage ongeldig eigenlijk liefst 20% bedraagt.
Overigens het percentage ongeldig van 1,8% is absurd hoog en zou bij een volledige opkomst tot ruim 230.400 ongeldige stembiljetten leiden.
Hoe kun je dan beweren dat de proeven met het nieuwe stembiljet gunstige resultaten hebben laten zien?
In werkelijkheid zouden op basis van deze testresultaten en onder de huidige kieswetgeving waarbij wij op kandidaten stemmen (en niet op partijen) bij een volledige opkomst ruim 2,5 miljoen stembiljetten ongeldig zijn!!!!!!!!!
Willekeur in duiding uitkomst van de proeven
De minister verwijst naar het experiment met een aangepast model stembiljet voor kiezers in het buitenland die tijdens een verkiezing een ongeldig percentage van 0,23% liet zien.
De suggestie wordt gewekt dat dit percentage een betrouwbaardere indicatie zou zijn voor het verwachte risico op ongeldige stemmen dan de uitkomst van de proeven met het nieuw model stembiljet. De testpersonen zouden tijdens deze laatste proef door een gebrek aan motivatie de negatieve resultaten hebben beïnvloed!!!!
Waarom proeven nemen als je de resultaten naar believen terzijde schuift?De praktijk van het huidig stembiljet zou een betere indicatie moeten zijn hoe gemotiveerde kiezers in staat zijn een geldige stem uit te brengen.
Bij het Oekraïne referendum van 6 april jl. is slechts 32% van alle kiezers naar het stembureau gekomen. Als je niet gemotiveerd zou zijn, dan was het zeer eenvoudig om samen met de 68% andere kiezers gewoon thuis te blijven.
Zelfs bij deze gemotiveerde kiezers die slechts 1 markering met slechts 2 invulmogelijkheden in plaats van 2 markeringen met 30 x 80 invulmogelijkheden hoeven te plaatsen, bleek het niet eenvoudig om het stembiljet correct in te vullen.
Het onthutsende resultaat was dat het aantal ongeldige stembiljetten van 38.004 op een hoger niveau lag dan de totale opkomst van Tilburg, de 6e grootste gemeente van Nederland, met 36.657 kiezers.
Het land, met Geen Peil voorop, zou te klein zijn geweest als de kranten 7 april zouden koppen: ‘ALLE STEMBILJETTEN VAN DE GEMEENTE TILBURG BELANDEN ONGETELD OP DE VUILNISHOOP’
Afleiding van de kern van de zaak
Eigenlijk zouden deze statistieken in de discussie helemaal niet hoeven mee te spelen.
Een andere meer principiële reden zou iedere inspanning in de richting van dit nieuw model stembiljet subiet moeten doen beëindigen.
Hoe kun je als overheid de kiezer confronteren met een stembiljet waarbij het aantal invulmogelijkheden die naar niet bestaande kandidaten verwijst, significant hoger is dan het aantal dat naar wel bestaande kandidaten verwijst?
Slechts enkele van de soms wel 28 deelnemende lijsten hebben het recht om 80 kandidaten op de lijst te plaatsen. De overweldigende meerderheid van alle invulcombinaties (1 t/m 30 voor de lijsten en 1 t/m 80 voor de kandidaten) verwijzen dus naar niet-bestaande kandidaten!!!!
Dit kan toch niet waar zijn!!!!
Domste leerling in de klas
De verantwoordelijke kiesinstanties van landen zoals Wit-Rusland, Zimbabwe, Rusland, Myanmar etc. van wie Nederland voor wat betreft het democratische gehalte graag de maat neemt, zouden bij het aanhoren van het plan dit model stembiljet voor verkiezingen in te zetten, Nederland meewarig aankijken als ware wij het domste leerlingetje in de klas voor verkiezingsautoriteiten.
Nieuw model stembiljet niet toegankelijk
Maar eigenlijk is voor mij en de groep mensen wiens belangen ik met vuur vertegenwoordig, het hoofdstuk over de toegankelijkheidsproeven het meest tenenkrommend.
De beschrijving van de uitgevoerde proeven met de 42 testpersonen met visuele beperking gaat volledig voorbij aan wat de essentie toegankelijk stemmen betekent.
Toegankelijkheid meer dan een aap een kunstje leren
Toegankelijk stemmen betekent in essentie dat iedereen zelfstandig en met behoud van het stemgeheim zijn stem kan uitbrengen.
De beschreven proefopzet doet niets anders dan het verplaatsen van het huidige probleem in het stemhok naar buiten het stemhok.
Immers om als blinde en slechtziende kiezer de nieuwe ontwikkelde mal te kunnen gebruiken moet je de volgende stappen ondernemen:
1. Thuis of in het stembureau bepalen op wie je wilt stemmen en vervolgens de lijst en kandidaat nummers onthouden;
2. Buiten het stemhok moet je van het stembureau eerst een uitgebreide instructie in het gebruik van de mal krijgen.
3. Aangeven op wie je wilt stemmen;
4. Met hulp van een stembureau-lid en de gekozen mal (braille/geen braille/slechtziend) op een proefbiljet je stem uitbrengen;
5. Het lid van het stembureau moet je dan vertellen of het gelukt is of je de markeringen hebt geplaatst voor de partijlijst en kandidaat op wie je wilt stemmen;
6. Vervolgens krijg je een echt stembiljet en de mal om in het stemhok het geoefende in praktijk te brengen!!!!!!De makers van het stembiljet en de hulp mal lijken meer geïnteresseerd om een oplossing te bedenken waarmee je een aap een kunstje leert uitvoeren. Het gaat immers niet alleen om het leren een trucje uit te voeren om d.m.v. het tellen van gaatjes een rondje in te kleuren. Ik vraag me nu af waarom al dit gedoe als je je stemgeheim toch moet prijsgeven?
Je kunt beter alle stappen overslaan en zoals nu samen met het stembureau-lid het stemhokje instappen. Daar vraag je hem/haar het stembiljet in te vullen en zo te vertrouwen dat het goed is gegaan.Oude wijn in nieuwe zakken
Dit nieuwe model stembiljet en mal is oude wijn in nieuwe zakken. Het probleem is alleen verplaatst van het stemhok naar buiten het stemhok.
Bovendien is in 2010 al een hulpmal ontwikkeld en beproefd, dat bleek niet te werken en dit blijkt nu na nadere bestudering van de resultaten van de nieuwe proef met 42 testpersonen ook niet te werken. Ook hier is het niet markeren van een kandidaat als geldige stem beschouwd. Als je de geldende kieswet toepast dan hebben 9 van de 35 blinde testpersonen ongeldig gestemd, en 7 van de 7 slechtziende testpersonen ongeldig gestemd.Dus de makers van het nieuw model stembiljet en hulpmal nieuwe stijl zijn zelfs niet in hun eigen doel geslaagd om de ‘aapjes het kunstje aan te leren’Kiezers zijn geen aapjes
Kiezers met een visuele beperking of met andere beperkingen zoals bijvoorbeeld een lichamelijke, geestelijke beperking, dyslexie of laag geletterdheid zijn net andere kiezers die geen beperkingen hebben. Ook zij kunnen hun keuze wel eens niet eerder maken dan in het stemhokje onder druk van het uur U. De verschillende type kiezers bestaan er ook onder de blinden of personen met andere beperkingen. Ook binnen kiezers met een beperking zijn er zwevende kiezers, volmacht kiezers, bewuste kiezers, gewoonte kiezers of onverschillige kiezers.
De proef en de methode van het nieuw model stembiljet en de mal is alleen geschikt voor de volmacht- en de bewuste kiezer. Je bent verplicht voordat je naar het stembureau gaat de keuze op wie je wilt stemmen te maken. Kiezers met een beperking mogen niet onvoorbereid naar het stembureau gaan of ze mogen niet zweven. Immers, het nieuw model stembiljet en de hulpmal kunnen je niet zeggen welke partijen en lijsten meedoen.
Gaan we deze verplichting voortaan ook aan alle andere kiezers opleggen? Gaan we het stembureau de instructie geven alle kiezers pas toe te laten tot het stemhokje als ze tevoren kenbaar hebben gemaakt op wie ze willen stemmen?
De goedkeuring van het VN-Verdrag voor de rechten van personen met een handicap dwingen ons immers alle personen ongeacht hun handicap in gelijke situaties gelijk te behandelen.
Slager keurt zijn eigen vlees
Wat moet in onze minister gevaren zijn dat hij zijn ministerie dit soort plannen laat voorbereiden en uitwerken?
Wellicht speelt hier mee dat de slager zijn eigen vlees keurt en derhalve ook aanprijst.
De organisatie die de proeven uit heeft gevoerd en er verslag van heeft gedaan heeft sinds 2010 toen het idee voor een nieuw model stembiljet was ontstaan aan de wieg gestaan van de verschillende ontwerpen en updates van de nieuwe modellen stembiljetten en hulpmallen. In hun enthousiasme voor hun eigen creativiteit lijkt men wel heel gemotiveerd om proeven te bedenken en er verslag van te doen welke meer gericht zijn om bevestiging te vinden van de waarde van hun eigen werk, dan objectief vaststellen of het stemproces verbeterd of de kiezers er überhaupt mee geholpen worden.Deze aanname is zeer speculatief, maar ik kan verder geen rationele reden bedenken waarom de minister een zeer zorgvuldig en evenwichtig afgewogen aanbeveling van de Commissie Van Beek, waarbij de diverse stemmethoden van alle denkbare kanten zijn belicht en alle waarborgen voor een verantwoorde verkiezing zijn afgewogen, naast zich neerlegt. Er is ook geen rationele reden te bedenken waarom een nieuw stembiljet dat op geen enkele wijze voldoet aan de basisbeginselen van een deugdelijk stembiljet überhaupt zoveel aandacht krijgt.Enthousiaste reacties van de testpersonen
In het verslag kun je positieve reacties van de testpersonen lezen variërend van ‘Goed mee te werken’, ‘Mag meteen ingevoerd worden’, ‘Lost ons probleem op’ enzovoort.
Hoe valt het te rijmen dat je zoveel bedenkingen kunt hebben bij de voorgestelde oplossing, terwijl de betrokken testpersonen zo enthousiast zijn?
Ik heb daar twee verklaringen voor. Ten eerste gaan personen zich als aapjes gedragen als je ze als aapjes behandeld. Als blinden hebben we ons leven lang geleerd je uiterste best te doen om te roeien met de riemen die je hebt. Grijp iedere hulpmiddel aan die je geboden wordt en laat zien dat je meer kunt dan dat men denkt. Dus als je uitgedaagd wordt om in een test een kunstje te vertonen, dan laat je je niet kennen en toon je waartoe je in staat bent. Dus als ze je dan vragen hoe ging het? Dan roep je ‘Makkie’ of ‘Top’. Immers, je wil niet toegeven dat je het niet kunt of neergezet worden als een lastpost of een kneus.
Een tweede verklaring heeft te maken met de ‘slager die zijn eigen vlees keurt’. Het ministerie heeft ook diverse proeven gedaan om vast te stellen of een stemprinter de toegankelijkheid voor blinden en slechtzienden positief veranderd. Eind 2014 en eerder dit jaar hebben er proeven met de stemprinter plaatsgevonden. Over deze laatste proeven heeft de minister de kamer eerder geïnformeerd (onderdeel verslag van de Deskundigengroep onder voorzitterschap van Ronald Prins). De blinde en slechtziende testpersonen lieten in deze proeven weten erg geholpen te zijn met de audiofaciliteiten van de stemprinter. De vraag dringt zich nu op waarom parallel aan deze testen dezelfde personen niet zijn onderworpen aan het nieuw model stembiljet en de hulpmal? Zou dit te maken kunnen hebben met het feit dat dit de slager niet zo goed uitkwam?
Dit is uiteraard niet na te gaan, maar ik kan me voorstellen dat de enthousiast opgetekende reacties na de test met de hulpmal met een bekend fenomeen te maken zouden kunnen hebben.
Dit fenomeen laat zich snel uitleggen door de volgende metafoor. Als je in een experiment mensen in een vrieskast laat staan en hen dan vervolgens in een koelkast plaatst, dan zullen ze erg blij zijn met de positieve verandering. De koelkast is immers en stuk warmer dan de vrieskast. De positieve reacties op dit experiment zal echter gauw omslaan als de proefpersonen verteld wordt dat er ook nog zo iets bestaat als een warm bad. Ik ben bang dat de vrieskast het rode potlood is, het nieuw model stembiljet en de hulpmal is de koelkast en de toegankelijkheidsvoorzieningen van een stemprinter is uiteraard het warm bad.
Conclusies
Op een stembiljet moet je alleen geldige en formeel goedgekeurde partijlijsten en kandidaten opties opnemen die kunnen leiden tot een geldige stem. Als op het stembiljet partijlijsten en kandidaat opties ingevuld kunnen worden die niet bestaan en dus leiden tot een ongeldige stem, dan deugt zo’n stembiljet niet en verdient het geen enkele moment van overweging. Toegankelijk stemmen kan alleen met inzet van elektronische hulpmiddelen. Alleen dan kan iedere kiezer met een beperking zelfstandig en met behoud van het stemgeheim zijn stem uitbrengen. En alleen dan zal iedere kiezer met een beperking een gelijke behandeling krijgen als kiezers zonder beperking.
Wij roepen u als volksvertegenwoordiger derhalve met klem op het wetsvoorstel om te experimenteren met de stemprinter en de stemmenteller dinsdagavond 17 juni positief te steunen.
Mocht er geen meerderheid zijn voor dit wetsvoorstel en er richting nieuw model stembiljet en hulp mal aangestuurd worden, dan zullen wij ons genoodzaakt zien een klacht in te dienen bij het College voor de Rechten van de Mens.
In het vertrouwen dat dit niet zover hoeft te komen wens ik u veel wijsheid toe bij de behandeling van dit wetsvoorstel voor het experimenteren met de stemprinter en stemmenteller en alle overige initiatieven om het stemproces te verbeteren en echt toegankelijk te maken.
Natuurlijk komen wij graag e.e.a. mondeling toelichten. Op dit moment ben ik, Jeroen Zwart (Broeder Tuck), herstellende van een nare ziekte, waardoor reizen erg bemoeilijkt wordt. Daarom zou ik telefonisch contact om met u van gedachten te wisselen zeer op prijs stellen.
Broeder Tuck en Harry Schreurs Terug naar de bossen.
Met vriendelijke groeten,
Jeroen Zwart (Broeder Tuck)
Harry Schreurs
Woordvoerders van ‘Terug naar de Bossen’
“Rouvoet heeft in strijd om gelijkberechtiging grote rol gespeeld”
De Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland (CG-Raad) vertegenwoordigt zo’n 140 organisaties van mensen met een lichamelijke handicap of een chronische ziekte. Taak van de raad is de collectieve belangenbehartiging van mensen met een handicap of chronische ziekte, op gebieden als sociale zekerheid, arbeid, inkomen, mobiliteit en toegankelijkheid. Regelmatig gaat voorzitter Jan Troost in gesprek met het kabinet en de politieke partijen om weer te geven, wat er leeft bij de mensen met een handicap of chronische ziekte in Nederland.
2004 Basketbalwedstrijd Almere ontmoeting met Rouvoet en Bos.
Alles is aangepast. Vanzelf openslaande deuren, brede gangen, rol- Alles is aangepast. Vanzelf openslaande deuren, brede gangen, rol-stoelbestendige werkplekken. Het
kantoor van de Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland in
Utrecht is zo ingericht dat het voor gehandicapten goed toegankelijk is. Ik praat met voorzitter Jan Troost – zelf ook gehandicapt – over zijn werk, de sociaal-economische politiek van het kabinet en de gevolgen voor gehandicapten.
Wat is de belangrijkste doelstelling van de CG-Raad?
Heel kort: gelijke rechten voor mensen met en zonder beperkingen. Volwaardig burgerschap. Dertig jaar geleden heerste er in Nederland echt een soort apartheidsdenken wat dat betreft. Ge-handicapten leefden in speciale huizen. Gelukkig is nu iets als het gezin ook in beeld gekomen voor de gehandicapte.
En ere wie ere toekomt; iemand als André Rouvoet heeft in die strijd om gelijkberechtiging toch een grote rol gespeeld. Zo heeft hij kort geleden bewerkstelligd, dat de Tweede Kamer een wet aangenomen heeft, die alle beledigende en discriminerende uitlatingen over gehandicapten verbiedt.
Gehandicapten zouden ook meer vanuit het economisch perspectief bekeken moeten worden.
Maar hoever gaat de doelstelling van de CG-Raad? Vindt u bijvoorbeeld ook, dat alle hobbelige, antieke straatjes in de oude binnensteden opnieuw bestraat moeten worden?
Nou, ik ben redelijk radicaal wat dat betreft. Uiteindelijk kan een handicap iedereen overkomen. Het is vaak een kwestie van tijd. Ouder worden we allemaal en ook dan wil je volwaardig kunnen functioneren. Wij denken dus eigenlijk voor de Nederlandse samenleving als geheel. Ach, en natuurlijk weet ik, dat de binnenstad van Ede beter toegankelijk is dan die van Amsterdam. Daar ben ik redelijk in. Belangrijker is: val je als gehandicapte niet buiten de boot? Heeft u dingen zien veranderen de laatste jaren, bijvoorbeeld in de beeldvorming? Meer en meer onderkent het bedrijfsleven het economisch belang van gehandicapten. Dat heeft ook te maken met het toenemende aantal ouderen.
Heeft u dingen zien veranderen de laatste jaren, bijvoorbeeld in de beeldvorming?
Meer en meer onderkent het bedrijfsleven het economisch belang van gehandicapten. Dat heeft ook te maken met het toenemende aantal ouderen. Kijk, ik moet ook mijn boodschappen doen, ik eet ook. En als ik met jou en de fotograaf in een lekker restaurantje wil gaan eten, dan ga ik niet ergens naartoe, waar ik niet naar binnen kan. Die restauranthouder loopt dus drie klanten mis. En dat kan hij zich in deze tijd niet meer veroorloven. Gehandicapten zouden ook meer vanuit het economisch perspectief bekeken moeten worden.
Het gaat economisch niet goed. Nederland vergrijst. Het kabinet moet bezuinigen op de AWBZ en andere voorzieningen …
Het probleem is, dat wij in Nederland vaak nog niet integraal denken
Ook wij zien dat het economisch niet goed gaat. Het probleem is, dat wij in Nederland vaak nog niet integraal denken. Want als we het toch over kostenbesparing hebben, bouw dan nieuwe huizen standaard zo, dat ze goed toegankelijk zijn, dat je er levenslang kan blijven wonen. Dan hoeft de bewoner, áls hij bijvoorbeeld zijn heup breekt, niet direct op stel en sprong naar een verzorgingshuis, omdat zijn flat geen lift heeft. Dat scheelt zoveel kosten. Het kabinet bezuinigt op veel terreinen: zorg, openbaar vervoer … En omdat gehandicapten, evenals andere zwakke groepen, met al die terreinen te maken hebben, treffen de bezuinigingen hen onevenredig zwaar. Daarnaast is er ontzettend veel bureaucratie. Al die dossiers, al die indicaties die elk jaar weer vastgesteld moeten worden, -ik ga echt niet meer lopen! -dat kost zoveel geld. Kijk, wij hebben altijd gezegd: je moet de méérkosten vergoeden. Alleen de kosten die gehandicapten méér maken voor bijvoorbeeld openbaar vervoer dan niet-gehandicapte mensen. Daar zijn we rea-listisch in. Én wij vragen ons af, waarom je boven de derde belastingschijf geen AWBZ-premie meer hoeft te betalen. Dat is een keuze van het kabinet, dat weet ik wel, maar premies betaal je uiteindelijk ten bate van jezelf! Iedereen krijgt met handicaps of chronische ziekten te maken.
Het kabinet snijdt bijvoorbeeld in de AWBZ omdat die te duur wordt …
Ja, dat is de grote angst: dat de kosten van de AWBZ de pan uitrijzen. Nu hebben ze al het geld van de WMO, de Wet Maatschappelijke Ondersteuning – Ondergang, zeggen wij altijd -, in een gemeentefonds gestort. En de gemeenten moeten het gaan doen. Wat blijkt: in Arnhem wordt maar 40% van deze gelden uiteindelijk voor hun doel gebruikt!
Één van de kernwoorden van dit kabinet is de eigen verantwoordelijkheid. Als dat betekent: zorg voor de ander, bijvoorbeeld in de straat, dan vind ik dat een positieve grondgedachte. Alleen: je moet voor die ander kúnnen zorgen. Er is wel deskundigheid nodig als er écht iets aan de hand is.
Het kabinetsbeleid raakt de gehandicapten onevenredig zwaar
Vroeger leefden de gehandicapten van aalmoezen, waren ze afhankelijk van de goedheid van anderen, van de kerk. De laatste tijd hebben gehandicapten de mogelijkheid gehad zelfstandiger en minder afhankelijk te zijn. Je hebt de overheid daarvoor nodig, willen ze niet in een nieuwe afhankelijkheidspositie, bijvoorbeeld van buren of familie, terechtkomen.
ChristenUnie wel eens te bescheiden over hun successen.
Hoe ziet u de toekomst?
Persoonlijk ben ik wel geneigd die somber in te zien. Het kabinetsbeleid raakt de gehandicapten onevenredig zwaar, op allerlei terreinen. Ze worden weer afhankelijk van hun omgeving. Gaan we weer terug naar vroeger? Het ligt niet alleen aan de economie. Ook onder Paars ging het voorzieningenniveau al naar beneden. Dat heeft, denk ik, ook te maken met de toenemende individualisering.
Hoe waardeert u de sociaal-economische standpunten van de ChristenUnie in deze kwestie?
Andre Rouvoet Christen Unie fractievoorzitter 2004
Wat ik in de ChristenUnie waardeer, is dat ze vanuit een visie de dingen doen. Ze staan waar ze staan en ze gaan ergens voor, secuur en degelijk. Maar ze zijn
wel eens te bescheiden over hun successen, zoals dat van André Rouvoet onlangs.
Wie is uw grote voorbeeld?
Ja, wie is dat… Ik denk toch de Amerikaanse president Roosevelt, die het verloop van de Tweede Wereldoorlog zo beïnvloed heeft. Tijdens een werk-bezoek liep hij polio op. Zo zie je: het kan iedereen overkomen. Hij kon als president bijna niet meer lopen, maar dat mocht niemand weten. Niemand wilde het ook weten. Onlangs is in Washington een standbeeld van hem onthuld, zittend in een rolstoel. Toen ik daar was, zag ik spelende kinderen op zijn schoot kruipen. Dat is toch geweldig!
Eerder verschenen: Handschrift Politiek Magazine Christen Unie september 2004
In de Wmo-wetgeving is opgenomen dat gemeenten de verplichting hebben om onafhankelijke cliëntondersteuning voor hun burgers beschikbaar te stellen. Dat is een groot goed. Via de memorie van toelichting is aangegeven wat hier onder verstaan wordt en dat is beduidend meer dan het ondersteunen van een cliënt bij een keukentafelgesprek. Terecht. Het gaat over versterking; het bevorderen van de zelfregie en maatschappelijke inclusie van mensen (met een beperking). Meedoen mogelijk maken, daar gaat het om.
Begin 2015 bleek uit onderzoek dat de MEE organisaties in 86 procent van de sociale wijkteams vertegenwoordigd waren. Een mooie score. Als organisaties die bij uitstek bekend staan om hun onafhankelijke cliëntondersteuning iets om trots op te zijn.
Nu we een jaar verder zijn, stel ik mij de vraag of dit eigenlijk wel de juiste plaats is voor de onafhankelijke cliëntondersteuning.
Hét sociale wijkteam
Hét sociale wijkteam bestaat niet. In iedere gemeente ligt er een andere taakopdracht en/of andere werkwijze. Het ene wijkteam geeft indicaties voor maatwerkvoorzieningen af; het andere beweegt zich echt in het voorliggend veld. Deelnemers komen de ene keer uit datzelfde voorliggend veld; de andere keer uit tweedelijns organisaties. Wat ze gemeen hebben, is dat de toeloop groot is en de druk op de professionals hoog. Dat maakt dat de tijd voor de individuele burger c.q. cliënt meer dan eens onder druk staat. En is dan niet de snelste en makkelijkste weg om door te verwijzen naar een maatwerkvoorziening?
De MEE-professional staat voor onafhankelijke ondersteuning. Onafhankelijkheid ten opzichte van beslissers over voorzieningen, maar ook onafhankelijkheid ten opzichte van zorgleveranciers. Werken vanuit het perspectief van en staand naast de cliënt. Daar moet ruimte voor zijn; in of naast het sociale wijkteam. Maar wordt die ruimte ook overal gegeven?
Integrale aanpak
Waar de cliëntondersteuning altijd een integrale aanpak kende (1 gezin 1 plan bestaat al lang), leidt deelname aan wijkteams soms tot noodgedwongen schotten.
Wmo-taken; jeugdtaken en participatietaken zijn binnen gemeenten veelal los van elkaar georganiseerd. Voor veel mensen met een beperking die op velerlei gebieden met vraagstukken zitten, is het geen gemakkelijke opgave om daarin de weg te vinden. Of de opgebouwde schotten maken dat er maar aan één van de vraagstukken aandacht wordt besteed. In een steeds complexer wordende samenleving zien we dat veel mensen met een beperking het niet meer goed redden; niet meer echt kunnen meedoen. Daar zijn ze zich zelf overigens niet altijd van bewust. Overvraging en overbelasting ligt op de loer. Een laagdrempelige mogelijkheid om aan het werk te gaan met allerlei vraagstukken, zonder een ‘formeel circuit’ in te stappen is dan gewenst. Met de inzet van professionals; vrijwilligers en ervaringsdeskundigen samen met de cliënt ervoor zorgen dat hij zoveel mogelijk regie over zijn eigen leven heeft.
Vestiging MEE in Heerlen
Kan dat wel in alle sociale wijkteams? Ook als er misschien wat meer tijd voor nodig is? En op een manier dat de cliënt het nog steeds als een onafhankelijke ondersteuning ervaart? Krijgen de cliëntondersteuners daar de ruimte voor van onze opdrachtgevers?
Mijn twijfel wordt groter. Ik zie ook grote verschillen. Dus wil ik er voor knokken dat de onafhankelijke cliëntondersteuning ook weer écht zijn onafhankelijke positie krijgt. In of náást het wijkteam, maar in ieder geval goed vindbaar en herkenbaar voor iedereen die ons nodig heeft.
Mijn naam is Dennis van der Ploeg (29), rolstoelgebonden door Duchenne Spierdystrofie. Ik zet mij in voor een rolstoelplaats in het vliegtuig, via de Amerikaanse non-profitorganisatie All Wheels Up. Ik ben persvoorlichter voor Europa. Door mijn beperking is een vliegtuigstoel geen optie, wij kunnen alleen in een op maat gemaakte rolstoel zitten.
Petitie
In 2012 had ik een petitie voor een rolstoelplaats opgezet, die leverde 5.870 ondertekeningen op. Ik schreef een adviesrapport over de mogelijkheden van een rolstoelplaats. Onze huidige petitie is 35.000 keer ondertekend. Om de petitie onder de aandacht te kunnen brengen in Nederland en aan de Tweede Kamer aan te kunnen bieden, zijn 40.000 ondertekeningen nodig!
Huidige situatie
Reizen per vliegtuig kost veel energie en stress voor de rolstoeler en begeleider vanwege de hoeveelheid handelingen en bagage. De passagier wordt voor de deur van het vliegtuig door twee mensen getild en overgezet in een spartaans vliegtuigrolstoeltje, dat gebeurt vaak met een tilzak. Er zijn altijd twee begeleiders nodig, medewerkers van het vliegveld of de luchtvaartmaatschappij tillen niet.
Vliegtuigrolstoel
Tot slot wordt een transfer gemaakt naar de vliegtuigstoel, daar is het erg krap en de bungelende benen van de reiziger maken het lastig. De zit in een vliegtuigstoel levert veel spierpijn op. Om de zit enigszins comfortabel te maken wordt het rolstoel zitkussen in de vliegtuigstoel gezet. Een kussen ondersteunt ook de benen en het hoofd. De rug moet worden ondersteunt om rechtop te kunnen zitten. Een extra riem voorkomt voor overvallen. Het klaptafeltje is erg klein waardoor de reiziger er niet op kan steunen met zijn armen. Normaal steunen mensen met een ziekte als Duchenne met hun ellebogen op hun rolstoeltafel, zodat ze zelf kunnen eten, drinken en hun telefoon bedienen om muziek te luisteren. Tijdens lange vluchten is in mijn geval een beademingsapparaat nodig. Er moet altijd een reserve beademingsapparaat mee. De bagage bestaat vaak uit: een rolstoel, douche/wc stoel, tillift-tilband, plasfles, verplaatsmat, blaasbalg, medicijnen en medische middelen. Losse onderdelen van een handbewogen rolstoel zoals de rugleuning, voetsteunen en de tafel worden apart bewaard als de stoel het vliegruim in gaat. Een tillift kan op de bestemming worden gehuurd.
Veiligheidsobstakels
Een veiligheidskwestie is dat een rolstoel in de vloer verankerd moet worden zodat deze altijd op zijn plaats blijft. Q’Straint claimt dat hun rolstoel-vergrendelingsysteem dezelfde 20 g botsproeven als het vliegtuig succesvol onderging. De vraag is welke rolstoelen getest werden? Want het chassis van de rolstoel, de wielen en andere onderdelen moeten alle krachten die vrijkomen tijdens het vliegen aankunnen. Vaak worden rolstoelen voorzien van opmaat gemaakte tafels of een beademings-systeem, die überhaupt geen crashtest ondergaan. Een rolstoelfabrikant zoals Permobil kan een rolstoel ontwikkelen die aan alle eisen voldoet en tegelijk betaalbaar is. Ze kunnen dan ook meteen een los onderdeel zoals een tafelblad maken.
Technische obstakels
Bestaande vliegtuigen van een rolstoelplaats voorzien is geen optie, door hoge kosten en technische beperkingen. Bij de ontwikkeling van nieuwe vliegtuigen kan wel rekening worden gehouden met ruimte voor een rolstoelplaats in het passagiers-compartiment. Een rolstoelplaats voor een elektrische rolstoel neemt al snel twee rijen in beslag, oplopend tot drie rijen voor ruimte bij in en uit rijden. Maar dat is meer een economische kwestie, een rolstoelplaats is technisch mogelijk. Een goedgekeurd ontwerp moet gecertificeerd worden bij een luchtvaartautoriteit zoals EASA.
Economische obstakels
De rolstoelplaats wordt geen permanente plek, alleen als er een rolstoeler meevliegt worden er vliegtuigstoelen verwijderd om ruimte te creëren. Dat kost geld, inclusief de tijd die het kost. De vraag is of de operator bereidt is om die extra kosten te dragen? Als er voor vliegtuigmaatschappijen een lucratief ‘verdienmodel’ gemaakt wordt kunnen de economische kwesties worden opgelost. Een fonds dat vliegtuigfabrikanten financieel ondersteunt via giften en Ngo’s is een aanvullende optie.
Ideale rolstoelplaats
De rolstoelplaats
De rolstoelplaats wordt in de grootste vliegtuigtypen gecreëerd vlak bij de voorste deur, zodat er geen nooduitgang wordt geblokkeerd. Om de plaats te kunnen bereiken wordt een oprijplaat geplaatst over de vliegtuig-deurdrempel. Een vliegtuigfabrikant kan het interieur opnieuw indelen om plaats te maken. Het begin van het gangpad wordt verbreedt, zodat de rolstoel er tussendoor rijdt. De rolstoelplaats zelf bestaat uit twee rijen met inklapbare vliegtuigstoelen, reist er geen rolstoeler mee dan kunnen passagiers zonder beperking plaatsnemen. Zodiac Aerospace kan speciale vliegtuigstoelen ontwerpen. Met één druk op de knop worden de vliegtuigstoelen verankerd in de vloer. Tot slot wordt de rolstoel met een vergrendelingssysteem vastgezet en krijgt de reiziger een veiligheidsriem om. Het bedrijf Q’Straint kan het vergrendelingssysteem maken. Hulpmiddelen zoals een douche/wc stoel die als ruimbagage meegaan, moeten op alle vluchten met zorg worden behandeld door grondpersoneel. Om beschadigingen te voorkomen aan hulpmiddelen, en verlies van afneembare delen, wordt alles verpakt in polyethyleen zakken of kartonnen dozen. Dan wordt de bagage in speciale transportkisten en containers vervoerd naar het vliegtuig.
Meedenken
Wij roepen de vliegtuigfabrikanten zoals Boeing, airlines en luchtvaartautoriteiten op om open te staan voor een dergelijke rolstoelplaats en om met ons mee te denken hoe wij de economische, technische en veiligheids obstakels kunnen wegnemen. Aan studenten van de TU Delft en het TNO wil ik vragen of ze de uitdaging willen aannemen, om de ideale rolstoelplaats te bedenken. De reactie van KLM ‘dat wij niet bij airlines moeten aankloppen‘ is erg kortzichtig! KLM is degene die de economische drempels kan wegnemen en bepaalt of ze de primeur van ’s werelds eerste vliegtuigrolstoelplaats wil hebben. Concurrenten Virgin Atlantic Airways en Transavia tonen juist interesse.
In 2000 ben ik gevraagd om als Voorzitter van de CG Raad om een hoofdstuk te schrijven voor het boek Medische Biotechnologie (ISBN 9035223101). Nu, bijna 16 jaar later, wil ik dit graag met jullie delen. Ik sta nog steeds achter wat ik toen geschreven heb.